Pas als een consument de goederen heeft ontvangen kan hij beoordelen of ze aan zijn verwachtingen voldoen. Dat houdt volgens de commissie in dat ook pas dan de bedenktijd van 14 dagen ingaat en niet, zoals de ondernemer stelt, op het moment dat de overeenkomst wordt gesloten.
Voor een internetverbinding krijgt de consument de benodigde hardware zoals een modem. Als hij alles heeft aangesloten is hij er niet tevreden over. Het voldoet niet aan zijn wensen. Hij neemt direct telefonisch contact met de ondernemer op met de vraag hoe hij alles kan terugsturen maar krijgt dan te horen dat dit niet kan omdat de bedenktijd van 14 dagen is verstreken. De ondernemer verwijst daarbij naar zijn algemene voorwaarden dat de bedenktijd ingaat op de dag dat de overeenkomst is afgesloten. De consument is het daar niet mee eens. Naar zijn mening kan de bedenktijd pas ingaan na ontvangst van het product omdat het pas dan kan worden gebruikt.
De ondernemer houdt vast aan zijn algemene voorwaarden. De bedenkperiode is ingegaan op het moment dat de consument zich via internet aanmeldde. Ook op het scherm is dat bij de aanmelding aangegeven.
De commissie constateert dat de consument pas na afloop van de termijn van 14 dagen de beschikking kreeg over de door de ondernemer in bruikleen gegeven hardware. Daardoor kon hij pas na de aansluiting beoordelen of hij van deze dienst gebruik wilde maken. De gedachte achter de bedenktijd is volgens de commissie dat de consument daadwerkelijk moet kunnen beoordelen of het product aan zijn verwachtingen beantwoordt en zo niet hij de overeenkomst binnen een redelijke termijn moet kunnen ontbinden.
Dat houdt in dat de bedenktijd van 14 dagen is ingegaan op het moment dat de consument de hardware ontving en dat hij de overeenkomst binnen de bedenktijd heeft ontbonden. De klacht van de consument is gegrond.