Commissie: Afbouw
Categorie: Ondeugdelijke levering
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: Bindend Advies
Uitkomst: gegrond
Referentiecode:
213877/228060
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
In dit geschil tussen een consument en een ondernemer oordeelt de commissie dat de ondernemer niet heeft geleverd wat contractueel was afgesproken: een volledig gevelisolatiesysteem van het merk Sto. In plaats daarvan zijn materialen van andere merken gebruikt, waarvan sommige ver over de houdbaarheidsdatum waren. Hoewel de esthetische kwaliteit van het werk op het eerste gezicht geen directe afkeur rechtvaardigde, acht de commissie de gebrekkige naleving van materiaalkeuze en -kwaliteit dusdanig ernstig dat het werk niet aan de verwachtingen voldeed. De consument hoeft daarom slechts 50% van de overeengekomen prijs te betalen. Van het door hem ingehouden bedrag wordt € 6.488,65 aan hem terugbetaald.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 30 november 2022 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De
ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verzorgen van gevelisolatie met een systeem van Sto tegen
de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 12.977,30 exclusief BTW.
De werkzaamheden zijn uitgevoerd omstreeks februari tot en met mei 2023.
Het geschil betreft de vraag of het werk voldoet aan de eisen van goed en deugdelijk werk en of de
ondernemer volgens afspraak gepresteerd heeft.
De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
De consument heeft een bedrag van € 7.401,10 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt
het standpunt op het volgende neer.
Volgens de consument voldoet het werk niet aan de eisen, die eraan gesteld mogen worden. De
belangrijkste punten zijn:
– de vlakheid van vlakken globaal waar zich golven in bevinden;
– vlakheid van de gehele muren waar alle hoeken en randen ver boven/buiten de vlakken uitsteken;
– vlakheid en gelijkheid van hoeken;
– vlakheid en mate van uitlijning van vlakken onderling (bijvoorbeeld een vlak links en rechts van een raam);
– de mate van hoe haaks de hoeken zijn; en verder,
– de structuur van de sierpleister;
– het resultaat van verven met duidelijke structuurverschillen, zichtbare banen en open poriën.
Afgesproken is “het leveren en aanbrengen van het Sto gevelisolatie systeem”. Er is daarmee gekozen
voor een grote en bekende producent van gevelisolatiesystemen. Voor elk gevelisolatiesysteem dat is
aangebracht door een gespecialiseerde gevelexpert, kan bovendien een garantie van tien jaar
aangevraagd worden. Voorwaarde is dat daadwerkelijk gewerkt wordt met de materialen zoals die bij het
Sto gevelsysteem horen en die volgens de richtlijnen nog gebruikt mogen worden.
De ondernemer heeft echter bij de isolatie gebruik gemaakt van isolatieplaten van Alsecco, en is er bij de
cementmortellaag gebruik gemaakt van ook Strikolith GW. De consument betwijfelt of de
garantiemogelijkheid van Sto dan nog geldt.
Daarnaast heeft de consument geconstateerd dat gebruik is gemaakt van verschillende soorten sierpleister,
allen van Sto, maar van verschillende typen (K, QS K, MP), badges, kleuren, korrelgroottes (1,5mm stond
in de opdracht, emmers met 2mm zijn gebruikt), en met ver verstreken opslagtermijn (houdbaarheid). Op
de emmers staat ook een “PD”, oftewel ‘Production Date’, te weten 22-10-2010. Uit de chargenummers
(2057200171) is de opslagtermijn te bepalen, namelijk uiterlijk te gebruiken voor 2012 week 05.
De consument voelt zich hierdoor bedrogen. Bovendien is niet geleverd wat in alle redelijkheid verwacht
mag worden.
De consument kan zich niet vinden in het rapport van de deskundige en heeft dat uitgebreid
becommentarieerd.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De consument zag pas achteraf op de foto’s dat de materialen over de datum waren. Daarom heeft hij de
ondernemer er niet op aangesproken.
De consument verwachtte een gevelisolatie met het volledige Sto-systeem. Dat blijkt ook uit de offerte.
Achteraf heeft de ondernemer slechts beperkt Sto-producten gebruikt. Bovendien is helemaal niet voldaan
aan de eisen, die Sto zelf aan de te verwerken producten stelt.
De consument wil eigenlijk een goed systeem, waarmee hij jaren vooruit kan.
