Vergoeding voor de te late aanmelding aansluiting glasvezel

De Geschillencommissie




Commissie: NLconnect Internet TV en Bellen    Categorie: Overig    Jaartal: 2021
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 121762/130575

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument klaagt over de vergoeding die hij moet betalen voor de aanleg van glasvezel, omdat hij te laat was met de aanmelding. De ondernemer heeft, kort gezegd, aangevoerd dat de financiering en de uitvoering van het betreffende project ter zake de aanleg van glasvezel is gebaseerd op de aanvankelijk opgemaakte lijst met percelen. Omdat de consument te laat was met zijn aanmelding stond hij niet op die lijst en was hij dus niet in de opdracht bij de aannemer begrepen maar op de lijst voor na-aansluitingen gezet. Een perceel dat bij na-aanmelding wordt aangesloten heeft een hogere prijs bij de aannemer omdat de eerste aanleg projectmatig was en de na-aansluitingen meestal individuele percelen zijn, waarvoor ook extra inspanningen worden gepleegd. De commissie gaat mee in deze uitleg. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Onderwerp van het geschil
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Het geschil betreft kosten voor de aanleg van glasvezel.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft zich op 14 januari 2019 bij de ondernemer aangemeld voor de aansluiting van glasvezel op zijn adres. De consument moest hiervoor € 500,– betalen, omdat hij te laat was met het aanmelden daarvoor. De consument kan zich hierin niet vinden.

De periode waarin aan de consument werd gevraagd of hij wilde worden aangesloten was voor hem en zijn gezin een zeer moeilijke en hectische tijd. De consument liep steeds meer tegen grenzen aan in zijn werk, waardoor soms dingen bleven liggen c.q. werden vergeten. Ook was er onduidelijkheid in de informatie die op internet kon worden opgezocht over de aansluiting. Wanneer op een kaartje werd gezocht of geklikt zag het eruit alsof in zijn gebied geen glasvezelaansluiting mogelijk was. Door deze oorzaken was de aanmelding te laat, maar niet zo laat dat die niet meer kon worden meegenomen in het reguliere proces. Die toezegging is ook gedaan in de mail van de ondernemer van 22 maart 2019. Daarin staat dat de ondernemer de bestelling in goede orde heeft ontvangen en dat zodra de vraagbundeling met succes is afgerond, de consument nadere informatie ontvangt over de voortgang van het project. Op dat moment was nog geen enkele aanvrager aangesloten en moest het hele proces van de aanleg nog beginnen. Daarin werd de consument gewoon meegenomen. Omdat de ‘bundeling’ nog niet was afgerond heeft de ondernemer voor deze aansluiting geen extra kosten of extra werkzaamheden gehad. De consument is in principe geen na-aansluiting, want zijn oranje kabel en de graafwerkzaamheden zijn gelijktijdig met die van de hele straat neergelegd c.q. uitgevoerd. De consument moet daarom met die buren die op tijd hebben gereageerd gelijk worden behandeld.

Na de aanmelding bleek dat de consument kennelijk niet in het juiste systeem was opgenomen waarover meermaals is gebeld. Het heeft de consument veel tijd en moeite gekost om die aansluiting voor elkaar te krijgen, die door de ondernemer was toegezegd in de mail van 22 maart 2019. Die toezegging is door de ondernemer niet nagekomen. De ondernemer heeft geweigerd de betaalde € 500,– terug te betalen.

De consument wil €350,– terugontvangen.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft zich na de uiterste reactiedatum van 19 november 2018 aangemeld om met zijn perceel mee te doen met de aanleg van glasvezel in zijn gemeente. Daarom dient hij de vastgestelde bijdrage van € 500,– te betalen. Door de ondernemer zijn door de te late aanmelding extra kosten gemaakt voor de aansluiting van het perceel van de consument.

Omdat de consument te laat was met zijn aanmelding, is deze op een andere lijst, de lijst voor na-aansluitingen gezet. Bij de aanleg van het perceel van de consument is het aanlegproces van glasvezel gevolgd. Dit start met het houden van een “vraagbundeling” per gemeente. Als op de aangegeven datum voldoende animo is vastgesteld kan de ondernemer de financiering aanvragen op basis van een offerte van een aannemer. Na goedkeuring wordt de aanleg daarna in opdracht gegeven aan de aannemer. De aannemer gaat op basis van de op de sluitingsdatum opgemaakte lijst met percelen zijn definitieve ontwerp van de aanleg maken. Dit is ook de basis voor zijn offerte, waar weer de financiering op gebaseerd is. Percelen waarvan de bewoner zich niet gemeld heeft staan dus niet op die lijst, zaten niet in de offerte van de aannemer en worden dus niet aangesloten. Percelen waarvan de aanmelding na de vraagbundeling binnen komen, komen op een aparte lijst voor na-aansluitingen. Die percelen worden op een later moment aangesloten, gebaseerd op een nieuw aanvullend ontwerp van het netwerk (en soms extra vergunningen). Ze worden niet in het reeds afgesproken proces aangesloten, omdat dit het afgesproken proces te veel zou verstoren. De percelen die bij na-aansluiting worden aangesloten hebben ook een hogere prijs bij de aannemer dan de percelen uit de eerste aanleg. De eerste aanleg was projectmatig, de na-aansluitingen betreffen meestal individuele percelen en zijn dus duurder. Daarom zijn er bijkomende kosten voor aanleg buiten het project. Dit is nog afgezien van de inspanningen die moeten worden gepleegd om deze groep later alsnog aan te sluiten (extra overleg, soms extra vergunningen, etc.).

