Commissie: Makelaardij
Categorie: Bemiddeling
Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
80302
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de bemiddeling bij verhuur.
De consument heeft in september 2013 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument, zoals nader toegelicht ter zitting, luidt in hoofdzaak als volgt.
Wij hadden onze woning bij de makelaar in verkoop gegeven, maar op een gegeven moment kwamen wij op verhuur uit. De woning is toen zonder problemen via de ondernemer verhuurd. Toen de huurder eruit trok moest de woning opnieuw worden verhuurd. Ook dat is via de ondernemer gebeurd. Later bleek dat de nieuwe huurder er een wietplantage in heeft gevestigd. Die is al snel opgerold. Overigens ligt de woning naast een politiebureau. De mensen zijn gepakt terwijl zij aan het ontruimen waren. Er is naar verhouding niet zo veel schade, maar toch wel voor een paar duizend euro. Die vorderen wij niet van de ondernemer.
Wel vorderen wij terugbetaling van de courtage. Wij hebben € 1.210,– betaald. Dat is niet weinig, gelet op wat de ondernemer moest doen. Wij gingen er dan ook van uit dat in de prijs begrepen was dat de ondernemer zou nagaan of het om een betrouwbare huurder ging.
Op zichzelf klopt het wel dat de ondernemer heeft gezegd dat hij geen typische verhuurmakelaar is. Maar hij heeft wel gezegd dat er naar de door de huurders aangeleverde gegevens zou worden gekeken. Wij wisten ook wel dat er altijd risico’s bestaan als je gaat verhuren, maar met de forse prijs in ons achterhoofd hebben wij gevraagd of de gegevens zouden worden gecontroleerd en ons werd gezegd dat dit altijd gebeurde.
Achteraf is gebleken dat die controle bitter weinig heeft voorgesteld. De NVM-woontoets is niet gehanteerd, ofschoon die toen reeds ruim een half jaar bestond. Men heeft gebeld naar een telefoonnummer op een kaartje dat de huurders hadden afgegeven, maar niet zelf het bedrijf gegoogled en rechtstreeks naar de beweerde werkgever gebeld. Wij zijn er, toen bleek dat het fout zat, met een paar minuten zoeken op de computer en een telefoontje achter gekomen dat de referenties niet deugden. Dat had de ondernemer ook kunnen en dus moeten doen.
De stukken welke de huurder had afgegeven hebben wij aanvankelijk per email, maar pas veel later in origineel, gekregen. Als de ondernemer zegt dat hij die aan ons ter beschikking had gesteld opdat wij de gegevens konden nagaan merk ik op dat wij nu juist mede daarvoor de ondernemer hadden ingeschakeld.
De consument verlangt terug betaling van de courtage.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer, zoals mede toegelicht ter zitting, luidt in hoofdzaak als volgt.
Wij hebben van het begin af aan duidelijk gemaakt dat wij geen verhuurmakelaar zijn en dat als de consument dezelfde service verwachtte als van een verhuurmakelaar, hij daar naar toe zou moeten gaan. In diverse e-mails hebben wij duidelijk gemaakt wat wij zouden uitvoeren: plaatsing op Funda, opstellen huurovereenkomst, en bezichtigingen. Verder gingen onze diensten niet. Het uitvoeren van een NVM-woontoets hoorde daar dus niet bij. Wij hebben gegevens van de huurders verzameld en aan de consument ter beschikking gesteld.
Niet omdat dit was afgesproken, maar omdat wij dit voor onszelf wilden weten hebben wij nog even het mobiele nummer gebeld dat op een visitekaartje stond dat de huurder ons gaf toen hij de stukken kwam afleveren. Ons werd bevestigd dat de huurder daar werkte. Ook hebben wij de huurder nagetrokken op Facebook en daaruit kwam niets verontrustends naar voren.
Wij zijn van mening dat ons niets valt te verwijten.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Heden ten dage dienen makelaars die betrokken zijn bij verhuur zich bewust te zijn van de mogelijkheid dat verhuurde woningen worden gebruikt voor wietplantages.
Zekerheid dat dit niet zal gebeuren kan een makelaar niet verschaffen – het risico blijft bij de verhuurder – doch hij kan zich ervoor inspannen om de door de huurder aangedragen gegevens op juistheid en waarachtigheid te controleren.
In dit geval gaf de door de ondernemer bedongen contraprestatie ook een indicatie dat de consument daarvoor enige mate van controle mocht verwachten. De uitlating dat er naar de gegevens gekeken kan worden kan een vals gevoel van zekerheid geven, als die controle inhoudelijk niet veel blijkt voor te stellen. Indien gezegd zou zijn dat de ondernemer geen enkele controle zou uitvoeren, wist de consument in elk geval waar zij aan toe was. Anders dan de ondernemer stelt kan uit de email (waarin is vermeld wat er wel uitgevoerd zal worden) niet, eventueel a contrario, worden afgeleid dat de ondernemer voor het overige geen activiteiten zou ondernemen. De ondernemer had ofwel de NVM woontoets kunnen laten uitvoeren, ofwel zelf actief kunnen trachten de juistheid van de aangedragen gegevens te controleren. Onweersproken is door de consument gesteld dat hij in beperkte tijd erin was geslaagd te achterhalen dat de door de huurders aangedragen gegevens niet juist waren.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.
Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 1.210,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 76,26 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 350,–.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij op 27 januari 2014.