Voorlopig leasecontract is niet bindend en betekent dat er geen overeenkomst is

De Geschillencommissie




Commissie: Private Lease    Categorie: Overeenkomst    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: onbevoegdverklaring   Uitkomst: Niet bevoegd   Referentiecode: 189178/192917

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Consument wil een auto leasen bij ondernemer. Ondernemer heeft de lease geweigerd, omdat hij de uitkering van consument niet als inkomen ziet. De bestedingsruimte zou dan niet volstaan. Ook geeft ondernemer aan dat, nu er geen contract is, de commissie het geschil niet kan behandelen. De commissie oordeelt dat het voorlopig contract niet als bindend gezien kan worden. De ondernemer geeft ook in dat voorlopige contract duidelijk aan dat het contract pas in werking treedt als de kredietaanvraag definitief wordt goedgekeurd. Er is dus geen van een contract. De commissie verklaart zich onbevoegd om het geschil te behandelen.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Het geschil is behandeld op 10 januari 2023 en wel buiten tegenwoordigheid van partijen.
Partijen hebben desgevraagd vooraf met die gang van zaken ingestemd.

De beoordeling van de bevoegdheid van de commissie.
De consument klaagt over het feit dat de ondernemer weigert met hem een leasecontract te sluiten, omdat een UWV-uitkering door de ondernemer niet als (vast) inkomen wordt aangemerkt. De consument vordert dan ook het “Toekennen van de private leaseovereenkomst”.
De ondernemer heeft bij wijze van verweer aangevoerd dat tussen partijen geen overeenkomst is gesloten, en dat de consument daarom niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
Ook heeft de ondernemer inhoudelijk verweer gevoerd. Na beoordeling van de cijfers en documenten heeft de ondernemer de aanvraag van de consument afgewezen, omdat de bestedingsruimte niet volstond. De ondernemer ziet een WW-uitkering niet als een bestendig inkomen. Dit inkomen is daarom buiten beschouwing gelaten in de berekening van het besteedbaar inkomen.
De commissie heeft eerst (ook ambtshalve) te beoordelen of zij bevoegd is het geschil van partijen te beslechten door het geven van een bindend advies. Daarbij verdient, wordt het volgende overwogen.

Artikel 4 van het reglement van deze commissie luidt als volgt:
“De commissie is bevoegd een geschil te behandelen, indien en voor zover partijen zijn overeengekomen zich aan het bindend advies van de commissie te onderwerpen.

De commissie stelt vast dat de aanvraag van de consument is afgewezen en niet heeft geleid tot een overeenkomst van partijen.
Ook het aan de consument gezonden “voorlopig leasecontract” bevat geen bindend adviesbeding, waarin partijen zijn overeengekomen dat deze commissie met bindend advies heeft te beslissen in geschillen van partijen. Dat stuk is ook geen zelfstandige voorovereenkomst, nu daarin is opgenomen dat “het ondertekende leasecontract” eerst in werking treedt als “uw kredietaanvraag definitief wordt goedgekeurd”. Dit volgt overigens ook uit de omstandigheid dat in artikel 10 een “Opschortende voorwaarde van acceptatie” is vastgelegd.
Daarom wordt als volgt beslist.

Beslissing
De commissie verklaart zich onbevoegd het geschil te behandelen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Private Lease, bestaande uit mr. M.L.J. Koopmans, voorzitter, en de heren C.J. Bal en A. van Aldijk, leden, op 10 januari 2023.