Veel plezier heeft een consument niet van zijn trouwpak. Op de bruiloft gaat het al kapot en als hij het na de reparatie weer draagt ontstaan dezelfde klachten. Het pak is nu niet meer te dragen. De ondernemer moet een vergoeding betalen. Een waardebon of korting is een onjuiste manier van klantenbinding.
Het trouwkostuum dat een consument heeft gekocht past goed en hij is er tevreden mee. Maar op de trouwdag breekt het lipje van de ritssluiting en kerft de achternaad van de broek. De ondernemer vervangt na het huwelijk de ritssluiting en repareert de achternaad, maar als de consument het pak voor de tweede keer draagt scheurt de ritssluiting volledig uit en kerft de achternaad weer. Hij vraagt de ondernemer weer de broek te repareren, maar die laat pas na zeven weken en na een herinnering van de consument weten dat de broek niet gerepareerd kan worden. Daarop vraagt de consument de ondernemer restitutie van het aankoopbedrag. Hij heeft het pak maar twee maal gedragen, beide keren is het kapot gegaan en van een pak van € 1.000,- mag worden verwacht dat het langer meegaat.
De ondernemer biedt aan de prijs van de broek te vergoeden, maar daarmee gaat de consument niet akkoord omdat hij het pak met een kapotte broek niet kan gebruiken. Hij stelt op zijn beurt voor het complete pak voor een nieuw pak met dezelfde prijs te ruilen, maar daar gaat de ondernemer weer niet mee akkoord. Wel biedt hij een waardebon van € 600,- aan die de consument bij hem kan besteden. Ook daar stemt de consument niet mee in. Uiteindelijk biedt de ondernemer € 350,- aan als de consument het geschil niet aan de commissie voorlegt. Ook dat voorstel wijst de consument af. Hij meent dat hij recht heeft op een kwaliteitsproduct dat een redelijke tijd meegaat.
Om het geschil op te lossen wil de consument restitutie van het aankoopbedrag van het pak, niet in de vorm van een waardebon maar in geld. De ondernemer vindt dat hij de consument een goede oplossing heeft geboden met een restitutie van € 350,-. Het kan niet zo zijn dat de consument gratis in een kostuum is getrouwd. De gasten hebben de beschadiging niet gezien en het is niet te achterhalen of de schade is ontstaan door een verkeerde manier van dragen of door onvoorzichtigheid. Omdat hij deze discussie niet met de consument wilde aangaan is hij ver gegaan in het aandragen van oplossingen. Ook valt niet na te gaan of de consument tussen het kopen en het dragen van het pak mogelijk wat dikker is geworden.
De ondernemer betreurt het dat hij er samen met de consument niet is uitgekomen. Hij heeft naar tevredenheid een goed product geleverd. De consument is ook akkoord gegaan met de levering. Als de ritssluiting al bij één keer open en dicht doen stuk gaat had dat in de winkel bij de laatste doorpas ook moeten gebeuren. Dat de herstelde rits later niet goed is teruggeplaatst komt voort uit een spijtige samenloop van omstandigheden.
De ondernemer is van oordeel dat hij er alles aan heeft gedaan om dit goed op te lossen. Hij stelt voor dat de consument een nieuw pak ter waarde van € 400,- uitzoekt en het trouwkostuum behoudt. Als hij het colbert aan heeft is het iets kerven niet te zien. Een alternatief is een vergoeding van € 200,- als de consument de winkel niet meer wil bezoeken. Deze toezegging zal de ondernemer nakomen, ook als hij van de commissie geen enkele vergoeding hoeft te betalen.
Bij het onderzoeken van de broek tijdens de zitting ziet ook de commissie de schade waarover de consument heeft geklaagd. De luxe stof van goede kwaliteit is zeer geschikt voor een trouwkostuum, maar ook kwetsbaar. Het kostuum is netjes gedragen en vertoont geen tekenen van een slordige, ruwe behandeling. De commissie sluit niet uit dat de pantalon wat te strak is geweest waardoor erop de naden te veel spanning stond. De ondernemer beroept zich erop dat de consument mogelijk dikker is geworden maar dat is niet nader onderzocht en evenmin onderwerp van discussie geweest. Evenmin is gebleken dat de ondernemer de consument heeft gewaarschuwd voor een te strakke passing in combinatie met het kwetsbare materiaal.
Na een dergelijk kort gebruik mag een pantalon niet deze gebreken vertonen. Hoewel de stof kwetsbaar is mocht de consument verwachten dat hij het complete kostuum bij meer gelegenheden kon dragen. In de huidige staat kan dat niet meer en de pantalon kan niet met een goed resultaat worden gerepareerd. Omdat een nieuwe pantalon in dezelfde stof niet kan worden geleverd is het moeilijk, zo niet onmogelijk, een bijpassende pantalon te vinden. Het kostuum moet daarom als verloren worden beschouwd.
Voor ontbinding van de overeenkomst en restitutie van het volledige aankoopbedrag ziet de commissie echter geen aanleiding omdat de consument het kostuum op de trouwdag zonder direct voor derden zichtbare gebreken heeft kunnen dragen. Wel is er reden voor een hogere vergoeding dan het uiteindelijke aanbod van de ondernemer omdat de consument het pak niet meer kan dragen en dat wel mocht verwachten. Voorts moet in beginsel een gegronde klacht in een geldelijke vergoeding worden vertaald. Met een waardebon of korting wordt op onjuiste wijze aan klantenbinding gedaan. De commissie stelt de vergoeding vast € 600,-.