Onenigheid over BOVAG-garantie bij aankoop gebruikte auto: gebrekkige informatie en niet-nagekomen toezeggingen

  • Home >>
  • Voertuigen >>
De Geschillencommissie




Commissie: Voertuigen    Categorie: -    Jaartal: 2025
Soort uitspraak: Bindend Advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 672486/736341

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Een consument kocht op 13 augustus 2024 een gebruikte Citroën C1 met 12 maanden BOVAG-garantie bij een ondernemer, waarvoor zij een totaalbedrag van € 7.464,95 betaalde. Kort na aflevering bleek het achterklepslot defect en werden banden met verschillende maten gemonteerd. De consument liet het slot op eigen kosten repareren, omdat er geen sprake bleek van de toegezegde BOVAG Netwerk Garantie. De ondernemer beloofde de kosten te vergoeden, maar kwam die belofte niet na. Op vragen van de consument over de garantie reageerde de ondernemer aanvankelijk niet. Pas later werd een andere garantie via [verzekeraar] verstrekt, met beperktere voorwaarden en zonder overleg met de consument. De consument wees deze eenzijdige wijziging af en verzocht om (gedeeltelijke) ontbinding van de overeenkomst, namelijk voor het garantieonderdeel à € 999. De ondernemer heeft hierop niet meer gereageerd en verscheen ook niet op de zitting. De Geschillencommissie achtte voldoende aannemelijk dat de consument bewust een BOVAG Netwerk Garantie had willen afsluiten en dat hierover onduidelijkheid en misleiding is ontstaan. De commissie ontbond daarom de koopovereenkomst voor het deel dat betrekking heeft op de garantie. De ondernemer moet het bedrag van € 999 aan de consument terugbetalen. Ook dient hij het klachtengeld van € 127,50 te vergoeden en krijgt hij de behandelingskosten van de commissie in rekening gebracht. De klacht is gegrond verklaard.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Voertuigen (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling van het geschil heeft ter (digitale) zitting op 11 februari 2025 te Utrecht plaatsgevonden.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk uitgenodigd om ter zitting te verschijnen.

De consument heeft ter zitting haar standpunt nader toegelicht.

De ondernemer heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om ter zitting zijn standpunt nader toe te lichten.

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 13 augustus 2024 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een gebruikte auto van het merk Citroën, type C1, tegen een door de consument te betalen prijs van € 7.464,95 met inbegrip van 12 maanden BOVAG-garantie.

De overeenkomst is op 15 augustus 2024 uitgevoerd.

De consument heeft de klacht op 4 september 2024 voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument

Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Op 13 augustus 2024 kocht de consument de auto bij de ondernemer. Daarbij is ook BOVAG-netwerk garantie overeengekomen, zodat de consument bij een eventueel gebrek de auto bij een lokale BOVAG-garage kon brengen.

Enige tijd na de aflevering bleek het slot van de achterklep defect te zijn. De consument bracht de auto bij een lokale BOVAG-garage, maar van netwerk garantie bleek geen sprake te zijn. De herstelkosten bedroegen € 81,81 en zijn door de consument zelf voldaan.

Daartoe aangesproken beloofde de ondernemer de kosten te vergoeden, maar heeft dat tot op heden niet gedaan.

Ook bleek sprake te zijn van de montage van banden met een verschillende maat. Voor haar veiligheid koos de consument ervoor om zelf de banden te vervangen.

De ondernemer reageerde niet op het bericht van de consument van 18 september 2024 waarin haar vraag over de inhoud van de overeengekomen garantie herhaalde en waarin zij aangaf geen afspraak meer te willen maken over het vervangen van de onjuist gemonteerde banden omdat zij de ontbinding van de overeenkomst met betrekking tot de BOVAG-garantie verlangde. De betreffende garantie is onder valse voorwendsels aan haar verkocht, maar bleek garage gebonden te zijn en geen netwerk dekking te hebben.

Hierna ontving de consument een mailbericht van de ondernemer met daarbij een polis van [verzekeraar] ingaande 18 september 2024 en eindigende op 17 september 2025.

Navraag bij [verzekeraar] leerde dat sprake was van een eigen risico van € 45,– per claim en een wachttijd van 14 dagen. Daarvan is bij de BOVAG Netwerk Garantie sprake. Op 20 september 2024 liet de consument de ondernemer weten niet akkoord te gaan met deze zonder overleg en eenzijdig opgedrongen garantie.

Daarop reageerde de ondernemer niet.

De consument verlangt dat de ondernemer aan haar de kosten van de BOVAG-garantie vergoed en de overeenkomst in zoverre deels wordt ontbonden. De kosten bedroegen € 1.014,95.

Ter zitting heeft de consument voor zover van belang nog het volgende naar voren gebracht.

Het aankoopbedrag was € 6.450, –, de resterende aankoopsom had betrekking op de garantie. De ondernemer is de toezegging niet nagekomen om het bedrag van € 81,81 aan haar te betalen. De consument laat dit zitten evenals de kosten van het vervangen van de banden. Zij wenst vergoeding voor de niet verleende BOVAG Netwerk Garantie. De Excellent Garantie van [verzekeraar] is wel een netwerk garantie met andere voorwaarden. Het is juist dat in de verkoopadvertentie een bedrag van € 999,– voor de aankoop van BOVAG-garantie werd genoemd.

Standpunt van de ondernemer

Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De ondernemer heeft geen verweer gevoerd. Wel blijkt uit de stukken dat hij aanbiedt om de kosten van de reparatie van het slot van de achterklep te vergoeden en alsnog [verzekeraar] garantie is aangevraagd.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

In het onderhavige geschil klaagt de consument over de nakoming van de tussen partijen bij de aankoop gemaakte afspraak over de BOVAG-garantie.

Op de koopovereenkomst is slechts vermeld dat 12 maanden BOVAG-garantie is overeengekomen. Uit de stukken maakt de commissie op dat de ondernemer naar aanleiding van de klacht van de consument dat niet van Netwerk Garantie alsnog een [verzekeraar] garantie heeft verstrekt.

De consument liet de ondernemer weten daarmee niet akkoord te gaan en daarop heeft de ondernemer niet meer gereageerd. Evenmin is de ondernemer ter zitting verschenen zodat hij niet heeft kunnen reageren op hetgeen door de consument naar voren is gebracht en evenmin op eventuele bij de commissie levende vragen.

Om die redenen volgt de commissie het standpunt van de consument en zal zij de overeenkomst van 13 augustus 2024 ontbinden voor zover deze betrekking heeft op de BOVAG-garantie.

Dit betekent dat vanaf het moment van de (partiële) ontbinding van de koopovereenkomst, te weten op 11 februari 2025 er geen sprake meer is van BOVAG-garantie en dat de ondernemer de in rekening gebrachte kosten van € 999,- aan de consument dient terug te betalen.

Op grond van het bovenstaande is de klacht gegrond.

Derhalve wordt beslist als volgt.

Beslissing

De ondernemer betaalt een bedrag van € 999,- aan de consument. Betaling dient plaats te vinden binnen 14 dagen na de verzenddatum van dit bindend advies.

Bovendien is de ondernemer gehouden om het betaalde klachtengeld van € 127,50 aan de consument te vergoeden en zal aan de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bijdrage in de behandelingskosten in rekening worden gebracht.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Voertuigen, bestaande uit de heer mr. F.C. Schirmeister, voorzitter, mr. C.R.J.M. den Hartog-Kaaij en C.J. Bosboom, leden, op 11 februari 2025.

Print/PDF