Dakdekker niet aansprakelijk voor lekkage bij schoorsteen, wel deels bijdrage aan herstel

De Geschillencommissie




Commissie: Dakbedekking    Categorie: Aansprakelijkheid    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: Bindend Advies   Uitkomst: ongegrond   Referentiecode: 214533/231050

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De consument schakelde in 2021 een dakdekker in voor herstelwerk met tien jaar garantie. Later ontstond lekkage bij de trapopgang onder een schoorsteen. De consument vond dat de dakdekker hiervoor verantwoordelijk was. Een deskundige stelde vast dat de dakbedekking goed was aangebracht en dat de lekkage kwam door slecht voegwerk en oud lood bij de schoorsteen van de buren. Ook was er stilstaand water door verstopte afvoeren, wat onder onderhoud valt. De commissie oordeelt dat de dakdekker zijn werk goed heeft gedaan en niet verantwoordelijk is voor de lekkage. Wel moet hij zich houden aan zijn eerdere aanbod: de helft van de kosten voor herstel van het voeg- en loodwerk aan de schoorsteen betalen, mits de consument een duidelijke rekening stuurt. De klacht is ongegrond.

De volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 25 augustus 2021 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van dakdekkerswerkzaamheden tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 3.473,08.

Het werk is uitgevoerd in of omstreeks september 2021.

Het geschil betreft de vraag of de werkzaamheden zijn uitgevoerd op de wijze zoals de consument mocht verwachten, of de uitgevoerde werkzaamheden voldoen aan de eisen van goed en deugdelijk werk en of het aanbod van de ondernemer om het geschil op te lossen redelijk was.

De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument

Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De consument heeft met de ondernemer duidelijk besproken en opdracht gegeven alles maar dan ook alles te doen op en aan de daken te doen wat nodig is om tien jaar geen gedoe en lekkages meer te hebben en een goede basis te scheppen voor te plaatsen zonnepanelen.

Desalniettemin heeft de consument meerdere lekkages gehad, waterschade in haar huis. De oorzaak van de lekkages is onduidelijk.

De ondernemer is door de consument schriftelijke in gebreke gesteld. Tijdens het proces daarna heeft de consument steeds haar onvrede en klachten over de bedrijfsvoering laten blijken wegens het niet reageren, beloftes niet nakomen en dergelijke. De ondernemer reageert nergens meer op en laat het afweten.

Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De consument heeft voor wat betreft het dak eerder een conflict gehad met een andere partij, de commissie heeft daarin een beslissing genomen.

De opdracht aan de ondernemer dateert van 2021, waarbij de ondernemer tien jaar garantie heeft gegeven.

Met de dakbedekking op zich is niets aan de hand, het gaat nu om een lekkage aan de schoorsteen. De ondernemer had die ook moeten verhelpen, of tenminste moeten onderzoeken en de consument moeten waarschuwen voor de problemen.

De gevolgen daarvan zijn daarom volgens de consument voor rekening van de ondernemer. De ondernemer dient de schade van de lekkages te vergoeden. De consument is niet bereid met minder genoegen te nemen.

De consument verlangt aanpak van de problemen met het dak en vergoeding van de schade door de lekkages.

Standpunt van de ondernemer

Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Uit het rapport van de deskundige blijkt dat de ondernemer geen verwijt te maken is, de overeengekomen werkzaamheden zijn correct uitgevoerd.
De ondernemer heeft moeite met de opstelling van de consument, die de ondernemer ten onrechte van alles verwijt, maar eigenlijk zelf niet wil zien wat er aan de hand is.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.

De problemen met een derde uit 2015 dienden door de ondernemer opgelost te worden door aanpak van de dakranden. De consument wilde dat de ondernemer volledige garantie gaf op het dak. De ondernemer wilde alleen tien jaar garantie geven op een door hemzelf gelegde dakbedekking.

Naar aanleiding van de klacht van de consument over lekkage is de heel ervaren dakdekker die het werk gedaan had zelf terug geweest bij de consument. Hij heeft toen gemeld dat problemen veroorzaakt werden door de schoorsteen.

Met de consument was vervolgens geen discussie mogelijk. De ondernemer is volgens haar verantwoordelijk voor de lekkage en de schade, ook al lekt de dakbedekking niet. Er was geen overleg mogelijk, ook niet over het aanbod van de ondernemer om de helft van de kosten van aanpak van de schoorsteen voor rekening te nemen.

Deskundigenrapport

De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voor zover thans van belang, het volgende vastgesteld.

Volgens de consument blijft er na regen te veel water op het lage dak staan en er is een lekkage bij de trapopgang in de hal, direct onder de gemetselde schoorsteen van de buren.

