Commissie: Kinderopvang
Categorie: Annulering
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: gegrond
Referentiecode:
307011/368061
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Deze uitspraak betreft een geschil omtrent annuleringskosten. De consument heeft de plaatsingsovereenkomst met de ondernemer twee maanden voor de aanvangsdatum van de opvang beëindigd. De ondernemer stelt zich op het standpunt dat de consument de annuleringskosten dient te voldoen die worden genoemd in de algemene voorwaarden. De consument stelt zich op het standpunt dat zij deze kosten niet hoeft te betalen, gezien de bepaling betreffende de annuleringskosten in de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend is. De commissie verklaart de klacht gegrond en verwijst daarbij naar jurisprudentie van de Hoge Raad en het Hof van Justitie van de Europese Unie. Het beding omtrent de annuleringskosten is onredelijk bezwarend en dient daarom buiten beschouwing te worden gelaten.
De uitspraak
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Kinderopvang (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 26 augustus 2024 te Utrecht. Ter zitting zijn digitaal via Zoom verschenen:
– Vertegenwoordiger van de consument,
– Twee locatiemanagers van de ondernemer,
Onderwerp van het geschil
In geschil is de vraag of de consument annuleringskosten verschuldigd is aan de ondernemer voor het beëindigen van de plaatsingsovereenkomst twee maanden voor de aanvangsdatum van de opvang.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. Samengevat stelt de consument zich op het volgende standpunt:
Primair
De consument stelt dat zij geen vergoeding verschuldigd is aan de ondernemer. Zij voert hiertoe aan dat artikel 6 van de algemene voorwaarden van de ondernemer onredelijk bezwarend is en daarom, gelet op het arrest van de Hoge Raad van 10 februari 2023 (ECLI:NL:HR:23:198), buiten toepassing dient te worden gelaten.
Subsidiair
Subsidiair stelt de consument zich op het standpunt dat zij enkel de door de ondernemer gemaakte onkosten dient te vergoeden. De ondernemer heeft echter tot op heden geen inzicht gegeven in de door haar gemaakte onkosten. Indien de ondernemer geen specificatie van de door haar gemaakte onkosten geeft is de consument bereid om € 50,00 aan onkosten te vergoeden.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dit erop neer dat de consument op grond van artikel 6 van haar algemene voorwaarden annuleringskosten verschuldigd is. Zij voert hiertoe, voor zover relevant, het volgende aan.
De consument heeft ingestemd met de algemene voorwaarden van de ondernemer. Dat er bij annulering van de plaatsingsovereenkomst annuleringskosten in rekening worden gebracht, staat heel duidelijk beschreven in artikel 6 van de algemene voorwaarden en op de eerste pagina van de plaatsingsovereenkomst. De ondernemer dient deze kosten in rekening te brengen bij een annulering van een plaatsingsovereenkomst, omdat zij door de annulering inkomsten derft. De ondernemer kan namelijk de voor het kind van de consument gereserveerde opvangplek niet meer op korte termijn vullen, nu ouders vaak niet last minute een opvangplek willen afnemen.
De ondernemer benadrukt dat zij de consument al tegemoet is gekomen door slechts € 299,76 aan annuleringskosten in rekening te brengen in plaats van de € 652,32 aan annuleringskosten waar de ondernemer op grond van de algemene voorwaarden eigenlijk recht op heeft. De ondernemer verzoekt de commissie dan ook om de klacht van de consument ongegrond te verklaren.
Beoordeling van het geschil
Inleiding
Op 13 december 2023 heeft de consument een plaatsingsovereenkomst met de ondernemer gesloten met aanvangsdatum 1 juni 2024 voor de opvang van haar kind. Bij e-mail van 25 maart 2024 heeft de consument de ondernemer geïnformeerd dat zij de plaatsingsovereenkomst beëindigt, omdat zij voor een andere opvang heeft gekozen voor haar kind. In geschil is of de consument annuleringskosten verschuldigd is aan de ondernemer voor het beëindigen van de plaatsingsovereenkomst ruim twee maanden voor de aanvangsdatum van de opvang.
Annuleringskosten
De ondernemer doet een beroep op artikel 6 van haar algemene voorwaarden. Uit artikel 6.2 van de algemene voorwaarden volgt dat de ondernemer annuleringskosten ter hoogte van 50% van de kosten voor één maand opvang in rekening mag brengen bij de ouder indien de ouder de plaatsingsovereenkomst 2 tot en met 4 maanden voor plaatsing heeft opgezegd.
De commissie is van oordeel dat dit beding, gelet op hetgeen is overwogen in het arrest van de Hoge Raad van 10 februari 2023 (NJ 2023/177), onredelijk bezwarend is als bedoeld in artikel 6:233 aanhef en onder a van het Burgerlijk Wetboek. In dit arrest heeft de Hoge Raad immers overwogen dat een consument bij annulering ten minste één maand voor de aanvangsdatum slechts gehouden is om de werkelijk gemaakte onkosten van de ondernemer te vergoeden. Volgens de Hoge Raad dient een beding dat hiervan ten nadele van de consument afwijkt, als onredelijk bezwarend te worden aangemerkt en buiten toepassing te worden gelaten. Dit betekent dat het beroep van de ondernemer op artikel 6 van de algemene voorwaarden faalt.
Onkostenvergoeding
Voor zover de ondernemer heeft betoogd dat zij recht heeft op een onkostenvergoeding gaat de commissie hieraan voorbij. Het is volgens vaste jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie niet toegestaan om een overeenkomst waarin een oneerlijk beding buiten toepassing is gelaten, te corrigeren door een andere bepaling in de plaats te stellen. De commissie kan dan ook niet overgaan tot het vaststellen van een andere vergoeding op een alternatieve grondslag. Ten overvloede overweegt de commissie bovendien dat de gestelde inkomstenderving niet valt onder de definitie van onkosten zoals bedoeld in de wet.
Conclusie
De conclusie uit het voorgaande is dat de klacht van de consument gegrond wordt verklaard.
Klachtengeld
Nu de klacht van de consument gegrond wordt verklaard, dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie het door de consument betaalde klachtengeld te vergoeden.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht met betrekking tot de annuleringskosten gegrond,
– bepaalt dat de consument geen annuleringskosten of onkostenvergoeding aan de ondernemer verschuldigd is,
– bepaalt dat de ondernemer aan de consument vergoedt het door de consument betaalde klachtengeld van € 25,00.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Kinderopvang, bestaande uit mevrouw mr. dr. E. Venekatte, voorzitter, de heer mr. E.A.J. Vergouwen, de heer H. Stel, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. P.G.L. Koolen, secretaris, op 26 augustus 2024.