De consument verlangt volledig herstel van kwaliteit, opnieuw uitvlakken, en toepassing van houdbare
sierpleister, die naar verwachting de komende 30 jaar goed blijft.
Standpunt van de ondernemer
De ondernemer heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid zijn standpunt aan de commissie kenbaar
te maken.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang,
het volgende vastgesteld.
Aan het oppervlak van de gevels van deze vrijstaande woning is een gevelisolatiesysteem toegepast met
een oppervlak dat bestaat uit een sierpleisterafwerking met een fijnkorrelige textuur. Het oppervlak van de
sierpleisterafwerking is geschilderd. Het schilderwerk bevat voor zover als zichtbaar geen gebreken,
strepen/banen zijn niet geconstateerd. Het oppervlak van het geschilderde sierpleisterwerk bevat op basis
van visuele waarnemingen geen gebreken in de zin van scheurvorming, blaasvorming en/of onthechting.
Ter hoogte van de neggekanten van de in de gevels aanwezige raam-en/of deuropeningen zijn geen
significatie wisselingen in de breedte waargenomen. Een uitzondering hierop is de uitwendige verticale
hoek zijde achtergevel/linkerzijgevel waar wel een duidelijk zichtbare wisseling in de breedte voorkomt.
Het oppervlak van de gevelafwerking werd op basis van de tabel “oppervlaktebeoordelingscriteria voor
stukadoorswerk buiten”, groep 2 onderworpen aan vlakheidsmetingen. De vlakheidsmetingen werden
uitgevoerd met een precisie rei van 1 meter lengte en een rei/waterpas met een lengte van 2 meter. De
vlakheidsmetingen zijn op willekeurige gevelgedeelten en deels uitgevoerd op basis van aanwijzing door de
opdrachtgever. De resultaten van de uitgevoerde vlakheidmetingen laten zien dat er slechts op enkele
gevelgedeelten een overschrijding van de maximale vlakheidstolerantie volgens groep 2 plaatsvindt. Hierbij
zijn gapingen/onvlakheden aangetroffen groter dan 4 mm op een meetafstand van 1 meter en 6 mm op een
meetafstand van 2 meter. Op basis van het meten van de evenwijdigheid van gedeelten gevelafwerking op
geveldelen rechts en links naast raam-/en/of deuropeningen blijkt er plaatselijk enige wisseling in het
oppervlak van de gevelafwerking per geveldeel aanwezig te zijn. Dit kan ontstaan door onvlakheid vanuit
de ondergrond (het bestaande -of nieuw opgehoogde baksteenmetselwerk) dan wel door aspecten die
veroorzaakt zijn tijdens het stellen/verlijmen van de isolatieplaten, het stellen van de
hoekbeschermingsprofielen en/of en het afwerken van deze isolatieplaten met de grondmortelweefsellaag.
Het oppervlak van deze gevelafwerking geeft op basis van de geconstateerde esthetische kwaliteit, de
geconstateerde vlakheid (en minimale overschrijdingen van de maximale vlakheidstolerantie, alsmede het
gegeven dat een gevelisolatiesysteem als “ondergrondvolgend” wordt aangebracht op een bestaand- en/of
nieuw oppervlak, niet direct een reden tot afkeuring en/of vervanging.
Het is wel zo dat wanneer er binnen de offerte van Gevelstuc Afbouw bv d.d. 26 november 2023,
PO.2022.611 wordt aangegeven dat er op dit gevelisolatiesysteem van leverancier Sto de mogelijkheid
bestaat om een verzekerde garantie te krijgen, de Stichting Garantiefonds Gevelisolatie vereist dat er een
volledig en goedgekeurd (geattesteerd) gevelisolatiesysteem van deze leverancier wordt toegepast. In deze
situatie is dit discutabel en is het niet duidelijk of er wel of geen verschillende materialen van verschillende
leveranciers binnen dit toegepaste gevelisolatiesysteem zijn toegepast. Indien er wel verschillende
materialen van verschillende leveranciers zijn toegepast dan dient er op een andere wijze door Gevelstuc
Afbouw been schriftelijke garantie op dit gevelisolatiesysteem te worden gegeven.
