Cliënt is niet-ontvankelijk, want heeft al eerder een schikkingsvoorstel geaccepteerd

De Geschillencommissie




Commissie: Zelfstandige Klinieken    Categorie: (Niet) Ontvankelijkheid    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: niet-ontvankelijkverklaring   Uitkomst: niet-ontvankelijk   Referentiecode: 133101/147219

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De cliënt is niet tevreden over een door de zorgaanbieder uitgevoerde kincorrectie en heeft een klacht ingediend. Hij eist een schadevergoeding. De cliënt heeft de klacht al eerder voorgelegd aan de zorgaanbieder en heeft een schikkingsvoorstel geaccepteerd. De commissie oordeelt dat de cliënt geen redelijk belang meer heeft bij een uitspraak van de commissie omdat de zorgaanbieder de geleden schade tegemoet is gekomen. De cliënt is niet-ontvankelijk in de klacht.

Volledige uitspraak

in het geschil tussen

[Cliënt], wonende te [woonplaats],
(hierna te noemen: de cliënt)

en

Equipe Zorgbedrijven, gevestigd te Rotterdam
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).

Behandeling van het geschil
Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of de cliënt in zijn klacht ontvankelijk is.

De Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken (verder te noemen: de commissie) heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 20 januari 2022 te Amsterdam.

Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.

Onderwerp van het geschil
Door middel van een vragenformulier heeft de cliënt een klacht ingediend tegen de zorgaanbieder, omdat hij niet tevreden is over de door de zorgaanbieder uitgevoerde kincorrectie. De cliënt verlangt een schadevergoeding van de zorgaanbieder Het secretariaat van de commissie heeft de cliënt en de zorgaanbieder op 31 december 2021 bericht dat zij de zaak aan de commissie zal voorleggen om te beoordelen of de cliënt ontvankelijk is in zijn klacht.

Beoordeling van de ontvankelijkheid
De commissie overweegt als volgt.

Op basis van de stukken staat vast dat de cliënt eerder een klacht heeft ingediend bij de zorgaanbieder. In het kader van de afhandeling van de klacht hebben partijen met elkaar een kwijtingsovereenkomst gesloten waarin onder meer is bepaald:

“dat de kliniek zich, om haar moverende redenen, bereid heeft verklaard om aan cliënt terug te betalen een bedrag van € 1500,– , zulks tegen finale kwijting, zonder erkenning van aansprakelijkheid, hetgeen door cliënt wordt aanvaard;

verklaren het navolgende te zijn overeengekomen:

Partijen verklaren derhalve uitdrukkelijk, dat door betaling van €1500,– is voldaan aan alle aanspraken die zij, nu of later, ter zake van deze schade tegen wie dan ook hebben of zullen hebben”.

De zorgaanbieder heeft desgevraagd de ondertekende versie van de overeenkomst overgelegd. Daaruit blijkt dat beide partijen de overeenkomst op 25 mei 2020 hebben ondertekend.

Zoals hiervoor vermeld, dient de commissie zich uit te spreken over de vraag of de cliënt ontvankelijk is in zijn klacht, dit op grond van de bepalingen van het Reglement van de commissie.
Artikel 5, sub e, van het Reglement bepaalt dat de commissie de cliënt in zijn klacht ambtshalve niet- ontvankelijk verklaart, indien hij geen redelijk belang heeft bij een uitspraak van de commissie.

Nu de klacht tussen partijen in onderling overleg is opgelost en de cliënt zich er blijkens ondertekening van de kwijtingsovereenkomst uitdrukkelijk akkoord mee heeft verklaard dat de zorgaanbieder door betaling van het overeengekomen bedrag van € 1.500,– heeft voldaan aan de aanspraken ter zake van de door de cliënt geleden schade, is de commissie van oordeel dat de cliënt thans geen redelijk belang meer heeft bij een uitspraak van de commissie.

De commissie merkt nog op dat de cliënt zich kennelijk zelf ook bewust is geweest van de consequenties van de ondertekening van de overeenkomst. Immers, in zijn e-mail van 15 januari 2021 aan de klachtenfunctionaris van de zorgaanbieder schrijft hij – voor zover van belang -:
“Ik weet niet of deze mail naar u überhaupt nog zin heeft aangezien ik al akkoord ben gegaan met het schikkingsvoorstel (…)”.

Gelet op het voorgaande zal de commissie de cliënt niet-ontvankelijk verklaren in de klacht.

Derhalve wordt beslist als volgt.

Beslissing
De commissie verklaart de cliënt niet-ontvankelijk in de klacht.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken, bestaande uit de heer mr. H.A. van Gameren, voorzitter, de heer dr. J.F.A. van der Werff en de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. drs. I.M. van Trier, secretaris, op 20 januari 2022.