Onduidelijkheid oorzaak defecte koffiemolen: tweede deskundigenonderzoek

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Glas, Porselein en Aardewerk    Categorie: Conformiteit    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: GPA07-0001ta

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 6 mei 2004 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst, waarbij de ondernemer zich heeft verplicht tot het leveren van een [espresso-apparaat] aan consument tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 949,– met een garantie van twee jaren. De levering vond plaats op 6 mei 2004.   De consument heeft de klacht op 20 oktober 2006 voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Op 24 maart 2006 is het espresso-apparaat voor de eerste maal gerepareerd vanwege een defecte koffiemolen. Toen zou onder coulance de koffiemolen zijn vervangen en een servicebeurt aan het espresso-apparaat zijn verleend voor een door de consument betaald bedrag van € 135,98. Op 20 oktober 2006 heeft de consument het espresso-apparaat opnieuw ter reparatie aangeboden aan ondernemer wegens wederom een defecte koffiemolen. Vervolgens is het espresso-apparaat opnieuw gerepareerd voor een totaal bedrag van € 153,09, welk bedrag de consument onder protest aan de ondernemer heeft betaald. Volgens de consument produceert het espresso-apparaat stoom bij gebruik en door een constructiefout van het apparaat komt er condens/vocht in het bonenreservoir. De consument betwist uitdrukkelijk zelf water/vocht en/of vochtige bonen in het koffiebonenreservoir te hebben gedaan, zoals door de ondernemer wordt gesteld.   De consument verlangt coulance ten aanzien van de kosten van de tweede reparatie van 20 oktober2006 ten bedrage van € 153,09 alsmede de reparatie van het espresso-apparaat zodat de condensvorming in het koffiebonenreservoir niet meer zal optreden.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. Er wordt geen diepvrieskoffie voor het apparaat gebruikt. Er is nooit water in het koffiebonenreservoir gedaan. Wel treedt er condensvorming op in het koffiebonenreservoir als er meerdere koppen koffie worden gezet. Dat vormt een constructiefout/gebrek.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Bij reparatie is vocht in de molen aangetroffen met schade als gevolg. Het espresso-apparaat functioneert zonder lekkage zodat vocht van buitenaf in het koffiebonenreservoir terecht is gekomen. Dat is gebeurd doordat er ofwel water is ingegoten ofwel dat er vochtige koffiebonen zijn ingevoerd. De eerste reparatie is door de fabrikant onder coulance en kosteloos uitgevoerd, maar de tweede reparatie dient door de consument te worden betaald. Er is sprake geweest van een onjuist gebruik zodat er geen garantie (meer) kan zijn.   Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   Van dit type espresso-apparaten worden er zeer velen verkocht zonder problemen met vocht. De storingsgraad bij dit soort apparaten is minimaal. Bij de[fabrikant zouden zeer weinig klachten over vochtproblemen bij dit soort apparaten binnenkomen, slechts ongeveer vijf per jaar. Er is geen bewijs dat door beweerdelijke condensvorming in het koffiebonenreservoir de schade zou zijn ontstaan.   Deskundigenrapport   De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.   Bij onderzoek van het apparaat van de cliënte is gebleken dat bij het maken van meerdere koppen koffie er condensvorming is aan de onderkant van het dekseltje van de koffiebonenbak. Zie ook de foto van cliënte. Ondanks de isolatie en de uitlaat komt de stoom binnen langs de gemalen koffie-inlaat, daar, waar op dat stukje geen isolatie zit, in het bonenvak. Vervolgens komt het vocht daarna in de koffiemolen die daar op termijn defect van zal raken.   Volgens de deskundige is herstel mogelijk en wel door het plaatsen van circa 5 centimeter isolatiemateriaal tussen het koffiebonenbakje en de gemalen koffie-inlaat, waarvan de kosten door de deskundige worden becijferd op € 63,07 totaal.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Kern van de zaak is of de door de consument en de deskundige geconstateerde condensvorming bij gebruik van het espresso-apparaat in de koffiebonenbak de oorzaak is (geweest) van het defect raken van de koffiemolen en aldus zal kunnen worden vastgesteld dat sprake is van een constructiefout/gebrek van het espresso-apparaat. Dit wordt door de consument gesteld en door de ondernemer gemotiveerd betwist. De commissie acht zich met het voorliggende deskundigenrapport onvoldoende voorgelicht en geïnformeerd en acht een second opinion door een deskundige noodzakelijk. Meer in het bijzonder wenst de commissie alsdan van de deskundige te vernemen of met (aan) zekerheid (grenzende waarschijnlijkheid) kan worden vastgesteld dat de geconstateerde condensvorming als oorzaak van het defect raken van de koffiemolen kan worden aangemerkt. Voor het uitbrengen van de second opinion benoemt de commissie een [tweede deskundige]   Beslissing   De commissie bepaalt dat een nader onderzoek zal worden ingesteld door de [tweede deskundige], waarbij in het bijzonder de hiervoor geformuleerde vraagstelling aan de orde zal worden gesteld. De deskundige zal schriftelijk rapport aan de commissie uitbrengen. Het rapport zal in afschrift aan partijen worden gezonden. Partijen worden in de gelegenheid gesteld daarop binnen twee weken schriftelijk hun op- en/of aanmerkingen aan de commissie kenbaar te maken. Tenzij (één der) partijen uitdrukkelijk te kennen geven (geeft) een nadere mondelinge behandeling op prijs te stellen, zal de commissie vervolgens op basis van de stukken bindend adviseren. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Glas, Porselein & Aardewerk, op 4 januari 2008.