Bepaling inzake herroeping kennelijk onredelijk bezwarend t.o.v. consument.

De Geschillencommissie




Commissie: Thuiswinkel    Categorie: Algemene voorwaarden    Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 104159

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit het feit dat de ondernemer na de herroeping binnen de bedenktermijn door de consument van het door haar bij deze op 22 september 2015 aangegane ‘[soort lidmaatschap]’, bij de consument een bedrag van € 203,93 als waardecompensatie in rekening heeft gebracht, hetgeen 75% van de totaal overeengekomen lidmaatschapskosten is.

De consument heeft een bedrag van € 180,70 niet betaald en bij de commissie gedeponeerd.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

De in rekening gebrachte waardecompensatie is niet redelijk. De consument heeft 6 dagen van de diensten gebruik kunnen maken en 8 profielen aangeklikt om te kijken of zij meer kon zien dan voordat zij het lidmaatschap aanging. Daadwerkelijk contact met een andere ingeschrevene is niet tot stand gekomen. Er is geen sprake geweest van enig voordeel aan de zijde van de consument.

De consument acht het redelijk dat er bij haar enig bedrag in rekening wordt gebracht, maar 75% van het totale lidmaatschapsgeld is buiten proportie.

De consument wil dat bepaald wordt dat de waardecompensatie die zij dient te betalen – en betaald heeft – beperkt blijft tot één maand lidmaatschapskosten, hetgeen aansluit bij hetgeen andere datingsites in zulke gevallen rekenen.

Standpunt van de ondernemer

Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

De ondernemer is (op verzoek van de consument) begonnen met het leveren van zijn diensten voordat de herroepingstermijn was verstreken. In het geval er vervolgens door de consument tijdig wordt geannuleerd is de ondernemer gerechtigd zijn in redelijkheid gemaakte kosten bij de consument in rekening te brengen. De consument is alsdan een bedrag verschuldigd dat in verhouding staat tot wat geleverd is tot het moment van herroeping vergeleken met de volledige nakoming van de overeenkomst.

Conform de door de consument geaccepteerde algemene voorwaarden is de grondslag voor de berekening het aantal contacten dat de klant heeft gehad tijdens de herroepingsperiode. Bij 24 maanden garandeert de ondernemer een aantal van tien contacten. De consument heeft zeven contacten gelegd. De waardecompensatie is gelimiteerd tot 75% van de lidmaatschapsprijs.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

De bedoeling van de wettelijke bedenktermijn is dat een consument kan bezien of het product of dienst voldoet aan zijn verwachtingen. Gedurende deze termijn kan de consument de overeenkomst kosteloos annuleren.

Indien het gaat om een dienst en de ondernemer is (met instemming van de consument) deze dienst gedurende de bedenktermijn al gaan leveren mag de ondernemer de evenredige kosten hiervan bij de consument in rekening brengen, een en ander tenzij dit tot een excessieve uitkomst leidt (artikel 6:230s lid 4 BW). Doet laatstbedoeld geval zich voor, dan moet worden teruggevallen op de marktwaarde van het gedeelte van de overeenkomst dat is uitgevoerd.

De door de ondernemer gehanteerde, en door de consument bij het aangaan van de overeenkomst geaccepteerde, voorwaarden bepalen onder meer dat in geval van herroeping het aantal tot stand gekomen contacten afgezet tegen het aantal contractueel gegarandeerde contacten de basis is voor de berekening van de waardecompensatie. Ieder vrij geformuleerd antwoord op een bericht van de bewuste consument geldt, zodra deze dit antwoord heeft gelezen, als tot stand gekomen contact. Tot de berichten worden alle vormen van communicatie gerekend.

In de wet zijn enkele artikelen opgenomen die de bescherming regelen van een consument als het om zulke door de ondernemer gehanteerde Algemene Voorwaarden gaat.

