Niet voldoende aannemelijk dat gebrek al op het moment van levering bestond.

  • Home >>
  • Elektro >>
De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Elektro    Categorie: Ondeugdelijke levering / (non-)conformiteit    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 62324

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 28 augustus 2006 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een receiver tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 2.000,–. De levering vond plaats op of omstreeks 11 september 2006.   De consument heeft op 7 oktober 2011 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De receiver werkt niet goed. Het apparaat schakelt zichzelf spontaan in en het volume wordt spontaan groter en neemt dan oorverdovende proporties aan. Een dvd moet via de video 3 uitgang afgespeeld worden in plaats van via de dvd-uitgang. Het apparaat is drie maal voor reparatie bij de ondernemer terug geweest, maar het gebrek is niet opgelost. Toen ik de receiver voor de vierde maal naar de ondernemer bracht heb ik gezegd dat ik deze niet terug wilde hebben en dat ik de koopovereenkomst ontbond. De ontbinding heb ik bij brief van 7 oktober 2011 bevestigd. Het apparaat bevindt zich nog bij de ondernemer. Zonder mijn voorkennis heeft de ondernemer een – naar hij zegt preventieve – reparatie laten uitvoeren. Volgens hem werkt het apparaat goed. Ik heb er echter geen enkel vertrouwen meer in en blijf bij mijn ontbinding. De ondernemer wil mij de koopprijs echter niet terugbetalen.   De consument verlangt een uitspraak van de commissie waarbij de ontbinding van de overeenkomst wordt bekrachtigd en de ondernemer wordt verplicht de koopsom aan de consument terug te betalen.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De keren dat het apparaat bij ons is teruggekomen hebben wij dit aan een duurtest onderworpen. Er is nooit enig mankement vastgesteld. De laatste keer is preventief de besturingsunit/rotary encoder vervangen. Het apparaat is vervolgens weer aan een duurtest onderworpen, is gereed gemeld en verzonden naar [ons filiaal], waar de consument het had gekocht. Er is geen enkel bewijs dat het apparaat een gebrek heeft. Er moet sprake zijn van een invloed van buitenaf. Zeker na de vervanging van het genoemde onderdeel is het uitgesloten dat er sprake is van een inwendig gebrek.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.   De deskundige heeft de receiver na de daaraan uitgevoerde reparatie voor onderzoek meegenomen en aan een intensieve duurtest onderworpen. Er zijn geen mankementen waargenomen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Indien, zoals in dit geval, een gebrek zich openbaart meer dan 6 maanden na de levering van het gekochte artikel, moet de consument bewijzen, althans voldoende aannemelijk maken, dat het gebrek is te wijten aan een oorzaak die op het moment van levering al bestond. De consument heeft dat bewijs niet geleverd. Integendeel, uit het feit dat de verschillende duurtesten waaraan het apparaat is onderworpen, waaronder de test die de deskundige heeft uitgevoerd, geen gebrek hebben aangetoond moet eerder worden afgeleid dat er geen sprake is van een inwendig gebrek. Aan de consument is bij aankoop een servicecertificaat meegegeven. Dit certificaat is geldig tot en met 11 september 2012. De ondernemer heeft aan zijn uit dit certificaat voortvloeiende verplichting voldaan door het apparaat kosteloos na te kijken en een reparatie uit te (laten) voeren. Meer rechten, zoals dat op ontbinding van de overeenkomst, kan de consument niet aan dit certificaat ontlenen. Van een langere garantie dan gebruikelijk bij dit soort apparaten is niet gebleken. Een en ander betekent dat de consument geen recht heeft op ontbinding van de overeenkomst. De door de ondernemer uitgevoerde reparatie dient uiteraard deugdelijk te zijn. Vooralsnog kan uit de bevindingen van de deskundige worden opgemaakt dat dat het geval is. Mocht het apparaat alsnog gebreken vertonen, dan kan de consument zich daarvoor wederom tot de ondernemer wenden. Leidt dit niet tot een bevredigend resultaat, dan kan de consument opnieuw een geschil bij de commissie aanhangig maken, die op grond van de dan van belang zijnde omstandigheden zal beslissen. Reeds nu voor alsdan merkt de commissie op dat de door haar in te schakelen deskundige zijn onderzoek in dat geval bij de consument thuis dient uit te voeren.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   Het door de consument verlangde wordt afgewezen.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Elektro op 11 januari 2012.