Commissie: Elektro
Categorie: Reparatie
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
61182
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit de tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst van 21 december 2010, waarbij de ondernemer zich onder meer heeft verplicht tot het leveren van een televisie, tegen een daarvoor door de consument te betalen prijs van € 684,17. De levering heeft op dezelfde datum plaatsgevonden. De consument heeft op 11 februari 2011 de klacht voor de eerste keer voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Het geluid van de televisie valt soms uit en ook de televisie zelf valt soms uit. In februari 2011 is de televisie voor die klachten door de ondernemer gerepareerd. Evenwel ontstonden dezelfde klachten opnieuw in juli 2011. De televisie is toen opgehaald door de ondernemer en vervolgens kreeg ik te horen dat er geen defect aan de televisie zou zijn. Ik heb echter geen vertrouwen meer in de ondernemer en wens de koopovereenkomst met de ondernemer te ontbinden. Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De televisie staat nog steeds bij de ondernemer. Ik vind het wel logisch dat de deskundige niets heeft kunnen constateren aan de televisie. Ik ga er namelijk vanuit dat de televisie toen al gerepareerd was door de ondernemer. In februari 2011 had ik dezelfde klachten als in juli 2011. Op 29 juli 2011 is de televisie door de ondernemer bij mij thuis opgehaald. Daarna hoorde ik weken niets meer van de ondernemer zodat ik toen zelf maar heb gebeld en heb gevraagd naar de stand van zaken. Ik voel mij slecht behandeld door de ondernemer en wil een nieuwe televisie. Telefoongesprekken met de ondernemer gingen niet goed, ik moest volgens de ondernemer niet zo moeilijk doen. Ik wil niets meer met de ondernemer te maken hebben. Ik heb met veel pijn en moeite een leentoestel kunnen krijgen, dat ook nog eens een stuk kleiner is dan de door mij gekochte televisie. De televisie is thans voor de tweede keer stuk gegaan in een vrij korte periode. Volgens de Consumentenbond hoef ik daar geen genoegen mee te nemen en kan ik aanspraak maken op een nieuwe televisie. De consument verlangt ontbinding van de overeenkomst zodat hij het door hem betaalde aankoopbedrag terug zal krijgen. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De ondernemer heeft geen afwijkingen aan de televisie geconstateerd. Het toestel functioneert volledig binnen de daarvoor geldende specificaties. Daarom is een reparatie niet aan de orde. De ondernemer gaat derhalve niet in op het voorstel van de consument om het toestel te vervangen dan wel de koop te ontbinden. Deskundigenrapport De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld. Het toestel voldoet geheel aan de technische specificaties, laat zich gewillig bedienen en ook tijdens een duurproef heb ik geen enkele afwijking geconstateerd. Naar het vaktechnisch oordeel van de deskundige is er geen afwijking geconstateerd. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. De commissie onderschrijft de inhoud van het uitgebrachte deskundigenrapport waaruit volgt dat er geen technische afwijkingen/gebreken aan de televisie zijn geconstateerd. Ook de technische dienst van de ondernemer heeft geen technisch defect aan het toestel kunnen constateren; het apparaat is getest en 100% in orde bevonden. Aldus is sprake van een deugdelijk en goed functionerend apparaat. Er is dus geen sprake van non-conformiteit (te weten een concreet gebrek/tekortkoming van het apparaat die aan de ondernemer kan worden toegerekend) zodat de door de consument gewenste ontbinding zal worden afgewezen. Daarvoor bestaat geen aanleiding. Dat de consument ontevreden is over de wijze waarop hij door de ondernemer is behandeld c.q. bejegend vormt evenmin een rechtvaardiging en reden voor de door de consument gewenste ontbinding. Ook het feit dat de televisie eerder is gerepareerd (met dezelfde klachten) vormt geen aanleiding om tot ontbinding over te gaan. Immers, de ondernemer heeft toen kosteloos de televisie gerepareerd zodat de toen in februari 2011 ontstane non-conformiteit met die reparatie is gecorrigeerd. De commissie is van oordeel dat onder de gegeven omstandigheden de ondernemer geen verwijt treft en dat de ondernemer adequaat en volgens de toepasselijke wettelijke (consumenten)bepalingen heeft gehandeld. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De klacht is ongegrond. Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Elektro op 2 december 2011.