Zeer belangrijk deel van het object van het taxatierapport is eigendom van een rechtspersoon, die bedrijfsmatige belangen behartigt. Geen consument.

  • Home >>
  • Makelaardij >>
De Geschillencommissie




Commissie: Makelaardij    Categorie: Bevoegdheid    Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: MAK07-0085

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de door de ondernemer uitgevoerde taxatie.   Door de consument is een bedrag van € 6.775,66 in depot gestort bij de commissie.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De uitgevoerde taxatie is zonder mijn toestemming doorgegeven aan derden, i.c. de [naam bank]. Doordat m.i. de taxatie onzorgvuldig is uitgevoerd – er is geen of onvoldoende rekening gehouden met toegekende subsidies – en daardoor de uitkomsten zeer aanzienlijk afweken van eerdere taxaties, is er ernstige schade ontstaan. In plaats van de gevraagde verruiming van de rekening courant is deze beperkt.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer voert allereerst aan dat de commissie de zaak niet kan behandelen omdat sprake is van een professionele opdrachtgever. De algemene voorwaarden NVM voor professionele opdrachtgevers zijn aan de cliënt verstrekt en volgens die voorwaarden is de Adviescommissie tarieven en voorwaarden in dit geschil de aangewezen instantie. De heer Van Barneveld heeft zich aanvankelijk ook tot deze commissie gericht. Inhoudelijk acht de ondernemer de klacht ongegrond. De klacht dat de uitkomst van de taxatie zonder toestemming aan de bank is gegeven is onjuist. De ondernemer voert aan dat het de bank is geweest die de taxatie verlangde en dat deze bank contact opnam nadat de ondernemer aan de consument – en niet aan de bank – de voorlopige verwachting t.a.v. de uitkomst van de taxatie had meegedeeld. Omdat de consument had gevraagd de taxatie met de bank af te stemmen en omdat het rapport op instructie van de consument naar de bank moest worden gezonden heeft de ondernemer zich vrij geacht de voorlopige bevindingen met de bank te bespreken.   Met de specifieke kenmerken van de objecten is wel degelijk rekening gehouden. De afwijking ten opzichte van een eerdere taxatie door een collega is te verklaren door het feit dat die collega op puur speculatieve gronden had aangenomen dat de boomkwekerij op den duur voor woningbouw beschikbaar zou komen. De ondernemer stelt voorts voldoende ervaring te hebben waar het gaat om landgoederen en voert tenslotte aan dat er veelvuldig overleg heeft plaatsgevonden over de beweerde subsidieclaims. Die werden echter onvoldoende met feiten onderbouwd. De wijze waarop die aanspraken zijn meegenomen is gemotiveerd in het rapport.   Beoordeling van het geschil   De commissie zal allereerst het meest verstrekkende verweer van de ondernemer, waarin de onbevoegdheid van de commissie is bepleit, beoordelen. In dit verband is van belang dat ter zitting uit antwoorden van partijen op door de commissie gestelde vragen is komen vast te staan dat het gewraakte taxatierapport voor het merendeel betrekking heeft op zaken die in eigendom toebehoren aan een door de consument als aandeelhouder en bestuurder beheerste besloten vennootschap die een onderneming drijft. De boomkwekerij – ter zake waarvan volgens de consument een intentie tot koop bestaat voor een koopsom van 4,2 miljoen Euro – is volledig eigendom van de b.v. Het landgoed [naam landgoed] – dat naar zeggen van de consument recent is verkocht voor 5,2 miljoen Euro – is voor tenminste de helft eigendom van de b.v. De overige bezittingen – naar zeggen van de consument ongeveer één derde deel van het totaal –betreft privé-eigendom van de consument.   Ingevolge het reglement van de commissie heeft deze tot taak geschillen tussen een consument en ondernemer te beslechten. Het reglement definieert het begrip consument als de natuurlijke persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf.   Vastgesteld moet worden dat hier een zeer belangrijk deel van het object van het taxatierapport waarop de klacht betrekking heeft, eigendom is van een rechtspersoon, en niet de natuurlijke persoon, en dat die rechtspersoon wél bedrijfsmatige belangen behartigt. De overeenkomst wordt aldus aan de kant van de opdrachtgever niet gedomineerd door een (belang van een) consument maar door een rechtspersoon met bedrijfsmatige belangen.   Hieruit volgt dat het verweer gegrond is en de commissie zich onbevoegd dient te verklaren. Nu aan de materiële inhoud van de klacht niet wordt toegekomen dient het door de consument gestorte depot aan deze te worden geretourneerd.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De commissie verklaart zich onbevoegd van het geschil kennis te nemen en bepaalt dat het bedrag dat in depot is gestort zal worden gerestitueerd aan de consument.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Makelaardij op 20 februari 2008.