Geen gewichtige redenen tot teruggeven opdracht.

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Makelaardij    Categorie: Opdracht    Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: MAK09-0168

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de overeenkomst tot bemiddeling bij verkoop van een woning. De consument verlangt creditering van het bedrag van de nota van de ondernemer.   De consument heeft een bedrag van € 1.456,21 bij de commissie in depot gestort.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft tegen mijn zin de opdracht teruggeven zonder goede gronden. Hij deed dit op 11 augustus 2009 nadat wij op 6 augustus 2009 een gesprek hadden over de vele fouten die hij, vooral bij het adverteren, gemaakt had. In het gesprek van 6 augustus 2009 hebben wij gesproken over de vele fouten. Toen hebben wij hem verteld dat, mocht het zover komen dat wij onze nieuwe in aanbouw zijnde woning zouden moeten verkopen, hij deze opdracht niet zou krijgen. Hij reageerde hierop met de mededeling dat hij alle recht had deze woning ook te mogen verkopen. Wij hebben gezegd dat wij hier vrij in waren. Hij heeft toen gezegd dat hij dan niet wist of hij verder met ons wilde gaan. Vervolgens heeft hij op 11 augustus 2009 gebeld met de mededeling dat hij de opdracht beëindigde. Wij waren overdonderd, hij noemde geen reden en gaf ons geen kans er tegen in te gaan.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Op ons initiatief heeft op 6 augustus 2009 een gesprek plaatsgevonden waarin naar voren kwam dat er vanuit de consument geen vertrouwen meer was. Op 11 augustus 2009 hebben wij de opdracht teruggeven/ingetrokken. In de opdracht staat duidelijk vermeld dat de gemaakte kosten (zoals adverteren) moeten worden voldaan. In de correspondentie wordt ons het geschil niet duidelijk, daarom concentreren we ons op de nota. Voor de rest distantieer ik me van de inhoud van alles wat ze schrijft en ga ik inhoudelijk verder niet reageren.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De commissie stelt voorop dat de ondernemer in zijn verweer slechts volstaat met een algemene betwisting, zonder op de gedetailleerde en wel degelijk duidelijke stellingname van de consument, in te gaan. De stelling ‘Voor de rest distantieer ik me van de inhoud van alles wat ze schrijft en ga ik inhoudelijk verder niet reageren’, is onvoldoende weerspreking van hetgeen de consument heeft aangevoerd zodat de commissie de lezing van de consument aangaande de feiten als vaststaand dient aan te nemen.   Ingevolge het bepaalde in art. 6 lid 4 van de toepasselijke NVM-Voorwaarden kan een makelaar de opdracht (slechts) teruggeven indien sprake is van gewichtige redenen. Als voorbeeld van een gewichtige reden wordt in genoemde bepaling gegeven, de situatie waarin sprake is van een conflict in belangen of wanneer sprake is van een ernstige verstoring van de relatie tussen makelaar en consument. De bepaling verlangt dat de teruggaaf schriftelijk of elektronisch geschiedt.   Aan de laatstgenoemde eis is in elk geval niet voldaan. De opdracht is mondeling teruggeven. Weliswaar is een brief van de ondernemer aan de consument d.d. 13 augustus 2009 overgelegd maar die brief vermeldt niet de reden van intrekking en voldoet daarmee niet aan de ratio van de schriftelijkheidseis. De brief verwijst slechts naar de bijgevoegde nota en de retournering van de sleutel en de aan de ondernemer overhandigde documenten maar een reden van intrekking wordt niet genoemd. Reeds om die reden komt aan de intrekking niet de door de ondernemer beoogde effect toe en daarmee is sprake van een toerekenbare tekortkoming zijnerzijds bij het niet opvolgen van de verplichtingen uit hoofde van de – immers niet geëindigde – bemiddelingsovereenkomst.   De commissie oordeelt dat – ook inhoudelijk getoetst – geen sprake is van een gewichtige reden in de uitleg die aan deze bepaling geven moet worden. Een kritisch gesprek over gedocumenteerd aangetoonde – en ook niet weersproken – fouten in advertenties waarin bijvoorbeeld een onjuiste vraagprijs wordt gehanteerd behoeft op zich nog niet te leiden tot een (ernstige) verstoring van de relatie – zeker niet indien die verstoring, zoals hier, gesteld wordt door de tekortschietende ondernemer – en kan daarom geen gewichtige reden zijn.   Daarbij komt dat de ondernemer de door de consument aangevoerde werkelijke reden ook niet weersproken heeft. Het feit dat de consument aankondigde dat een eventuele verkoop in de toekomst van de in aanbouw zijnde woning niet aan de ondernemer zou worden gegund, was de werkelijke reden, zo moet de commissie bij gebreke van voldoende gemotiveerde betwisting aannemen.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De commissie verklaart de klacht gegrond.   De consument is niets verschuldigd.   Het in depot gestorte bedrag van € 1.456,21 wordt aan de consument geretourneerd.   De ondernemer dient overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 75,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij, op 17 februari 2010.