Commissie: Schilders-
Categorie: Bewijs / Uitvoering overeenkomst
Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
198301/204855
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Het geschil betreft een overeenkomst van 31 januari 2018 voor buitenschilderwerk met als meerwerk het vervangen van plaatwerk en het schilderen daarvan. De consument stelt dat hij in 2020 bij de ondernemer melding heeft gemaakt van verfblaren aan het schilderwerk van het vervangen plaatwerk. De ondernemer is hier nooit op teruggekomen, hetgeen door de ondernemer wordt ontkend. Volgens de ondernemer heeft de consument pas in 2022 (dus na vier jaar) geklaagd over het plaatwerk en schilderwerk. De deskundige van de commissie heeft onderzoek gedaan naar de verfschade en heeft die aangetroffen bij één paneel in de achtergevel. De oorzaak is een gevolg van vochtbelasting, maar niet duidelijk is op welke wijze het vocht de beplating heeft kunnen belasten. Nu geen uitsluitsel kan worden gegeven over de mogelijke oorzaak van de vochtbelasting en de opgetreden verfschade, kan ook niet worden vastgesteld dat de ondernemer gebrekkig werk heeft geleverd. De klacht is daarom ongegrond.
Volledige uitspraak
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Schilders, Behangers en Glaszetbedrijven (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 19 september 2023 te Den Haag.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.
Ter zitting werd de ondernemer vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger].
Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Het geschil betreft een overeenkomst de dato 31 januari 2018 tot het verrichten van buitenschilderwerk met als meerwerk het vervangen van plaatwerk en het schilderen daarvan. De consument heeft de daarvoor door de ondernemer uitgeschreven factuur voldaan.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De consument stelt dat hij in 2020 bij de ondernemer melding heeft gemaakt van gebreken aan het schilderwerk van vervangen plaatwerk, bestaande uit verfblaren. De ondernemer heeft toegezegd daarop terug te komen, maar heeft dit nooit gedaan. Tijdens de voorjaarsstorm van 18 februari 2022 is een groot stuk verfwerk van het vervangen plaatwerk aan de achterzijde van het huis gewaaid, ook zijn er verfstukken van vervangen plaatwerk aan de voorzijde losgekomen. De ondernemer heeft een en ander op 5 september 2022 in ogenschouw genomen, maar heeft betwist dat een en ander aan het plaatwerk ligt. De consument heeft een ander bedrijf opdracht gegeven om het plaat- en schilderwerk te vervangen.
De consument eist vergoeding door de ondernemer van de herstelkosten.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer betwist dat hij in 2020 een melding van de consument heeft ontvangen over blaren in het schilderwerk van de vervangen platen. Volgens de ondernemer heeft de consument eerst in 2022 (vier jaar na dato) geklaagd over het plaatwerk en schilderwerk, waarna hij herstel heeft aangeboden. Hij betwist dat de verfschade gebrekkig schilderwerk tot oorzaak heeft.
Het deskundigenrapport
De deskundige [naam] heeft op 29 april 2023 een rapport uitgebracht van zijn bevindingen naar aanleiding van onderzoek ter plaatse. In het kort komen die op het volgende neer.
De deskundige heeft verfschade aangetroffen bij één paneel in de achtergevel, waarbij de verf totaal is onthecht tot op het kale hout, en één paneel in de voorgevel, namelijk in het midden en aan de onderzijde en rond de hemelafvoeren. De oorzaak is een gevolg van vochtbelasting. Het is echter niet duidelijk op welke wijze het vocht de beplating heeft kunnen belasten. Het is niet aannemelijk dat via het kopse hout de vochtbelasting heeft plaatsgevonden. Niet vastgesteld kon worden of er voldoende ventilatie via de achterliggende constructie heeft kunnen plaatsvinden. Osmose zou een mogelijke oorzaak kunnen zijn, maar het blijft vreemd dat de blaarvorming zich op slechts twee van de vervangen panelen voordoet en elders niet. Op basis van zijn bevindingen kan de deskundige geen uitsluitsel geven over de mogelijke oorzaak van de vochtbelasting en de daardoor ontstane verfschade. Ook na vijf jaar laten de overige vervangen panelen geen zichtbare verfschade of sterk verval van het verfsysteem zien.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie sluit zich aan bij de bevindingen en beoordeling van de deskundige. Nu geen uitsluitsel kan worden gegeven over de mogelijke oorzaak van de vochtbelasting en over de daardoor ten aanzien van twee in 2018 door de ondernemer vervangen panelen opgetreden verfschade, kan niet vastgesteld worden dat aan de ondernemer gebrekkig werk kan worden tegengeworpen zoals de stelling van de consument impliceert.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Schilders Behangers en Glaszetbedrijven, bestaande uit de heer mr. R.J. van Boven, voorzitter, de heer G.D.H. Scheers, de heer H.H. van der Linden, leden, op 19 september 2023.