Commissie: Zorg Algemeen
Categorie: Kosten
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: gegrond
Referentiecode:
198293/210225
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Klager heeft een drietal gesprekken gevoerd bij de zorgaanbieder. Hierna is aan klager medegedeeld dat de zorgaanbieder hem niet kan behandelen. Klager heeft vervolgens een factuur ontvangen van € 869,58, welk bedrag later is gereduceerd tot een bedrag van € 666,82. Klager stelt dat dit niet overeenkomstig gemaakte afspraken tussen klager en de zorgaanbieder is. De commissie verklaart de klacht als zijnde niet weersproken gegrond en oordeelt dat klager aan de zorgaanbieder verschuldigd is een bedrag van € 360,–. Het door klager in depot gestorte bedrag van € 179,78 wordt aan klager uitgekeerd en de zorgaanbieder wordt veroordeeld tot betaling aan klager van € 127,04 en van het door klager betaalde klachtgeld van € 52,50.
De uitspraak
in het geschil tussen
de heer [naam], wonende te [plaats] (hierna te noemen: de cliënt)
en
Focus GGZ B.V., gevestigd te Amsterdam
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Zorg Algemeen (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De cliënt heeft de klacht voorgelegd aan de zorgaanbieder. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.
De cliënt heeft ter zitting fysiek het standpunt toegelicht. Door de zorgaanbieder is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid ter zitting het standpunt toe te lichten.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 30 juni 2023 te Utrecht.
De cliënt heeft een bedrag van € 179,78 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.
De commissie heeft het volgende overwogen.
Beoordeling
Naar aanleiding van de stukken en hetgeen klager ter zitting naar voren heeft gebracht, overweegt de commissie als volgt.
Vaststaat dat klager drie gesprekken heeft gevoerd bij de zorgaanbieder op 6 juli (2 gesprekken) en 11 juli 2022. Na deze gesprekken heeft de zorgaanbieder geconcludeerd dat klager niet behandeld kan worden bij de zorgaanbieder en is aan klager op 3 augustus 2022 een factuur gestuurd van € 869,58. Hierop is (kennelijk) een korting van 19% gegeven en ook is op 6 oktober 2022 een creditfactuur verstuurd van € 37,54. Het totaal door klager te betalen bedrag komt hiermee uit op € 666,82. Op 27 januari 2023 heeft klager aan de zorgaanbieder betaald € 487,04. Het resterende bedrag van € 179,78 is door klager in depot gestort. Klager stelt dat een betaling van in totaal € 360,– gerechtvaardigd is, gebaseerd op de e-mail die hij kort voor zijn afspraak van de zorgaanbieder heeft ontvangen.
Nu de zorgaanbieder geen schriftelijk verweer heeft aangeleverd om de stelling van klager te weerleggen en evenmin ter zitting is verschenen om vragen van de commissie te beantwoorden en het voor de commissie niet duidelijk is geworden waar de bedragen op de factuur van de zorgaanbieder op zijn gebaseerd, wordt de vordering van klager als niet weersproken toegewezen. Dit betekent dat klager het in depot gestorte bedrag terug zal ontvangen en dat de zorgaanbieder aan klager een bedrag van € 127,04 dient te betalen.
Overeenkomstig het reglement van de commissie zal de zorgaanbieder eveneens veroordeeld worden tot betaling van het door klager betaalde klachtgeld van € 52,50.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht van klager gegrond;
– bepaalt dat het in depot gestorte bedrag van € 179,78 wordt uitgekeerd aan klager;
– veroordeelt de zorgaanbieder tot betaling aan klager van een bedrag van € 127,04;
– bepaalt dat deze bedragen binnen veertien dagen na verzending van deze uitspraak worden betaald.
Bovendien dient de zorgaanbieder overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de cliënt te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Zorg Algemeen, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer dr. J.W. Stenvers, de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. M. Gardenier, secretaris, op 30 juni 2023.