Artikel 6:233 BW bepaalt:
“Een beding in algemene voorwaarden is vernietigbaar
A indien het gelet op de aard en de overige inhoud van de overeenkomst, de wijze waarop de voorwaarden zijn tot stand gekomen, de wederzijds kenbare belangen van partijen en de overige omstandigheden van het geval onredelijk bezwarend is voor de wederpartij; of
(…)”

Voor consumenten gelden voorts de bepalingen inzake de zogeheten ‘zwarte’ en ‘grijze’ lijst. Wat betreft de grijze lijst geldt (voor zover voor deze zaak relevant en van belang) dat “wordt vermoed onredelijk bezwarend te zijn een in de algemene voorwaarden voorkomend beding (…) i. dat voor het geval de overeenkomst wordt beëindigd anders dan op grond van het feit dat de wederpartij in de nakoming van haar verbintenis is tekort geschoten, de wederpartij verplicht een geldsom te betalen behoudens voor zover het betreft een redelijke vergoeding voor door de gebruiker geleden verlies gederfde winst”.

Ook in het geval een consument niet met zoveel woorden de kennelijke onredelijkheid en hiermee de vernietigbaarheid van jegens hem of haar gehanteerde voorwaarden inroept, dient ambtshalve gekeken worden naar de verenigbaarheid van de gehanteerde voorwaarden met de wettelijke bepalingen.

De commissie is van oordeel dat met de hiervoor aangehaalde door de ondernemer gehanteerde voorwaarden sprake is van onredelijk bezwarende bedingen. Door het aantal contacten als berekeningsgrondslag te nemen (en bovendien het begrip ‘contacten’ zeer ruim, en niet in lijn met het algemene spraakgebruik, te formuleren) kan zich immers de extreme uitkomst aandienen dat de maximale waardecompensatie al verschuldigd wordt na één dag gebruik van de diensten. Dit doet totaal geen recht aan het feit dat de overeenkomst is aangegaan voor een duur van 24 maanden. Er is geen reden om aan te nemen, en de ondernemer heeft dit ook niet gesteld, laat staan aannemelijk gemaakt, dat zijnerzijds sprake is van geleden verlies (of ‘evenredige kosten’ zoals artikel 6:230s lid 4 BW vereist) of gederfde winst tot het bedrag dat door hem als compensatie is bedongen Bovendien is het strijdig met het uitgangspunt van de wettelijke bedenktermijn dat de consument een product of dienst kan uitproberen zonder meteen het volle pond verschuldigd te zijn.

Een en ander betekent dat de ondernemer op de door hem ter zake van de bepaling van de hoogte van de waardecompensatie na herroeping gehanteerde bepalingen geen beroep kan/mag doen jegens de consument.

Ter beslechting van hetgeen partijen verdeeld houdt zal dus moeten worden teruggevallen op het gemene recht zoals hiervoor al aangehaald. Naar het oordeel van de commissie ligt de essentie van de gesloten overeenkomst veeleer in de duur ervan dan in het aantal behaalde contacten. Zou dit anders zijn, dan zou een [soort lidmaatschap]-lid immers nadat hij of zij het aantal hem of haar gegarandeerde contacten had gescoord, worden uitgesloten van het verdere gebruik van diensten. Zo gaat het in de praktijk bij de ondernemer echter niet. Het is wel degelijk de bedoeling dat een [soort lidmaatschap]lid gedurende de gehele overeengekomen termijn gebruik kan maken van alle aan het lidmaatschap verbonden diensten, ook als dit veel meer dan het aantal gegarandeerde contacten oplevert.
Nu de consument na drie dagen, derhalve gedurende de eerste maand, de overeenkomst heeft beëindigd en de duur van de overeenkomst in maanden wordt uitgedrukt komt het niet onredelijk voor één maandtermijn als waardecompensatie voor haar rekening te laten komen. Door de consument is ook niet of onvoldoende weersproken door de ondernemer, aangevoerd dat dit bij andere datingsites een niet ongebruikelijke wijze van afdoening is, zodat deze oplossing ook nog eens aansluit bij de slotbepaling van artikel 6:230s lid 4 BW. Die kosten heeft de consument al betaald.

De klacht is derhalve gegrond.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De consument is ter zake de onderhavige overeenkomst niets meer aan de ondernemer verschuldigd.

Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag van € 180,70 als volgt verrekend.
Het in depot gestorte bedrag wordt aan de consument gerestitueerd.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 300,00.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Thuiswinkel, op 9 september 2016.