Warmtemeter moeilijk af te lezen (fysiek). Leverancier moet onderzoek doen naar mogelijkheid en kosten andere plaats. Kosten bij verplaatsen delen (2)

  • Home >>
  • Warmtelevering >>
De Geschillencommissie




Commissie: Warmtelevering    Categorie: Overig    Jaartal: 2019
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 118163

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft het verplaatsen van (de afleesunit van) de warmte meter.

De consument heeft in oktober 2017 de klacht voorgelegd aan de warmteleverancier.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

De meterstanden kunnen niet op een normale wijze worden afgelezen. Het is slechts mogelijk de meterstanden op te nemen door languit op de betonvloer te gaan liggen en onder onder de ventilatie-unit te kruipen om zo met een zaklamp de meterstanden te kunnen aflezen.

De consument heeft onder verwijzing naar een uitspraak van deze commissie, nr. 107471, verzocht ook bij hem de afleesunit hoger te hangen en heeft zich daarbij bereid verklaard een redelijk deel van de kosten te betalen. De kosten zijn door de warmteleverancier geschat op € 35,–, inclusief € 5,–  voor een kabelgootje en BTW. De warmteleverancier wenst betaling door de consument van € 30,–, inclusief BTW, hetgeen nagenoeg het gehele geschatte bedrag is. De consument vindt dit onredelijk en deze kosten daarnaast te hoog. Volgens de consument kan het veel goedkoper.

De consument wenst niet in te gaan op het voorstel van de warmteleverancier om zelf een aannemer in te schakelen en daarbij toe te zeggen dat de consument de helft van de door die aannemer gemaakte kosten zal betalen. Het is aldus de consument niet aan hem daartoe een aannemer in te schakelen. Voorts is het aan de warmteleverancier te wijten dat de meter niet op een normale wijze kan worden afgelezen. Ter zitting heeft de consument aangegeven bereid te zijn de helft van die geschatte € 30,– te willen betalen en heeft een aantal situatie foto’s ingebracht. De heer P. van Lit, klager in de zaak nr. 107471 van de commissie is voor deze werkzaamheden € 60,– in rekening gebracht. Desgevraagd heeft de heer Van Lit aangegeven dit bedrag te hebben betaald.
De consument maakt bezwaar tegen hetgeen de warmteleverancier bij aangetekend schrijven van 27 september 2018 heeft ingebracht en verzoekt dit buiten beschouwing te laten.

Standpunt van de warmteleverancier

Het standpunt van de warmteleverancier luidt, voor zover thans van belang, als volgt.

De advocaat van de warmteleverancier heeft namens de warmteleverancier zich na indienen van de klacht bij de commissie bereid verklaard de (afleesunit van de) warmtemeter te verplaatsen op voorwaarde dat de consument de helft van de geschatte kosten zal betalen. Nu de consument deze kosten te hoog vindt, heeft de warmteleverancier vervolgens aangeboden dat de consument zelf voor de verplaatsing van (de afleesunit van) de warmtemeter een aannemer inschakelt waarbij de consument dient toe te zeggen de helft van de kosten van deze verplaatsing te betalen. De commissie wordt gevraagd te bepalen dat de consument zelf een aannemer inschakelt en gehouden is de helft van de kosten te vergoeden dan wel in deze uitspraak te doen conform de uitspraak van de commissie onder nr. 107471.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

De warmteleverancier heeft bij aangetekend schrijven van 27 september 2018 en onder bijvoeging van meer dan 50 bladzijden producties aanvullend verweer ingebracht.
De commissie laat – ook gelet op het bezwaar van de consument – dit schrijven buiten beschouwing en zal daar bij de beoordeling van het geschil geen acht op slaan.
Immers, het gaat niet aan om na afloop van de schriftelijke ronde, vlak voor de mondelinge behandeling alsnog stukken (van deze omvang) in te brengen en ander, aanvullend verweer aan te voeren dan de advocaat namens de warmteleverancier in deze medio juli 2018 heeft verwoord.

De kern van het geschil is wie het initiatief moet nemen voor de verplaatsing van (de afleesunit van) de meter en de deelbetaling van de daarmee gemoeide kosten door de consument.

De commissie heeft een identieke klacht in hetzelfde appartementencomplex van een consument jegens de warmteleverancier behandeld onder nummer 107471. Daarbij heeft de commissie vooropgesteld dat het complex relatief nieuw is en met name bedoeld is voor oudere bewoners (70 en 80 plus) waarbij een direct naastgelegen verzorgingstehuis met (aanvullende) voorzieningen beschikbaar is. Ter zitting heeft de consument dit desgevraagd ook bevestigd.

In dat licht bezien is het onbegrijpelijk dat destijds bij de bouw van het complex en het installeren van de warmtemeters geen of onvoldoende rekening is gehouden met deze doelgroep waarvan zonder meer bekend mag worden verondersteld dat zij fysiek niet of nauwelijks in staat zullen zijn om de lastig te bereiken warmtemeters fysiek te kunnen aflezen.
Aan de andere kant stelt de commissie in de onderhavige zaak uit hetgeen partijen over en weer hebben aangevoerd en ingebracht en niet dan wel onvoldoende hebben weersproken, vast dat de consument medio oktober 2017 heeft verzocht om verplaatsing van de afleesunit maar bij de oplevering van het complex de wijze van plaatsing van de warmtemeter toentertijd kennelijk zonder meer heeft ge-accepteerd/aanvaard.

De commissie, die overeenkomstig haar toetsingsmaatstaf naar redelijkheid en billijkheid beslist, komt dan ook tot het oordeel dat in deze de warmteleverancier gehouden is tot het verplaatsen van (de af-leesunit van) de warmtemeters naar een beter toegankelijke en zichtbare plek in de meterkast en dat de kosten van het verplaatsen van (de afleesunit van) de warmtemeter door ieder van partijen voor de helft gedragen zal moeten worden, waarbij betaling van die helft door de consument niet meer mag bedragen dan maximaal € 20,–, inclusief BTW.

Op grond van het voorgaande is de commissie dan ook van oordeel dat de klacht van de consument gegrond is, zodat de ondernemer eveneens gehouden is om het door hem betaalde klachtengeld te vergoeden.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De klacht is gegrond.

Bepaalt dat de warmteleverancier gehouden is tot het verplaatsen van (de afleesunit van) de warm-temeters van de consument naar een beter toegankelijke en zichtbare plek in de meterkast en dat de kosten van het verplaatsen van (de afleesunit van) de warmtemeter door ieder van partijen voor de helft gedragen zal moeten worden, waarbij betaling van die helft door de consument niet meer mag
bedragen dan maximaal € 20,–, inclusief BTW.

Bovendien dient de warmteleverancier overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 27,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Warmtelevering, bestaande uit
mr. N. Schaar, voorzitter, de heer F.J.H. Lemmens en mr. drs. J. Chr. Rube, leden, op 3 oktober 2018.