
Commissie: Sieraden en Uurwerken
Categorie: Fatale termijn
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
60780
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil ziet op de ontevredenheid van de consument over de door de ondernemer aan hem op 5 juli 2011 gekochte verlovingsring voor de prijs van in totaal € 1.610,–. De consument heeft op 15 juli 2011 de klacht schriftelijk voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. De consument heeft samen met zijn (toen aanstaande) verloofde een ring uitgezocht bij de ondernemer. De ring was bedoeld voor het verlovingsfeest dat op 15 juli 2011 zou plaatsvinden. De op dat moment in de zaak uitgezochte ring was te groot en zou op maat gemaakt moeten worden. Met pasringen werd vastgesteld dat de vereiste maat 16,5 mm was. Op 14 juli 2011 kon de consument de ring komen ophalen. De gereedliggende ring bleek echter te klein. Er ontstond nog een discussie tussen de ondernemer en een bij de ondernemer in de zaak aanwezige medewerker, omdat laatstgenoemde bevestigde dat de ring inderdaad te klein was en zei dat de pasringen niet goed waren, terwijl de ondernemer bleef volhouden dat hij zijn werk goed had gedaan. De ondernemer was slechts bereid de ring op te rekken, maar navraag bij twee andere juweliers leerde de consument dat dat bij de bewuste ring, met diamantjes in de setting, geen goed idee zou zijn. Al met al heeft de ondernemer uiteindelijk niet tijdig de overeengekomen ring aan de consument geleverd. Het is niet waar dat de consument op de dag van het afhalen te kennen heeft gegeven toch een maat groter te willen, laat staan dat hij dit vanwege de reumaklachten van zijn aanstaande verloofde zou hebben gevraagd. Het verlovingsfeest heeft inmiddels plaatsgevonden, dus de consument heeft nu geen belang meer bij de ring. Ter zitting heeft de consument desgevraagd toegevoegd dat aanvankelijk overeengekomen was dat de ring op 12 juli 2011 klaar zou zijn. Hij kreeg toen echter bericht dat het wat langer zou duren. Uiteindelijk werd hij de dag voor de verloving gebeld dat hij de ring kon ophalen. De te krappe ring werd met enig geweld om de vinger van zijn aanstaande verloofde geduwd. Toen heeft consument gezegd dat men wel voorzichtig moest zijn, omdat zijn aanstaande verloofde reumaklachten heeft. Dat was de eerste keer dat dat item ter sprake kwam, en alleen als reactie op de wat ruwe behandeling. De consument heeft echter niet gevraagd om de ring groter te maken vanwege die klachten. De bestelling was, en is gebleven, een ring op de door de ondernemer gemeten maat 16,5 mm. Ter plekke bleek er geen oplossing te bereiken. De oplossing die de ondernemer in zijn brief aan de commissie noemt dat hij de ring voor de feestelijkheden mee zou nemen en dat die dan op een later moment in orde zou worden gemaakt is op 15 juli 2011 niet door hem genoemd. De consument zou daar zeker oor naar hebben gehad, want het was een mooie ring en hij wilde hem graag hebben. De consument en zijn aanstaande verloofde zijn direct na hun vertrek uit de winkel bij andere juweliers op zoek gegaan naar een andere ring. De tijd drong immers. Gelukkig hebben zij diezelfde dag nog elders een mooi exemplaar kunnen kopen, zodat het verlovingsfeest toch nog met alle luister gevierd is kunnen worden. De consument verlangt ontbinding van de overeenkomst en terugbetaling van de prijs ad € 1.610,–. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De ring is geleverd zoals die was besteld. De gemeten maat was 16,5 mm en die maat heeft de geleverde ring ook. Bij het ophalen bleek echter dat de consument zich bedacht had en dat hij toch een grotere maat wilde, in verband met de reumaklachten van zijn aanstaande echtgenote. Dit was zo één twee drie niet te realiseren. De ondernemer heeft nog wel voorgesteld dat de consument de ring gewoon mee zou nemen en dat de ring dan later groter zou worden gemaakt, maar hier wilde de consument niet mee akkoord gaan. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Niet in geschil is dat de consument duidelijk kenbaar heeft gemaakt aan de ondernemer met welk doel hij de ring kocht; het verlovingsfeest op 15 juli 2011. De ondernemer had de qua maat door hem aangepaste ring pas op 14 juli 2011 gereed. Hij had moeten beseffen, temeer gezien zijn specifieke deskundigheid en ervaring op dit gebied, dat dit weinig extra tijd liet om eventueel op het moment van ophalen blijkende onvolkomenheden aan de ring nog tijdig te verhelpen. Toen de consument zich vervolgens bij het ophalen van de ring inderdaad niet tevreden toonde, hadden de inspanningen van de ondernemer er vervolgens primair gericht op moeten zijn de ring alsnog naar genoegen op te kunnen leveren. Het voeren van een discussie over de reden waarom de ring niet voldeed had ook op een later moment kunnen plaatsvinden en droeg in elk geval niet bij tot het vinden van een oplossing. Hierbij zij enerzijds nog opgemerkt dat geenszins is komen vast te staan dat de consument onredelijke wensen had en/of dat juist zou zijn dat deze zich bedacht had en alsnog een grotere maat wilde en anderzijds dat de ondernemer, door het zo op het laatste moment te laten aankomen, zelf het risico over zich had afgeroepen dat zelfs relatief eenvoudige aanpassingen niet meer tijdig door te voeren zouden zijn. Nu de ondernemer niet ter zitting is verschenen zal wat betreft zijn versie van hetgeen al dan niet tussen partijen is voorgevallen slechts op zijn schriftelijke betoog kunnen worden afgegaan. De commissie ziet hierin onvoldoende aanwijzingen dat een en ander wezenlijk anders is gelopen dan door de consument geschetst. De conclusie is dan ook dat de ondernemer niet tijdig een aan de gerechtvaardigde verwachtingen van de consument beantwoordende ring heeft geleverd. In het midden kan hierbij blijven of de geleverde ring inderdaad de maat 16,5 mm heeft. Deze specifieke maat heeft in de verhouding tussen partijen ook geen zelfstandige betekenis. Het was de ondernemer die de meting deed en tot genoemde maat kwam. Het verlangen van de consument was ‘slechts’ een passende ring. Aanpassing en levering alsnog is zinloos, nu het op voorhand door de consument uitdrukkelijk aan de ondernemer kenbaar gemaakte doel, het om de vinger van zijn verloofde schuiven van de ring op het verlovingsfeest, nimmer meer zal kunnen worden bereikt. Al met al is er voldoende reden om de overeenkomst te ontbinden en te bepalen dat de door partijen geleverde prestaties ongedaan dienen te worden gemaakt. De facto houdt dit in dat de door de consument betaalde aankoopprijs bij deze, binnen vier weken na de datum van verzending van deze beslissing, retour dient te komen. De ring berust nog onder de ondernemer en kan daar blijven. De klacht is dan ook gegrond. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De commissie ontbindt de overeenkomst tussen partijen en bepaalt dat de ondernemer aan de consument zal terugbetalen een bedrag ad € 1.610,–, binnen vier weken na de datum van verzending van deze beslissing. Nu de ondernemer in het ongelijk is gesteld dient deze aan de consument € 75,– uit hoofde van klachtengeld te vergoeden. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten een bedrag verschuldigd van € 75,–. Aldus beslist door de Geschillencommissie Sieraden en Uurwerken, op 12 april 2012.