Het is bij toepassing van stucmaterialen die mogelijk over de uiterste verwerkingsdatum zijn geweest niet
aan te geven of dit van negatieve invloed zal zijn op de duurzaamheid van deze gevelafwerking. Het is
echter geen “normale” gang van zaken om te oude stucmaterialen en systeemcomponenten van
verschillende leveranciers binnen een gevelisolatiesysteem te gebruiken. Binnen de URL 0735
(uitvoeringsrichtlijn vervaardiging van buitengevelisolatie met gepleisterde afwerking), wordt onder punt 5
“Eisen te stellen aan het proces” bij 5.1 Verpakking en opslag materialen: etikettering ook aangegeven dat
er informatie dient te worden gegeven over de maximale houdbaarheid van de inhoud.
Naar het vaktechnisch oordeel van de deskundige is de omvang van de problemen onopvallend.
Het herstel van dit gevelisolatie aan het oppervlak is niet mogelijk. Herstel zou complete vervanging van dit
systeem inhouden.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Uit de overeenkomst die partijen hebben gesloten, gebaseerd op de offerte van 26 november 2022, blijkt
dat de ondernemer een gevelsysteem van Sto zou leveren en aanbrengen.
Uit de door de consument overgelegde foto’s en uit het rapport van de door de commissie ingeschakelde
deskundige blijkt dat de ondernemer niet gewerkt heeft met alle materialen, die nodig zijn voor een Stosysteem. De ondernemer heeft veel materiaal van andere merken gebruikt.
Bovendien is gebleken dat de ondernemer veel materiaal gebruikt heeft dat heel ver over de uiterste
verwerkingsdatum was. Daarmee heeft de ondernemer dus op uitgebreide schaal materialen verwerkt en
gefactureerd die afgeschreven waren en door de ondernemer weggegooid hadden moeten worden.
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft gerapporteerd dat de kwaliteit van het geleverde
werk voor wat betreft vlakheid en esthetische kwaliteit niet direct reden voor afkeuring of vervanging geeft.
De commissie is echter van oordeel dat bij de beoordeling van het werk ook betrokken moet worden dat
niet uitgesloten kan worden dat vanwege de leeftijd van de materialen het werk minder duurzaam zou
kunnen zijn dan voorzien. De commissie acht het bovendien absoluut in strijd met hetgeen de consument
mocht verwachten dat de ondernemer niet alleen niet -zoals afgesproken- een compleet Sto-systeem
levert, maar ook nog eens materialen gebruikt die in feite vanwege de leeftijd niet meer voor toepassing
geschikt waren.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.
Het compleet verwijderen en opnieuw aanbrengen van de gevelisolatie is zeer ingrijpend en kostbaar. De
commissie acht goed voorstelbaar dat de consument gebruik wil maken van één van de andere opties die
hem aangeboden zijn.
Vast staat echter dat hetgeen geleverd is absoluut niet de waarde vertegenwoordigd van de gevelisolatie,
die de consument had mogen verwachten.
De commissie is van oordeel dat daarmee een deel van de overeengekomen prijs gecrediteerd zal moeten
worden.
De tekortkoming in de prestatie van de ondernemer is zo omvangrijk dat de commissie, naar maatstaven
van redelijkheid en billijkheid, bepaalt dat het te crediteren deel 50% van het overeengekomen bedrag is.
De consument is derhalve voor het werk uiteindelijk 50% van het overeengekomen bedrag ad € 12.977,30
verschuldigd, zijnde € 6.488,65.
Met het restant wordt de consument in staat gesteld om naar eigen goeddunken te beslissen aan welke
oplossing hij de voorkeur geeft.
Van het door de consument bij de commissie in depot gestorte bedrag van € 7.401,10 zal daarom
€ 6.488,65 aan de consument worden terugbetaald en € 912,45 worden doorbetaald aan de ondernemer.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De klacht van de consument wordt gegrond verklaard.
De ondernemer crediteert aan de consument een bedrag van € 6.488,65. De consument ontvangt dit
bedrag vanuit het bij de commissie gestorte depotbedrag.
Met inachtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend.
Van het depotbedrag ad € 7.401,10 wordt € 6.488,65 terugbetaald aan de consument en € 912,45
doorbetaald aan de ondernemer.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 127,50
aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten
verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Afbouw, bestaande uit
mr. F.H.C.M. van Schaijk, voorzitter, mr. A.B. van Kruistum en mr. W. van den Berg, leden,
op 8 maart 2024.