Commissie: Elektro
Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
54608
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 7 juni 2008 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst, waarbij de ondernemer zich heeft verplicht tot het leveren van een televisie, tegen een daarvoor door de consument te betalen prijs van € 1.167,28. De levering heeft op dezelfde datum plaatsgevonden. De consument heeft op 24 november 2010 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Op 22 november 2010 vertoonde de televisie een defect, te weten vlekken in het beeldscherm. De televisie is door de ondernemer gerepareerd voor het bedrag van € 243,52, welk bedrag door de consument (onder protest) is betaald. De consument stelt zich op het standpunt dat de ondernemer de volledige reparatiekosten voor zijn rekening dient te nemen en aan hem dient te retourneren. De televisie dient alle eigenschappen te bezitten die nodig zijn voor normaal gebruik en dat is niet het geval. De consument is van mening dat de problemen niet hadden mogen ontstaan, gelet op de ouderdom en de aanschafprijs van de televisie. De ondernemer diende de televisie kosteloos te repareren, de televisie is namelijk ten tijde van het defect nog geen 2,5 jaar oud en heeft een (economische) levensduur van 6 jaar. De consument verlangt dat de ondernemer de volledige reparatiekosten van € 243,52 voor zijn rekening neemt en derhalve aan hem zal vergoeden, alsmede het door de consument betaalde klachtengeld voor deze procedure van € 50,–. Standpunt van de ondernemer De ondernemer heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid zijn inhoudelijke standpunt aan de commissie (schriftelijk dan wel mondeling) kenbaar te maken. De ondernemer heeft slechts medegedeeld een schikking te hebben voorgesteld aan de consument waarbij een bedrag van € 121,76 (de helft van het reparatiebedrag) aan de consument zal worden gerestitueerd. De ondernemer en de consument zijn daarover niet tot overeenstemming gekomen. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Vaststaat – want niet betwist door de ondernemer – dat de televisie binnen een periode van 2,5 jaar defect is gegaan en is gerepareerd voor een bedrag van € 243,52, welk bedrag door de consument is betaald. De commissie is van oordeel dat de consument niet behoefde te verwachten dat de televisie binnen een termijn van 2,5 jaar na aanschaf vlekken in het scherm zou vertonen en de consument vervolgens volledig diende op te draaien voor de fors te noemen reparatiekosten. Nu verder uit niets is gebleken dat het gebrek is ontstaan door een gebruikersfout en/of een aan de consument toe te rekenen omstandigheid en ook niet is gebleken dat het gaat om een aan slijtage onderworpen mechanisch gebrek, staat volgens de commissie vast dat de televisie niet de eigenschappen bezat die de consument op grond van de koopovereenkomst met de ondernemer mocht verwachten en dat de televisie niet aan de overeenkomst heeft beantwoord. Immers, het door de ondernemer geleverde apparaat is gebrekkig en betreft geen goed en (duurzaam) deugdelijk functionerend apparaat. In principe dient de ondernemer dan ook volgens de dwingend rechterlijke bepalingen ter zake consumentenkoop (artikel 7:21 BW) tot een kosteloos herstel over te gaan. De commissie acht het dan ook niet gerechtvaardigd dat de ondernemer ongemotiveerd de helft van de reparatiekosten voor rekening van de consument wil laten komen. Omdat sprake is geweest van non-conformiteit diende de ondernemer tot kosteloos herstel over te gaan. De ondernemer dient dan ook het volledige reparatiebedrag van € 243,52 aan de consument te vergoeden/betalen. Op grond van het voorgaande is de commissie dan ook van oordeel dat de klacht gegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De ondernemer betaalt aan de consument een bedrag van € 243,52. De betaling dient plaats te vinden binnen één maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien de betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies. Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 50,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 50,–. Aldus beslist door de Geschillencommissie Elektro op 31 augustus 2011.