Commissie kan klacht niet behandelen omdat deze zich afspeelt in privésfeer

De Geschillencommissie




Commissie: Vastgoedprofessionals    Categorie: (On)bevoegdheid / Privésfeer    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: Onbevoegdheidverklaring   Uitkomst: onbevoegd   Referentiecode: 251752/275993

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Klaagster heeft een klacht ingediend bij de commissie over tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van beklaagde, haar ex-echtgenoot, die werkzaam is als makelaar/taxateur. De kern van de klacht betreft het handelen van beklaagde in verband met de waardebepaling van de voorheen gezamenlijke woning. Volgens beklaagde speelt de hele klacht zich af in de privésfeer en mag de commissie deze klacht daarom niet inhoudelijk behandelen. De commissie oordeelt dat de klacht zich inderdaad volledig in de privésfeer afspeelt en daarom buiten de reikwijdte valt van het bepaalde in artikel 3 van het reglement, dat gaat over de taak van de commissie. De commissie is niet bevoegd inhoudelijk een oordeel over de klacht te geven.

De volledige uitspraak

Onderwerp van de klacht
Klaagster beticht beklaagde van meerdere schendingen van de NVM Erecode, de gedragscode
Vastgoedprofessionals en het niet integer handelen jegens haar. Beklaagde heeft volgens klaagster enkel ten eigen bate gehandeld, door onder andere een “schatting” van de waarde van de eigen woning, voorheen de gezamenlijke woning van klaagster en beklaagde, te bepalen, hetgeen in strijd is met de functie die een makelaar in het maatschappelijk verkeer dient te vervullen.

Beoordeling van de klacht
Samengevat leest de commissie het verweer van beklaagde ten aanzien van het beroep op niet-ontvankelijkheid als volgt. Volgens beklaagde speelt de hele klacht zich af in de privésfeer. De klacht is ingediend tegen zijn bedrijf, maar dat speelt geheel geen rol in deze kwestie. De klacht die aan de commissie voorligt vloeit voort uit een tussen partijen lopende echtscheidingsprocedure. Ten grondslag aan deze klacht ligt de waardebepaling van de privéwoning. Dit betreft de woning waarin beklaagde met zijn kinderen woont. Beklaagde is ter zake de privéwoning niet als NVM-makelaar opgetreden en evenmin als NRVT-taxateur. De commissie mag een dergelijke klacht niet inhoudelijk behandelen. Daarnaast dient beklaagde twee ontvankelijkheidsverweren in die betrekking hebben op een reeds lopende civiele procedure tussen partijen en de hoogte van het financiële belang van de klacht.

De commissie overweegt als volgt. Op grond van het voorgaande dient de commissie eerst te beoordelen of de klacht zich afspeelt in de privésfeer en of beklaagde, tegen wie een klacht is neergelegd bij de Tuchtcommissie Vastgoedprofessionals, een beklaagde is in de zin van artikel 1 van het reglement van de commissie. Beklaagde stelt immers dat klaagster de klacht tegen hem als makelaar/taxateur heeft ingediend, terwijl beklaagde aangeeft dat hij uitsluitend als privépersoon in de privésfeer heeft gehandeld/is opgetreden. Op grond van artikel 3 lid 1 van haar reglement is de commissie bevoegd kennis te nemen van een klacht wanneer deze het handelen of nalaten van een beklaagde betreft. Onder beklaagde valt (voor zover hier van belang) op grond van artikel 1 van het regelement ‘een onderneming die aangesloten is of was bij de NVM of een makelaar/taxateur die lid is of was bij de NVM’. De klacht dient gericht te zijn tegen een beklaagde in de zin van het reglement en dient te gaan over diens handelen en/of dat van de onderneming.

Klaagster heeft tegen het verweer van beklaagde ingebracht dat zij een zakelijke beoordeling van de commissie op de klacht verlangt. Beklaagde heeft de taxatie van de woning laten uitvoeren door een bevriende collega makelaar. Beklaagde heeft geen onafhankelijke externe makelaar/taxateur ingeschakeld om de woning te laten taxeren. Door zo te handelen, heeft beklaagde bewerkstelligd dat een veel te lage waarde aan de woning is toegekend, aldus klaagster.

Uit de dossierstukken is voor de commissie genoegzaam komen vast te staan dat de klacht zich volledig in de privésfeer afspeelt. Nergens ziet de commissie aanknopingspunten om aan te nemen dat door de beklaagde als onderneming of door beklaagde als makelaar/taxateur handelingen zijn verricht die als zakelijk met betrekking tot de betreffende woning kunnen worden aangemerkt. Dat door beklaagde een derde gevraagd is een taxatie uit te voeren, onderschrijft eerder het privékarakter van de zaak dan een zakelijk karakter. Dit was anders geweest wanneer de beklaagde onderneming dan wel de beklaagde makelaar/taxateur zelf de taxatie/waardebepaling had uitgevoerd als (dienstverlenend) makelaar/taxateur. Nu naar het oordeel van de commissie sprake is van een klacht die voortkomt uit een conflict in de privésfeer, kan de beklaagde niet als beklaagde in de zin van het reglement worden aangemerkt. Dat betekent dat de klacht, zoals die door klaagster is ingediend, buiten de taak van de commissie valt zoals omschreven in het reglement. Het voorgaande betekent dat de commissie zich onbevoegd zal verklaren om over de klacht te oordelen. De commissie zal dientengevolge geen inhoudelijk oordeel geven. De ontvankelijkheidsverweren van beklaagde, aangaande de reeds lopende procedure bij de civiele rechter en de grootte van het financiële belang, behoeven derhalve geen bespreking. Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De commissie verklaart zich onbevoegd over de klacht te oordelen.
Aldus beslist door de Tuchtcommissie Vastgoedprofessionals, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M Boumans, voorzitter, mevrouw J.M.A. van Haren en de heer J. Verdoold, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.M. Bouter-Bijsterveld, secretaris, op 17 mei 2024. A.D.R.M Boumans