Water op het dak.
Tijdens het onderzoek door de deskundige stond er op het lage dak behoorlijk wat stilstaand water. Op het dak van de buren op huisnummer 30 staat nog veel meer water. Op het dak van de andere buren op nummer 32 en 33 staat weinig water. De lage daken van huisnummers 30 tot en met 33 staan met elkaar in verbinding en hebben maar weinig tot geen afschot in de richting van de hemelwaterafvoeren. Dit is het geval bij veel woningen in Nederland en valt terug te leiden tot de dragende onderconstructie van het oorspronkelijke ontwerp/bouw van de woningen. De dakbedekking kan daar niets aan veranderen. Echter, het merendeel van het stilstaande water op dit dak wordt veroorzaakt door vervuiling van de hemelwaterafvoeren door bladeren. In de tuin van huisnummer 30 staat een boom die veel blad laat vallen op het dak van de woningen 30 en 31. De tegelbladvanger voor de hemelwaterafvoer van de consument zit grotendeels verstopt. Zo ook de kunststof roosterbladvanger van de buren op nummer 30. Na verwijdering van het vuil voor de afvoer loopt het dak grotendeels leeg. Een tegelbladvanger is de best beschikbare type bladvanger die beschermt tegen verstopping van het riool. Verwijdering van deze tegelbladvanger wordt sterk afgeraden.

De deskundige is van mening dat de aanbieder de best mogelijke oplossing heeft gekozen.

Lekkage.
Een jaar na het aanbrengen van de nieuwe dakbedekking door de ondernemer, treedt lekkage op bij de trapopgang in de hal, ter hoogte van de gemetselde schoorsteen op het dak van de buren op nummer 32. Deze schoorsteen staat grotendeels op het dak van de buren maar staat met een zijde op de woning-scheidende wand. Let op: deze schoorsteen is in principe eigendom van de buren op nummer 32. De staat van het voegwerk van de gehele schoorsteen is matig tot slecht. Aan drie zijden is boven het oorspronkelijke voetlood een aanvullende loodslabbe aangebracht door de buren. Aan de zijde van het dak van de consument is alleen het oorspronkelijke voetlood aanwezig. Dit lood heeft aan de bovenzijde een onbedoeld “gootje” waar bij regenwater in blijft staan en terugloopt tot in het metselwerk via een van de open stootvoegen en de slechte lintvoeg. Dit veroorzaakt hoogstwaarschijnlijk de lekkages in de onderliggende hal.

De ondernemer heeft tijdens het onderzoek de oorspronkelijke offerte overlegd (zie bijlage). De oorspronkelijke aanvraag betrof alleen het vervangen van de dakbedekking op de dakranden en verder plaatselijke reparaties. Aangezien een dakbedekkingsbedrijf alleen de waterdichtheid van de dakbedekkingsconstructie gedurende een periode van tien jaar kan garanderen op een volledige dakbedekking, is door de klant besloten om ook opdracht te verlenen tot het genoemde meerwerk, zijnde het volledig overlagen van de dakbedekking in het vlak. In de offerte van de aanbieder worden geen werkzaamheden geoffreerd aan (het voetlood van) de schoorsteen. Alleen voor het lage dak wordt geoffreerd om “waar nodig het bestaande lood langs de opgaande gevel te repareren met IKO MS Detail”, een coating om kleine scheurtjes in lood te repareren en het lood te conserveren. Herstelwerkzaamheden aan voetlood, metselwerk en voegwerk is niet overeengekomen en deze werkzaamheden vallen evenmin onder de garantie op de waterdichtheid van een dakbedekkingsconstructie.

Sommige dakbedekkingsbedrijven voeren dergelijke bouwkundige werkzaamheden wel uit voor klanten, anderen niet. De ondernemer heeft in ieder geval goed en deugdelijk werk verricht aan de gehele dakbedekking. Daar valt niets op aan te merken. De vraag is of de ondernemer de klant had moeten en kunnen wijzen op de (te?) slechte staat van het voegwerk en voetlood van de schoorsteen, wat niet tot de directe werkzaamheden van een dakdekker kan worden gerekend, maar waar de dakdekker wel op/onder moet aansluiten. Dergelijke werkzaamheden betreffen meerwerk en vallen niet onder normale dakbedekkingswerkzaamheden. Daarbij wordt door de deskundige opgemerkt dat de eigen schoorsteen van de klant, aan de andere zijde van het dak, zich in even slechte staat bevindt, maar waar geen lekkages optreden en waar niemand verder opmerkingen over maakt. Verder wordt opgemerkt dat er geen gevolgschade is opgetreden door het niet herstellen van de schoorsteen, anders dan schilderwerk aan de wandafwerking in de hal (gedekt door opstalverzekering). Het herstel aan de schoorstenen is in ieder geval meerwerk, waar de ondernemer de consument vooraf misschien op attent had kunnen maken. Maar tot dat moment waren er nog geen lekkages. Die kwamen pas een jaar na de werkzaamheden.

Volgens de deskundige is de omvang van de klachten ernstig.
Herstel of reparatie is technisch mogelijk. Elk plat dak heeft jaarlijks reinigend onderhoud nodig. De frequentie van reiniging is afhankelijk van de mate van vervuiling. In dit geval is er vanuit het slaapkamerraam goed zicht op het dak en kan vervuiling/water op het dak goed waargenomen worden. Het (laten) reinigen van de platte daken is de verantwoordelijkheid van de bewoner.