De relatief lange tijd tussen vraagbundeling, aanleg en na-aansluiting deed wellicht anders vermoeden, maar het perceel van de consument zat niet in de originele opdracht van de aannemer.

De klacht moet worden afgewezen.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

Het geschil betreft de kosten voor de aanleg van glasvezel.

Niet is in geschil dat de ondernemer de consument in de gelegenheid heeft gesteld zich aan te melden voor installatie van glasvezel op zijn huisadres vóór 19 november 2018. Evenmin is in geschil dat de ondernemer de consument van tevoren ervan op de hoogte heeft gesteld dat bij aanmelding na die datum een bijdrage van € 500,– in rekening wordt gebracht. Vast staat dat de consument zich niet voor 19 november 2018 heeft aangemeld, maar pas op 14 januari 2019 (geregistreerd op 22 maart 2019). Gelet hierop is in beginsel de consument deze € 500,– verschuldigd.

De consument stelt dat hij weliswaar te laat is met zijn aanmelding, maar dat de ondernemer hiervoor geen extra kosten of extra werkzaamheden heeft gehad. Volgens de consument is hij in principe geen na-aansluiting nu zijn aanvraag nog kon worden meegenomen in het initiële proces van bundeling omdat het proces van bundeling nog niet was afgerond, het gehele proces van aanleg nog moest beginnen en zijn oranje kabel en de graafwerkzaamheden gelijktijdig met die van de hele straat zijn neergelegd c.q. uitgevoerd en dat dit blijkt uit de mail van 22 maart 2019.

De commissie volgt de consument hierin niet gelet op al hetgeen de ondernemer hier gemotiveerd tegenover heeft gesteld. De ondernemer heeft, kort gezegd, aangevoerd dat de financiering en de uitvoering van het betreffende project ter zake de aanleg van glasvezel is gebaseerd op de opgemaakte lijst met percelen zoals die is op het moment van de sluitingsdatum van 19 november 2018. Omdat de consument te laat was met zijn aanmelding stond hij niet op die lijst en was hij dus niet in de opdracht bij de aannemer begrepen maar op de lijst voor na-aansluitingen gezet. Een perceel dat bij na-aanmelding wordt aangesloten heeft een hogere prijs bij de aannemer dan de percelen uit de eerste aanleg omdat de eerste aanleg projectmatig was en de na-aansluitingen meestal individuele percelen zijn, waarvoor ook extra inspanningen worden gepleegd. Ook wordt een na-aansluiting niet in het reeds afgesproken proces aangesloten, omdat dit het afgesproken proces te veel zou verstoren, aldus steeds de ondernemer.

De commissie acht die uitleg voor het in rekening brengen van de € 500,– plausibel en afdoende. De omstandigheid dat de door de consument genoemde aanlegwerkzaamheden zijn verricht tegelijkertijd met de buren die wel tijdig hebben gereageerd, maakt dus niet dat zijn aanmelding geen na-aansluiting is en de ondernemer hiervoor geen extra kosten heeft gemaakt. De verstreken tijd tussen vraagbundeling, aanleg en na-aansluiting maakt het voorgaande niet anders, nu het perceel van de consument niet in de originele opdracht van de aannemer zat. Gelet hierop faalt ook het beroep van de consument op de inhoud van de mail van de ondernemer van 22 maart 2019, nu de consument hierover heeft aangevoerd dat op dat moment nog geen enkele aanvrager aangesloten was en het hele proces van de aanleg nog moest beginnen. Voor het standpunt dat de consument dat hij daarin gewoon werd meegenomen is in die mail geen aanknopingspunt gevonden.

De consument heeft nog aangevoerd dat sprake was van onduidelijkheid in de informatie die op internet kon worden opgezocht over de aansluiting. Dat de ondernemer ter zake onvoldoende informatie heeft verschaft en dat dit heeft geleid tot de te late aanmelding is, mede in het licht van al hetgeen de ondernemer daarover heeft aangevoerd, onvoldoende onderbouwd zodat dit standpunt wordt gepasseerd. De door de consument genoemde persoonlijke omstandigheden waardoor hij te laat met de aanmelding was liggen evenzeer in zijn risicosfeer.

Andere feiten en omstandigheden waaruit zou moeten blijken dat de consument moet worden behandeld gelijk met de andere klanten van de ondernemer die zich wel voor de einddatum van de vraagbundeling hebben gemeld en niet gelijk met de andere klanten die zich na die einddatum hebben gemeld en hiervoor een bijdrage van € 500,– moeten betalen zijn onvoldoende gebleken.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.

Aldus beslist door de Geschillencommissie NLconnect Internet TV en Bellen, bestaande uit mevrouw mr. I.K. Rapmund, voorzitter, de heer J.J. Burgs, de heer mr. M. Nieuwenhuijs, leden, op 3 december 2021.