Toepassing salderings- en afrekenmethodiek

De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: Kosten    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 238703/243388

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Dit geschil vloeit voort uit een energieovereenkomst tussen consument en ondernemer.
Consument is het niet eens met de wijze waarop ondernemer de saldering uitvoert. Consument stelt dat dit jaarlijks zou moeten gebeuren in plaats van per kwartaal.
De commissie oordeelt dat de afrekenmethodiek goed toe te passen is op dynamische contracten. De klacht wordt ongegrond verklaard.

De uitspraak

Samenvatting
Is de door de ondernemer toegepaste salderings- en afrekenmethodiek juist? De commissie oordeelt bevestigend.

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Energie (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

Ter zitting werd de ondernemer vertegenwoordigd door de heer [naam].

De behandeling heeft plaatsgevonden op 28 maart 2024 te Den Haag.

De commissie heeft het volgende overwogen.

Beoordeling
De consument stelt dat saldering niet per kwartaal uitgevoerd moet worden, maar per jaar. Het gaat om de jaarrekening van 4 oktober 2022 tot en met 30 september 2023. In dat jaar heeft de consument 1472 kWh (normaal tarief) en 3209 kWh (daltarief) afgenomen en zelf 2305 kWh (normaal tarief) en 964 kWh (daltarief) opgewekt.

De ondernemer heeft vastgesteld dat de consument in totaal meer opgewekt heeft dan de afgenomen stroom tegen normaal tarief. Vervolgens heeft hij per tariefperiode het verbruik en de opwekking afgerekend (gesaldeerd) tegen het daltarief.
De commissie overweegt dat de wet geen regels geeft voor saldering. Wel heeft de minister verklaard dat het de bedoeling was om op jaarbasis te salderen (beantwoording kamervragen d.d. 23 september 2022).

De commissie overweegt ook dat in eerdere uitspraken (nummers 202466/207819, 183496/187832 en recent 234854/237782) de in deze klacht bedoelde salderings- en afrekeningsmethodiek goedgekeurd is. De commissie merkt op dat zij in de zaken bedoeld met de eerste twee nummers, in samenhang met de betwiste jaarnota’s in die eerdere zaken, de in de thans aan de orde zijnde procedure vergelijkbare methodieken goedgekeurd heeft. Immers; de consumenten worden in die eerdere zaken op dat onderwerp in het ongelijk gesteld. De consument verwijst ook naar een uitspraak onder nummer 183496/18732; die uitspraak is door latere uitspraken deels achterhaald.
De commissie overweegt ook dat voorgaande methodiek goed toepasbaar is op dynamische contracten en niet goed valt in te zien dat op dergelijke contracten een andere methodiek van toepassing is dan op contracten met variabele tarieven. Die methodiek wordt bij dynamische contracten al toegepast. Ook neemt de commissie in aanmerking dat een door de Tweede kamer aangenomen amendement op de (niet aangenomen) Energiewet een soortgelijke afrekenmethodiek volgt (2e kamer, 2022-2023, wetsvoorstel 35.594 kamerstuk 28). De commissie komt dan ook tot het oordeel dat zij in lijn met voornoemde uitspraken van de commissie zal oordelen. Dat betekent dat de klacht afgewezen zal worden.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.

Deze behandelingskosten worden geheel betaald.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit de heer mr. R.J. Paris, voorzitter, de heer mr. F.J. Pirard, de heer mr. B.W. Weilers, leden, op 28 maart 2024.