Uit dossier blijkt nergens dat partijen zijn overeengekomen dat depotstorting achterwege kan blijken.

  • Home >>
  • Wonen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Wonen    Categorie: Depot    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: WON09-1348

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 29 april tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren en plaatsen van een keuken tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 10.280,–. De levering vond plaats op of omstreeks 21 juli 2009. De consument heeft op 22 juli 2009 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument heeft talrijke klachten aangegeven in verband met de levering en plaatsing van de keuken. De consument heeft aangegeven het bedrag inzake de montagekosten van de keuken, zijnde € 1.405,– niet te willen betalen.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument heeft het montagebedrag niet aan de monteur willen voldoen. De vordering van de monteur is inmiddels door onze firma overgenomen. Dit bedrag is inmiddels aan hem overgemaakt. Daarom wordt verzocht, dat dit bedrag, zijnde € 1.405,– in depot wordt gestort.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   In artikel 9, lid 1, van het Reglement van de Geschillencommissie Wonen is het navolgende bepaald: Indien de consument de betaling van de dienst en/of zaak waarover het geschil gaat geheel of gedeeltelijk achterwege heeft gelaten, dient de consument het nog openstaande factuurbedrag bij de commissie te deponeren, tenzij partijen anderszins overeenkomen. Gelet op de door partijen overgelegde stukken heeft de commissie vastgesteld, dat de consument een bedrag van € 1.405,– aan montagekosten nog niet heeft voldaan. Noch gesteld noch anderszins is de commissie gebleken, dat door partijen is overeengekomen, dat in deze geen depotstorting behoeft te worden voldaan. De consument zal dit bedrag derhalve alsnog in depot moeten storten. Het door de consument aangevoerde feit, dat de oplevering van de keuken nog steeds niet heeft plaatsgevonden kan daaraan niet afdoen. Immers, de inhoudelijke behandeling van de klachten van de consument en de beoordeling van het geschil ten principale door de commissie kan eerst plaatsvinden indien de depotstorting is verricht. Ter voorlichting van de consument deelt de commissie nog mede, dat blijkens het bepaalde in artikel 10 van haar Reglement de consument binnen een maand na verzending van dit advies moet voldoen aan de depotstorting. Indien de consument daaraan niet voldoet wordt hij geacht het geschil te hebben ingetrokken.   Derhalve wordt thans als volgt beslist.   Beslissing   De commissie bepaalt dat de consument binnen een maand na verzending van dit advies een bedrag van € 1.405,– in depot stort.   De commissie houdt iedere verdere beslissing aan tot op een nader te bepalen zittingsdatum.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Wonen op 6 juli 2010.