Commissie: Energie
Categorie: Tariefbepalingen
Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
72576
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de afrekening voor elektra op basis van aansluitwaarde vanaf 2009 voor [adres consument]. De consument heeft de klacht op 5 oktober 2012 voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Op 1 april 2007 heeft de consument zijn drukkerij beëindigd. Daardoor wordt de krachtstroomaansluiting niet meer gebruikt. Omdat werd afgerekend op basis van verbruik, is de aansluitcapaciteit niet gewijzigd. Sinds 1 januari 2009 is in de voorschotnota’s verrekend op basis van de aansluitwaarde. Daarvan heeft de ondernemer nooit mededeling gedaan aan de consument. Daardoor heeft de consument circa € 1.250,– per jaar teveel aan netbeheerkosten betaald. Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De voormalige drukkerij is thans niet meer zakelijk in gebruik. De voorbeeldbrief van december 2008 die door de ondernemer bij de stukken is gevoegd, heeft de consument nooit ontvangen. Als hij die brief wel ontvangen had, had hij wel actie ondernomen om de aansluiting te laten veranderen. De brief van 2 juli 2010 heeft hij wel ontvangen maar daaruit heeft hij niet begrepen dat het verstandig was om zijn aansluiting te laten veranderen. Het is de consument aanvankelijk niet opgevallen dat hij veel hogere aansluitkosten moest gaan betalen. De consument verlangt compensatie voor de door hem betaalde netwerkkosten over een periode van vier jaar (minus een reeds betaalde eenmalige compensatie) van in totaal € 4.421,– en vergoeding van de kosten voor de omzetting. Standpunt van de ondernemer Een afnemer is zelf verantwoordelijk voor de aansluitwaarde op een afnameadres. Begin januari 2009 zijn de klanten met een hoge aansluitwaarde per brief geïnformeerd over de wijziging van het netwerktarief. Alle aansluitingen met een hoge aansluitwaarde en een laag verbruik hebben eenmalig over 2009 en 2010 een tegemoetkoming gekregen. Daarover heeft de consument op 2 juli 2010 een brief gekregen. Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De wijziging van het netwerktarief is niet alleen per brief maar ook in paginagrote advertenties in landelijke en regionale dagbladen aangekondigd. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. Vanaf 1 januari 2009 is de ondernemer op grond van de wet gehouden om de transportkosten voor elektriciteit af te rekenen op basis van capaciteit van de aansluiting, en dus niet langer op basis van het daadwerkelijke verbruik. Aan deze (wettelijke) wijziging is via landelijke en regionale media bekendheid gegeven. Klanten met een grote capaciteit en een relatief laag verbruik zijn bovendien persoonlijk middels een brief over de wijziging en de gevolgen daarvan geïnformeerd. De consument had in verband met zijn bedrijf, een drukkerij, een grote capaciteit. Blijkens zijn eigen stellingen was de consument zich, bij beëindiging van zijn bedrijf, ook bewust van het feit dat hij over een te grote capaciteit beschikte in verhouding tot het relatief lage verbruik dat na beëindiging van de drukkerij nog zou plaatshebben; de consument heeft daarover immers overleg gehad met zijn installateur. De consument had zich bij de invoering van het capaciteitstarief dienen te realiseren dat dit voor hem gevolgen zou kunnen hebben, ook indien hij de informatiebrief van december 2008 niet heeft ontvangen. De wijziging van de tariefstructuur is immers ook publiekelijk aangekondigd. Bovendien kan niet onopgemerkt zijn gebleven dat de rekeningen vanaf januari 2009 aanzienlijk hoger uitvielen. Voorts staat vast dat de consument bij brief van 2 juli 2010 is geïnformeerd dat juist voor de impact als gevolg van de invoering van het capaciteitstarief voor gevallen als de zijne (een grote capaciteit en een relatief laag verbruik) over de jaren 2009 en 2010 in een tegemoetkoming was voorzien. Deze tegemoetkoming heeft de consument ook daadwerkelijk ontvangen. Ook die brief en de uitgekeerde tegemoetkoming hadden voor de consument aanleiding moeten zijn om zelf desgewenst actie te ondernemen om zijn aansluitcapaciteit te laten aanpassen. De slotsom is dat de ondernemer voldoende inspanningen heeft verricht om de consument over de wetswijziging waarmee het capaciteitstarief is ingevoerd te informeren en dat het overigens tot de verantwoordelijkheid van de consument behoorde om desgewenst een wijziging van de aansluitwaarde te laten realiseren. Voor een aanvullende compensatie zoals door de consument verlangd bestaat dan ook geen grond. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie en Water, op 5 februari 2013.