Ten aanzien van de lekkage wordt het volgende meerwerk geadviseerd, aan beide schoorstenen, voor wat betreft de gezamenlijke schoorsteen in samenspraak met de buren op huisnummer 32:
• Het met een loodklopper zoveel als mogelijk wegkloppen van een gootje aan de bovenkant van het oorspronkelijke voetlood, zo nodig de bitumen opstandafwerking aan de bovenzijde een klein stuk-je inkorten;
• Het verwijderen van de aanvullende loodslabbe aan de drie zijden (is niet ver genoeg ingeslepen in het metselwerk);
• Het aanbrengen van voeglood rondom de schoorsteen, minimaal 40 millimeter diep ingeslepen in de lintvoeg, een steen boven het oorspronkelijke voetlood;
• Het herstellen van het voegwerk van de gehele schoorsteen, ook direct boven het oorspronkelijke voetlood.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Uit de rapportage van de door de commissie ingeschakelde deskundige blijkt dat het overeengekomen werk voldoet aan de eisen van goed en deugdelijk werk.
Ook het water op het dak is niet het gevolg van de werkzaamheden, maar van tekortschietend onderhoud. Daarvoor is de ondernemer niet verantwoordelijk.

Het geschil betreft niet de kwaliteit van de dakbedekking. Het geschil gaat over de vraag of de ondernemer had moeten zien dat de staat van onderhoud van de beide schoorstenen op het dak zodanig tekortschoot dat lekkage te verwachten was, of de ondernemer onderzoek had moeten doen en of de ondernemer bevindingen uit een onderzoek met de consument had moeten delen.

De commissie is van oordeel dat met de rapportage van de deskundige vast is komen te staan dat de door de ondernemer aangebrachte dakbedekking voldoet aan de eisen van goed en deugdelijk werk. De door de ondernemer afgegeven garantie kan slechts betrekking hebben op het door de ondernemer zelf uitgevoerde werk. Lekkage aan de schoorsteen of schoorstenen valt daarom naar het oordeel van de commissie niet onder de garantie op de dakbedekking.

De ondernemer heeft in eerste instantie niet gekeken naar het metselwerk van de schoorstenen. De commissie is van oordeel dat dit ook niet tot de opdracht hoorde, die aanvankelijk enkel betrekking had op de dakranden. Dat impliceert dat er verder geen problemen waren. Toen de consument ongeveer een jaar na oplevering van het werk problemen meldde, heeft de ondernemer de gebreken aan het metselwerk en de aansluiting daarop gerapporteerd aan de consument. Meer hoefde op dat moment niet verwacht te worden van de ondernemer.

Volgens de deskundige viel de schade aan schilderwerk en wandafwerking in de woning van de consument onder de dekking van een verzekering van de consument. Daarmee leed en lijdt de consument geen schade. Van de consument zelf mocht verwacht worden dat ter voorkoming van verdere schade maatregelen genomen zouden worden ten aanzien van de schoorstenen. In dat kader heeft de ondernemer ook nog aangeboden de helft van de kosten van aanpak van de schoorstenen voor rekening te nemen.

De commissie acht dit aanbod dat de ondernemer heeft gedaan ter oplossing van de klacht, voordat het geschil bij de commissie aanhangig is gemaakt, redelijk. De consument is ten onrechte niet op dit aanbod ingegaan. Omdat dit aanbod reeds voor het aanhangig maken van het geschil bij de commissie is gedaan, is de klacht ingevolge het reglement van de commissie in die zin derhalve ongegrond.

De ondernemer is echter gehouden te handelen overeenkomstig zijn aanbod, nu de commissie dit een redelijke oplossing van het geschil acht. Daarbij merkt de commissie op dat, met inachtneming van hetgeen de deskundige heeft aangegeven, de werkzaamheden ten aanzien van de lekkende schoorsteen alleen afdoende gedaan kunnen worden met medewerken van de eigenaar van de schoorsteen. Enkel het werk aan de ene, niet eerder aangepakte zijkant kom voor rekening van de consument en van het werk aan de lekkende schoorsteen kunnen alleen de werkzaamheden aan die ene zijkant voor de helft aan de ondernemer worden doorbelast.

De consument kan met inachtneming van hetgeen hiervoor is gemeld de helft van de kosten voor aanpak van voegwerk en loodwerk aan de ondernemer doorbelasten.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De klacht van de consument is ongegrond.

Overeenkomstig het aanbod van de ondernemer kunnen, met inachtneming van het hiervoor bepaalde, de kosten van het loodwerk en het voegwerk aan de schoorstenen deugdelijk gespecificeerd voor de helft worden doorbelast aan de ondernemer.

Betaling van het aldus doorbelaste bedrag dient plaats te vinden binnen een maand na de ontvangst van de schriftelijke gespecificeerde opgave van het te betalen bedrag.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Dakbedekking, bestaande uit mr. F.H.C.M. van Schaijk, voorzitter, E. Wiepking en mr. W. van den Berg, leden, op 18 januari 2024.

Print/PDF