Commissie: Elektro
Categorie: Omvang verbruik
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
210454/222033
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De consument kreeg een jaarafrekening gedateerd 12 april 2023 met een navordering van bijna € 1.400,–.
De consument is het daar niet mee eens. Het verbruik van stroom dat zij volgens de ondernemer zou
hebben gehad, kan niet kloppen.Zij is amper thuis en ook haar huisgenoot is veel weg.
Toen zij verhuisde naar haar huidige woning, heeft zij beginstanden door gegeven.
De consument heeft de netbeheerder gevraagd de meter te bekijken en de meter lijkt niet kapot.
De uitspraak
Beoordeling
De ondernemer heeft aangevoerd dat de consument niet ontvankelijk zou zijn, omdat niet de ondernemer
maar de netbeheerder als eigenaar van de meter over het functioneren van de meter gaat.
De commissie deelt dat standpunt niet. De consument maakt bezwaar tegen een door de ondernemer
verzonden jaarrekening en de ondernemer is daarmee de juiste partij in dit geschil.
Dat de nota van 12 april 2023 met de navordering van de ondernemer voor de consument een hele
onaangename verassing was, kan de commissie zich goed voorstellen en de vraag is dan ook of die
vordering terecht is.
De commissie gaat in zaken als dit ervanuit, dat een consument de hoeveelheid stroom die zij heeft
verbruikt moet betalen.
Die hoeveelheid wordt vastgesteld op grond van de standen die op de elektriciteitsmeter worden
geregistreerd.
De ondernemer heeft de afrekening gebaseerd op door de consument zelf doorgegeven meterstanden en
er zijn geen aanwijzingen dat de meter het verbruik van de consument niet goed heeft geregistreerd.
De commissie gaat er daarom van uit dat de meter goed heeft gewerkt en het geregistreerde verbruik klopt.
Dat betekent dat de consument de navordering moet betalen.
Het enkele feit dat ook de ondernemer aangeeft het verbruik van de consument gegeven haar woonsituatie
aan de hoge kant te vinden, is nog geen reden om aan te nemen dat de consument de stroom die haar in
rekening is gebracht niet heeft verbruikt of dat zij het verbruik niet hoeft te betalen.
Op grond van de informatie die de commissie heeft, kan ook niet gezegd worden dat de hoeveelheid
stroom onmogelijk verbruikt kan zijn.
Het is naar het oordeel van de commissie aan de consument zelf om na te gaan wat de oorzaak zou
kunnen zijn van het verbruik van haar en haar huisgenoot.
De ondernemer kan dat niet voor haar doen.
De ondernemer heeft haar gewezen op mogelijke oorzaken gelegen in de privésfeer van de consument en
meer dan dat kan van de ondernemer niet gevraagd worden.
Naar het oordeel van de commissie is de klacht ongegrond en daarom wordt het volgende beslist.
Beslissing
Het door de consument gevraagde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit mevrouw mr. I.E. de Vries, voorzitter, de
heer ing. C. Verloop, mevrouw J.M.A. van Haren, leden, op 26 februari 2024.