Commissie: Makelaardij
Categorie: (voldoen) aan inspanningsverplichting / Schadevergoeding
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
335690/426803
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De uitspraak gaat over een overeenkomst tussen makelaar en consument betreffende de bemiddeling van het woonhuis van consument. De consument is ontevreden over de bemiddeling. De makelaar had weinig bezichtigingen gedaan en deze leidde tot niets. Ook het opnieuw te koop zetten van het huis op een verkoopsite leidde niet tot verkoop. Na het inschakelen van een andere makelaar is het huis wel verkocht. De makelaar stelt dat er 26 bezichtigingen zijn geweest en een reële bieding. Deze vond de consument niet goed genoeg. Hieruit volgt dat hij heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting en hij wil dan ook de overeengekomen vergoeding betaald krijgen. De commissie volgt het standpunt van de makelaar. De consument heeft niet betwist dat er veel bezichtigingen zijn geweest en een reëel bod is uitgebracht. De klacht is ongegrond.
De uitspraak
Behandeling van het geschil
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen. De consument is niet verschenen. De ondernemer is wel op de zitting verschenen.
Onderwerp van het geschil
Tussen partijen is begin 2023 een schriftelijke opdracht tot bemiddeling van het woonhuis van de consument tot stand gekomen. Deze is ingetrokken door de consument en de makelaar heeft de voor dat geval overeengekomen vergoeding van € 484,– in rekening gebracht aan de consument. Zij heeft deze niet betaald.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer. De consument voert aan dat de makelaar weliswaar bezichtigingen heeft gedaan maar het duurde veel te lang en leidde tot niets. Toen is besloten het huis van [naam verkoopsite] te halen en er later weer op te zetten. Dat leidde ook niet tot een verkoop. De makelaar heeft dus niet goed genoeg zijn best gedaan en dat heeft te maken met de wijze van presentatie van de woning. Daarna heeft de consument een andere makelaar ingeschakeld die er wel in slaagde de woning succesvol te bemiddelen. De makelaar drong aan op betaling van € 484,– en de consument was bereid € 300,– inclusief btw te betalen, maar daar nam de makelaar geen genoegen mee. Nu wil de consument geen courtage meer betalen en vraagt zij schadevergoeding voor de periode dat de woning via de makelaar tevergeefs te koop heeft gestaan.
Standpunt van de makelaar
Voor het standpunt van de makelaar verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer. Er zijn in totaal 26 bezichtigingen geweest en er is een reële bieding van € 323.000,– geweest. Dat vond de consument echter niet genoeg. Hieruit volgt in elk geval dat de presentatie van de woning goed was. De makelaar is van mening dat hieruit volgt dat hij heeft voldaan aan zijn inspanningsverplichting.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen. De commissie is het eens met de makelaar. Niet wordt door de consument betwist dat er heel veel bezichtigingen zijn geweest en een reëel bod is uitgebracht dat door de consument is afgewezen. Dat de woning niet is verkocht is daarom ook niet aan de makelaar te verwijten. De commissie heeft de indruk dat de klacht vooral is ingegeven door de dubbele lasten waarmee de consument in haar beleving te lang mee te maken heeft gehad. Dat is echter niet aan de makelaar te verwijten. Precies voor het geval dat de consument toch ontevreden zou zijn over de prestaties van de makelaar zijn partijen de intrekkingskosten overeengekomen. Het gaat niet aan dat de consument met deze klacht daarop een korting wil bewerkstelligen omdat de woning niet snel genoeg zou zijn verkocht, laat staan schadevergoeding zou kunnen krijgen. De klacht is dus ongegrond. Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Het in depot gestorte bedrag van 484,00 moet aan de makelaar worden betaald. Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij, bestaande uit de heer mr. A.J.J. van Rijen, voorzitter, de heer J.B. Boerman, de heer mr. drs. M.J. Ziepzeerder, leden, op 20 september 2024.