De stof waarmee de banken zijn gestoffeerd en volgens de fabrikant geschikt zou zijn, is dat toch niet. De banken zitten daardoor zoals de deskundige dat zegt, te ruim in hun jasje. De ondernemer moet de banken door de fabrikant opnieuw laten stofferen met een stof die de consument mag uitzoeken.
Zeven weken nadat bij hem een 3-zits en een 2-zits bank zijn geleverd en waarvoor hij € 5.700,– heeft betaald, neemt de consument met een aantal klachten contact met de ondernemer op. Het gaat om overmatige plooivorming, de lelijke afwerking van de naden, de stugge en ongeschikte stof en de ruime en onzorgvuldige stoffering. Met de ondernemer wordt afgesproken dat die de klachten in zijn eigen stoffeerderij gaat verhelpen. Als de problemen niet naar tevredenheid van de consument zijn opgelost stuurt hij de banken alsnog naar de fabrikant.
Aanvankelijk lijkt het resultaat acceptabel, met uitzondering van de voorkanten van de armleuningen en de zitting, maar na drie weken komen er steeds meer plooien. De klacht daarover wijst de ondernemer af omdat de bank niet verder kan worden opgevuld. Omdat in de weken daarna de plooivorming nog ernstiger wordt vraagt de consument de ondernemer zich aan de afspraak te houden en de banken naar de fabriek te sturen om het probleem structureel op te lossen. Dit weigert de ondernemer. De consument wil dat de ondernemer de banken alsnog zorgvuldiger en netter door de fabrikant laat herstofferen met een stof die geschikt is voor deze banken.
Enkele dagen voor de zitting van de commissie doet de ondernemer een schikkingsvoorstel. De consument kan kiezen: de banken met de bestaande stof strakker stofferen of herstofferen met een andere stof met bijbetaling van in totaal € 2.000,–. De consument accepteert geen van beide oplossingen. Het eerste voorstel gaat uit van dezelfde stof die ongeschikt is en waarover hij verkeerd is geadviseerd. De aanzienlijke bijbetaling bij het tweede voorstel is daarom niet acceptabel. Wel is hij bereid bij een keuze voor een duurdere stof bij te betalen, hoewel in dat geval een gebaar door de ondernemer volgens hem logisch is.
Hoewel de servicedienst van de fabrikant de klachten van de consument heeft afgewezen heeft de ondernemer, zo stelt hij, de banken toch opgehaald om de bekleding wat aan te spannen. Toch bleef de consument ontevreden over de plooivorming en de afwerking. Volgens de ondernemer zijn de banken in orde, gelet op het model, de gebruikte materialen en de wijze van stofferen.
De door de commissie ingeschakelde deskundige oordeelt dat de banken, met name de hoezen, te ruim in hun jasje zitten waardoor ze een rommelige en niet de door de ontwerper bedoelde strakke uitstraling hebben. De plooien in zittingen, armen en ruggen passen niet bij de blokstoffering die de banken een modern en helder design moeten geven en de eerdere reparatie aan de 3-zitsbank heeft niet het te verwachten resultaat opgeleverd. De uitstraling van deze bank past niet bij het ontwerp. Herstel van de opvallende gebreken is mogelijk. De hoezen moeten opnieuw en kleiner worden gestikt en de bekleding moet worden vervangen door een stof met meer elasticiteit die nadat op de bank is gezeten weer strak wordt. Hij raamt de kosten op € 2.840,–.
De commissie stelt vast dat de consument op initiatief van de verkoopster een stof buiten het assortiment van de fabrikant heeft gekozen omdat de fabrikant deze stof wel geschikt vond. Volgens de commissie heeft de fabrikant echter onvoldoende rekening gehouden met de specifieke eigenschappen van deze stof. Daardoor hebben de banken niet de uitstraling die de consument op grond van het design mocht verwachten. Ook is er sprake van een stoffeerfout. Dat het resultaat daardoor tegenvalt komt voor risico van de ondernemer.
Overeenkomstig de wens van de consument moet de ondernemer de banken door de fabrikant opnieuw laten stofferen met een door de consument te kiezen stof. Als dat een duurdere stof
is betaalt de consument het verschil. Kiest hij een goedkopere stof dan moet de ondernemer hem het verschil terugbetalen. Als de beslissing van de commissie niet binnen twaalf weken is uitgevoerd moet de ondernemer de koopsom van € 5.700,– aan de consument terugbetalen en moet de consument de banken ter beschikking van de ondernemer stellen.