Call Detail Records en beoordeling juistheid factuur gesprekskosten – 2

De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Telecommunicatiediensten    Categorie: Bewijs    Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: TEL09-0728

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft een mobiele telefoon.   De consument heeft een bedrag niet aan de ondernemer betaald. Een bedrag van € 94,70 heeft de consument bij de commissie gedeponeerd.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft ten onrechte kosten voor het bellen met 0900-nummers in rekening gebracht. Op het moment dat deze nummers gebeld werden, was de echtgenoot van de consument, bij wie het abonnement in gebruik was, namelijk niet in Nederland. De ondernemer heeft de fraude met de simkaart toegegeven en diverse kosten gecrediteerd. Met de ondernemer is afgesproken dat alle 0900-nummers geblokkeerd zouden worden en dat alle kosten voor bellen met 0900-nummers gecrediteerd zouden worden. De ondernemer is deze toezegging niet nagekomen. Bovendien is een eerder toegezegde creditering ad € 74,38 weer opnieuw in rekening gebracht omdat toezegging door een onbevoegde zou zijn gedaan. De ondernemer heeft de klacht van de consument niet op juiste wijze afgehandeld. De ondernemer heeft namelijk niet gereageerd op brieven van de consument. Ook heeft de ondernemer onjuiste en onvolledige informatie gegeven.   De consument verlangt creditering van de ten onrechte in rekening gebrachte gesprekskosten ad € 202,97, beëindiging van de abonnementen per 1 juli 2009 en doorhaling van de registraties bij Preventel en BKR.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   Op 10 december 2008 heeft consument een klacht ingediend in verband met de in rekening gebrachte kosten voor het bellen naar 0900-nummers. Op 23 december 2008 en na 7 januari 2009 heeft de ondernemer hier schriftelijk op gereageerd. Uit coulance heeft ondernemer een bedrag ad € 63,17 gecrediteerd. Dit betekent niet dat de ondernemer vindt dat de consument deze kosten eigenlijk niet verschuldigd was. Vanwege de betalingsachterstand is het abonnement op 24 augustus 2009 omgezet in een prepaid aansluiting. Door middel van de eindnota zijn de resterende abonnementskosten ad € 290,63 in rekening gebracht. De ondernemer heeft een deugdelijk registratiesysteem voor de gesprekskosten. Naar aanleiding van CDR’s kunnen de gesprekken inzichtelijk gemaakt worden. Het is volstrekt onaannemelijk, immers statistisch nagenoeg uitgesloten, dat de kosten niet volledig correct zouden worden weergegeven.   Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   De ondernemer heeft de CDR’s over de maand maart 2009 overgelegd en aan de hand hiervan de juistheid van de in rekening gebrachte gesprekskosten bepleit. De ondernemer wijst er bovendien op dat de gebelde 0900-nummers toebehoren aan verschillende instanties, zoals [de bank], [een helpdesk] en [een sportfonds]. Er staat nog een bedrag van € 290,63 open. Er is geen toegezegde creditering teruggedraaid omdat deze toezegging gedaan zou zijn door een daartoe onbevoegde medewerker. Er is wel gesproken over een creditering van gesprekskosten, maar hier is geen afspraak over gemaakt, omdat de consument niet wilde instemmen met een blokkade op het bellen naar 0900-nummers.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De ondernemer heeft betwist dat de consument de toezegging is gedaan dat alle in rekening gebrachte gesprekskosten voor het bellen naar 0900-nummers gecrediteerd zouden worden. De consument dient in dat geval aannemelijk te maken dat een dergelijke toezegging is gedaan. De consument is hierin niet geslaagd. Evenmin is de commissie gebleken van feiten of omstandigheden die zouden kunnen wijzen op een mogelijke fraude met de simkaart.   De commissie is van oordeel dat de ondernemer door overlegging van de CDR’s over de maand maart 2009 de bij de consument in rekening gebrachte gesprekskosten voldoende inzichtelijk heeft gemaakt. In de CDR’s wordt per gesprek weergegeven het unieke nummer van de SIM kaart van de consument, het telefoonnummer van de consument en het unieke IMEI nummer dat aan de telefoon van de consument is gekoppeld. Het is niet aannemelijk, immers statistisch nagenoeg uitgesloten, dat deze gegevens volledig correct worden weergeven, terwijl het gesprek of de sms-dienst niet met de telefoon van de consument zou zijn gevoerd. Bovendien blijkt uit deze CDR’s dat de gesprekken gevoerd zijn via masten, die zich bevinden in de nabijheid van het woonhuis van de consument. Behoudens bijzondere omstandigheden, die zijn gesteld noch gebleken, moet dan ook van de juistheid van alle door de ondernemer aangeleverde gegevens worden uitgegaan.   Hieruit volgt dat de consument ten onrechte de facturen van de ondernemer niet volledig heeft betaald. De ondernemer heeft het abonnement derhalve terecht omgezet in een prepaid aansluiting en de consument wegens een betalingsachterstand laten registreren bij het BKR en bij Preventel.   De ondernemer heeft betwist dat een toegezegde creditering is teruggedraaid, omdat deze toezegging is gedaan door een daartoe onbevoegde medewerker. De ondernemer heeft ter zitting aangegeven dat er wel is gesproken over een creditering van gesprekskosten, maar dat hier geen afspraak over is gemaakt, omdat de consument niet wilde instemmen met een blokkade op het bellen naar 0900-nummers. Dit verweer van de ondernemer strookt met hetgeen de ondernemer in zijn brief aan de consument van 8 oktober 2009 stelt. De consument heeft dit niet weersproken. Dat de consument dit niet heeft kunnen weerspreken, omdat zij niet ter zitting is verschenen, dient voor haar rekening en risico te blijven.   Uit de overgelegde stukken en hetgeen de ondernemer ter zitting naar voren heeft gebracht, blijkt dat de ondernemer wel degelijk gereageerd heeft op de klachten van de consument. Partijen zijn het alleen niet eens geworden. De commissie heeft niet vastgesteld dat de ondernemer de consument onjuist of onvolledig heeft geïnformeerd.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   Het door de consument verlangde wordt afgewezen.   Met in achtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag als volgt verrekend. Het depotbedrag ad € 94,70 wordt doorbetaald aan de ondernemer en strekt in mindering op de openstaande hoofdsom.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Telecommunicatie op 12 november 2009.