Commissie: Makelaardij
Categorie: Dubbele woonlasten / Schadevergoeding / Tekortkoming in de nakoming
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
249391/398949
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De uitspraak gaat over een overeenkomst tussen een consument en een makelaar. Het geschil betreft de kwaliteit van de verrichte dienstverlening en de financiële afwikkeling van de ingetrokken opdracht tot dienstverlening bij verkoop van de woning van de consument. De consument is van mening dat de makelaar haar niet goed heeft begeleid bij de verkoop van haar woning. Zo kreeg de consument weinig informatie en was er gebrekkige communicatie. Dit alles heeft ertoe geleid dat de verkoop van de woning aanzienlijk vertraagd is. De consument stelt de makelaar aansprakelijk voor de kosten van de dubbele woonlasten en het aannemen van een nieuwe makelaar. De makelaar is echter van mening dat zij hun uiterste best hebben gedaan. Ze erkennen een tweetal kleine fouten, maar uit coulance heeft de makelaar daar geen kosten voor in rekening gebracht. De makelaar acht zich niet aansprakelijk. De schade heeft de consument aan zichzelf te wijten. De commissie beslist als volgt. Er zijn in de zaak geen enkele kosten in rekening gebracht. Niet valt te zien dat de makelaar moet opdraaien voor de kosten van een andere makelaar. Daarnaast zijn dubbele woonlasten onderdeel van het verkoopproces. Er is geen sprake van een tekortkoming in de nakoming. De klacht is ongegrond.
De uitspraak
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Makelaardij (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken. De behandeling heeft plaatsgevonden op 17 juli 2024 te Den Haag. De consument en de makelaar, bijgestaan door een kantoorgenote, zijn digitaal ter zitting gehoord via een zogenaamde Zoom verbinding.
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de kwaliteit van de verrichte dienstverlening en de financiële afwikkeling van de ingetrokken opdracht tot dienstverlening bij verkoop van de woning van de consument.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De wijze waarop de makelaar de verkoop van mijn woning heeft begeleid, met name het geven van weinig tot geen informatie evenals de bijzonder gebrekkige communicatie en het gebrek aan zorg voor mij als cliënt, heeft geleid tot aanzienlijke vertraging in de verkoop van mijn woning en daarmee tot dubbele woonlasten gedurende de periode 1 december 2023 en januari 2024. Bovendien zag ik mij genoodzaakt een nieuwe makelaar in de arm te nemen. Ik stel de makelaar aansprakelijk voor deze kosten (2 maanden dubbele woonlasten ad € 2.000,– per maanden en € 3.000,– aan makelaarskosten).
Standpunt van de makelaar
Voor het standpunt van de makelaar verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
Wij hebben ons uiterste best gedaan om de consument te helpen. Wij hebben veel tijd en energie in de verkoop gestoken. Niettemin heeft de consument de opdracht ingetrokken en een andere makelaar genomen, omdat zij niet tevreden was over de dienstverlening. Wij erkennen een tweetal kleine fouten te hebben gemaakt. Uit coulance hebben wij uiteindelijk geen enkele kosten in rekening gebracht. Het mediapakket heeft zij gratis van ons gekregen.
Wij achten ons niet aansprakelijk voor de gestelde schade, voor zover er al sprake is van schade. Als er schade is dan heeft de consument die aan zich zelf te wijten.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie kan de consument niet volgen in haar verzoek tot vergoeding van de makelaarskosten.
In de onderhavige zaak zijn geen enkele kosten in rekening gebracht. Niet valt in te zien dat deze makelaar zou moeten opdraaien voor de kosten van de andere makelaar.
Dubbele woonlasten zijn inherent aan een verkoopproces. De door de consument gestelde twee maanden zijn fictief, arbitrair en ongewis. Bij gebrek aan in geld te waarderen schade, is er mitsdien geen plaats voor het dit verzoek tot schadevergoeding van de gestelde duur.
Nu ook overigens van enige tekortkoming geen sprake is en niet is gebleken dat de door de makelaar erkende twee onvolkomenheden tot enig nadeel hebben geleid, wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen,.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij, bestaande uit de heer mr. D. van den Brink, voorzitter, de heer J.B. Boerman, mevrouw mr. D.E. Valle Robles-Roomer, leden, op 17 juli 2024.