Commissie: Bruidsmode en Maatwerk
Categorie: Algemene voorwaarden
Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
111296
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een d.d. 26 mei 2017 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst, waarbij de ondernemer zich heeft verplicht tot het leveren van een bruidsjurk (hierna te noemen: het artikel) tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 1.029,–.
De consument heeft op 27 mei 2017 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument heeft aangegeven, dat zij op weg naar een crematie van haar oom spontaan de zaak van de ondernemer is binnengestapt zonder van plan te zijn om een bruidsjurk te kopen. Zij is onder druk gezet en heeft ten slotte ingestemd met de koop zonder dit eigenlijk te willen. De dag erop heeft zij de ondernemer gemeld, dat zij van de koop af wilde. Er is nog onderzocht of een andere jurk haar instemming kon hebben, maar die heeft zij niet gevonden. Wel heeft de consument aan de ondernemer op 31 mei 2017 aangeboden om een bedrag van 20% van de aankoopsom te betalen tegen finale kwijting. De ondernemer is op dit redelijk aanbod niet ingegaan.
Voor een volledig en gedetailleerd standpunt van de consument wordt verwezen naar haar brief aan de commissie d.d. 21 juni 2017.
De consument verlangt ontbinding van de overeenkomst.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De ondernemer heeft aangegeven dat de consument een koopovereenkomst heeft gesloten voor een trouwjurk. De consument heeft deze jurk meteen met een creditcard voldaan. De consument bleek niet tevreden te zijn met haar aankoop. Daarop is zij in de gelegenheid gesteld om een andere jurk uit te zoeken.
Dit mocht zij doen voor 30 juni 2017.
De gekochte jurk wordt voor de consument bewaard.
Het feit, dat de consument de volledige koopsom heeft betaald is niet bij de hier van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden uitgesloten.
Er is dan ook geen enkele reden om de koop ongedaan te maken en/of genoegen te nemen met een annuleringsvergoeding. De ondernemer wenst nakoming van de overeenkomst.
Voor een volledig en gedetailleerd overzicht van het standpunt van de ondernemer wordt verwezen naar zijn schrijven aan de commissie van 6 juli 2017.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie gaat bij de beoordeling van dit geschil uit van de feiten, zoals deze op grond van de tussen partijen gevoerde correspondentie alsmede op grond van het verhandelde ter zitting naar voren zijn gekomen en als vaststaande tussen partijen en derhalve ook voor de commissie mogen worden aangenomen.
Op 26 mei 2017 is in de zaak van de ondernemer tussen partijen een overeenkomst gesloten tot aankoop van een trouwjurk door de consument ter waarde van € 1.029,–. Deze jurk was standaard uit voorraad leverbaar.
De volgende dag heeft de consument de jurk geannuleerd met als reden dat zij in feite de koop heeft gesloten terwijl zij in een emotionele toestand verkeerde vanwege een crematie van haar oom en voorts, omdat zij min of meer tot aankoop geprest zou zijn door de verkoopster van de ondernemer.
Vervolgens is door de ondernemer aan de consument de gelegenheid geboden om een andere bruidsjurk uit te zoeken. De consument heeft daarop tevergeefs naar een andere jurk gezocht, maar heeft er geen kunnen vinden, die haar naar eigen zeggen beviel.
Wel heeft de consument aan de ondernemer aangeboden om aan hem 20% van de aankoopsom te betalen als vergoeding tegen finale kwijting. De ondernemer wenst echter nakoming van de overeenkomst, te weten betaling van het volledige aankoopbedrag.
Met betrekking tot de juridische grondslag van het geschil heeft de commissie nog het volgende overwogen.
Op grond van de door partijen overgelegde stukken staat het voor de commissie vast, dat tussen partijen een overeenkomst is gesloten, welke voor partijen rechtsgevolgen heeft.
Op deze koop zijn naast de wettelijke bepalingen uit het burgerlijk wetboek inzake koop en verkoop van roerende zaken ook de Voorwaarden Bruidsmode en Maatwerk van toepassing en specifiek artikel 6 van deze Voorwaarden, welke onder meer betrekking heeft op annulering.
Dit op annulering betrekking hebbende onderdeel luidt als volgt:
“Annulering van de koop door de koper komt voor rekening en risico van de koper en ontslaat hem niet van zijn verplichting tot betaling. Alleen in geval van overlijden of van een levensbedreigende ziekte van een van de echtelieden, waardoor het huwelijk geen doorgang vindt geldt een uitzondering op deze regel”.
Nu noch overlijden noch een levensbedreigende ziekte de reden van de consument zijn geweest om de overeenkomst te annuleren, kan deze zich geenszins vrijpleiten van de ontstane situatie.
Anderzijds is de commissie ook van oordeel, dat er in het onderhavige geval reden is om toepassing te geven aan artikel 16, lid 1, van het Reglement Bruidsmode en Maatwerk, dat voor zover hier van toepassing, bepaalt dat de commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst en de daarvan deel uitmakende voorwaarden.
Gelet op vorenstaande bepaling uit haar Reglement ziet de commissie aanleiding om het door de
consument gedane beroep op annulering van de overeenkomst zonder kosten gedeeltelijk te honoreren, aangezien zij strikte toepassing van artikel 6 van de Algemene Voorwaarden CBW-erkend voor Bruidsmode en Maatwerk in dit geval onredelijk bezwaarlijk acht voor de consument.
Daarbij heeft de commissie het volgende in aanmerking genomen.
De consument heeft een bruidsjurk gekocht, welke door de ondernemer nog niet is vermaakt dan wel aangepast, maar behoudens het afspelden in originele staat is gebleven, zodat er voor de ondernemer geen extra werk of onkosten zijn geweest. Voorts heeft de consument reeds de dag na aankoop laten weten dat zij de jurk wilde teruggeven. Bovendien kan de jurk weer gewoon in de verkoop worden gebracht.
Anderzijds kan de ondernemer niet worden tegengeworpen dat de hier van toepassing zijnde Algemene Voorwaarden CBW-erkend voor Bruidsmode en Maatwerk volstrekt duidelijk zijn, te weten, dat een consument na aankoop in feite gehouden is om de volle aankoopprijs te betalen, ook al wordt de jurk geannuleerd.
Wel dient de commissie anders dan de consument bij haar beoordeling van het geschil rekening te houden met het feit dat niet alleen de daadwerkelijk gemaakte kosten van de ondernemer, zoals tijdsbesteding en administratie moeten worden meegenomen, maar ook de gederfde winst.
Het een en ander tegen elkaar afwegend komt de commissie tot de conclusie, dat het in het onderhavige geval redelijk is dat de consument een percentage van 50% van de aankoopsom verschuldigd is aan annuleringskosten, hetgeen in het onderhavige geval neerkomt op een bedrag van € 514,50.
In dit verband merkt de commissie ter voorlichting van de consument nog op dat artikel 10, lid 2 van de Algemene Voorwaarden weliswaar uitgaat van een aanbetaling door de consument, maar dat dit artikellid niet in de weg staat om het gehele aankoopbedrag in een keer te voldoen.
De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht ten dele gegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De consument heeft recht op teruggave van een bedrag van € 1.029,– minus € 514,50, zijnde € 514,50. Betaling dient plaats te vinden binnen vier weken na verzenddatum van het bindend advies.
De commissie wijst het meer of anders verlangde af.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 26,25 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 90,–.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Bruidsmode en Maatwerk op 30 augustus 2017.