Commissie: Geestelijke Gezondheidszorg
Categorie: bejegening/ privacy schending
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: voorbeslissing
Uitkomst: niet-ontvankelijk
Referentiecode:
198942/208987
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De commissie heeft in dit geschil geen inhoudelijke beoordeling gegeven. Eerst moest nagegaan worden of de klager ontvankelijk is in haar klacht. Klaagster vindt dat er sprake is van privacy schending door de zorgaanbieder. De commissie oordeelt dat de gedraging in dit geschil tegen een nabestaande van cliënt is en niet tegen de cliënt zelf. Dit is echter wel nodig om een klacht in te dienen bij de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg op basis van de wet Wkkgz. De commissie verklaart dat de klaagster niet-ontvankelijk is in haar klacht.
De uitspraak
In het geschil tussen
mevrouw [naam], wonende te [plaatsnaam] (hierna te noemen: klaagster)
en
Stichting Mondriaan, gevestigd te Heerlen
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Behandeling van het geschil
Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of klaagster in haar klacht ontvankelijk is.
De Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg (verder te noemen: de commissie) heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 15 september 2023 te Eindhoven.
Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.
Onderwerp van het geschil
De klacht ziet op de schending van de privacy van de nabestaanden van de cliënte door de zorgaanbieder, door zonder toestemming en medeweten van de nabestaanden op de begrafenis van de cliënte aanwezig te zijn.
Standpunt van klaagster
Voor het standpunt van klaagster verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
De dochter van klaagster is in september 2020 overleden. Zij was onder behandeling van de zorgaanbieder. De behandelaar die haar destijds heeft behandeld, was zonder toestemming en medeweten van klaagster op de begrafenis aanwezig en zonder een bericht achter te laten. Bovendien vond de begrafenis in coronatijd plaats, waardoor er beperkingen waren ten aanzien van het aantal genodigden. De behandelaar gaf aan te zijn uitgenodigd door de zus van klaagster, maar hij was ervan op de hoogte dat deze geen contact met klaagster had. Klaagster is van mening dat de zorgaanbieder haar privacy en die van de andere nabestaanden heeft geschonden door ongevraagd op de begrafenis aanwezig te zijn.
Standpunt van de zorgaanbieder
Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dit op het volgende neer.
De betreffende behandelaar is uitgenodigd door de zus van klaagster, die optrad als contactpersoon voor de cliënte. Ook de cliënte wenste dat hij op haar begrafenis aanwezig was. Met het behandelend team en de leidinggevende is besproken hoe om te gaan met de uitnodiging en is besloten dat de behandelaar naar de begrafenis zou gaan. Op de begrafenis heeft de behandelaar niet (inhoudelijk) met anderen over de cliënte gesproken en het condoleánceregister niet getekend, om zich niet kenbaar te maken als zorgverlener. De zorgaanbieder stelt zich op het standpunt zorgvuldig te hebben gehandeld en dat er geen sprake is van schending van de privacy.
Beoordeling van het geschil
Voordat d commissie de klacht inhoudelijk kan beoordelen, dient de vraag te worden beantwoord of klaagster ontvankelijk is in haar klacht. Op grond van artikel 14, eerste lid, van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) kan niet alleen door een cliënte zelf, maar ook door een nabestaande van een overleden cliënt schriftelijk een klacht worden ingediend. Daarbij dient het te gaan om een gedraging jegens de cliënt in het kader van de zorgverlening. In dit geval gaat het niet om een gedraging jegens de cliënte, maar om een gedraging jegens de nabestaanden van de cliënte. De nabestaanden voelen zich immers in hun privacy aangetast door de ongevraagde aanwezigheid van de behandelaar op de begrafenis van hun dochter. De Wkkgz voorziet niet in een klachtenregeling voor deze situatie. Gelet daarop kan de commissie niet anders dan oordelen dat klaagster niet-ontvankelijk is in de klacht.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Klaagster wordt in de klacht niet-ontvankelijk verklaard.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg, bestaande uit
mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer drs. D.J.L. Jonker en de heer mr. P.C. de Klerk, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. N. Graumans, secretaris, op 15 september 2023.