Consument is het niet eens met de manier van salderen die in zijn overeenkomst is opgenomen

  • Home >>
  • Energie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: grondslag en/of hoogte tarief    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 376873/452211

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Het geschil betreft een overeenkomst tot het leveren van energie door de ondernemer aan consument. Deze overeenkomst is een dynamisch contract. Dit wil zeggen dat bij verbruik en teruglevering dit gebeurt volgens de actuele marktprijs. De consument is het bij naleving van dit contract niet eens met de manier van salderen van de door hem teruggeleverde stroom van zijn zonnepanelen. Hier is de wens, volgens de commissie, dat dit gebeurd door middel van een vast contract met een vast tarief. Dit is echter niet de overeenkomst die tussen partijen is gesloten. Nu de consument met de overeenkomst akkoord is gegaan, kan hij achteraf niet klagen over de manier van salderen. Ook bij het verstrekken van informatie over voorschotbedragen en eventuele negatieve prijzen voor energie, heeft de ondernemer niet zijn informatieplicht geschonden; De klacht van de consument is op alle onderdelen ongegrond.

De uitspraak

Samenvatting
De consument neemt stroom af en levert ook stroom die door zijn zonnepanelen worden opgewekt. Hij vindt dat de ondernemer verkeerd met hem afrekent omdat de ondernemer de salderingsregeling onjuist toepast. De consument heeft in de contractperiode meer stroom terug geleverd dan dat hij heeft verbruikt.

De ondernemer saldeert per uur en daarom moet de consument geld bij betalen. De ondernemer moet het jaarverbruik van de consument wegstrepen tegen de teruggeleverde stroom. Het verschil moet afgerekend worden tegen een gewogen gemiddeld tarief. Daar komt bij dat de ondernemer ten onrechte een inkooptarief hanteert voor teruggeleverde stroom en geeft niet expliciet aan dat de prijs voor teruggeleverde energie negatief kan zijn. Daarmee voldoet hij niet aan zijn informatieplicht.
Ook heeft de ondernemer de consument niet geïnformeerd dat het voorschotbedrag per maand niet toereikend zou zijn.

De consument wil dat zijn verbruik van 1288kWh wordt weggestreept tegen zijn teruggeleverde stroom van 2595 kWh voordat berekend wordt wat de consument verschuldigd is of vergoed moet krijgen.

De ondernemer wordt gevraagd de jaarnota aan te passen.

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Energie (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.

Ter zitting werd consument bijgestaan door mevrouw [naam] en mevrouw [naam].

Ter zitting werd de ondernemer vertegenwoordigd door de heer [naam].

De behandeling heeft plaatsgevonden op 22 augustus 2024 te Den Haag.

De commissie heeft het volgende overwogen.

Beoordeling
Uit de overgelegde stukken blijkt dat partijen op 7 januari 2023 een zogenaamd dynamisch contract hebben gesloten voor de levering van stroom door de ondernemer en de teruglevering van opgewekte stroom.
Kenmerk van een dergelijk contract is dat consumenten bij verbruik de actuele beursprijs betalen en bij teruglevering de actuele beursprijs ontvangen.
Uit de tekst van de bevestigingsbrief dynamische prijzen contractovereenkomst die bij de stukken van dit geding zijn gevoegd, blijkt dat de consument betaalt voor zijn netto verbruik per uur tegen het actuele tarief voor zowel afname als teruglevering van stroom.

Begrijpt de commissie de consument goed dan pleit hij voor een wijze van salderen, die past bij vaste contracten, maar die is de consument niet aangegaan met de ondernemer. De commissie gaat ervanuit dat de consument kennis heeft genomen van de beschikbare informatie bij het aangaan van het dynamische contract met de ondernemer. Hij kon dat weten en heeft daarmee ingestemd toen hij het contract aan ging en in dat licht bezien kan hij zich niet achteraf beklagen over de wijze van saldering die de ondernemer toepast.

Daar komt nog het volgende bij. De wet geeft geen regels voor saldering. De commissie heeft ook in eerdere uitspraken geoordeeld dat de wijze waarop ook in dit geval door de ondernemer de salderings- en afrekeningsmethodiek wordt toegepast, niet in strijd is met de wet.

Uit de informatie die de geschillencommissie verder heeft, blijkt dat de ondernemer gehouden is de consument te waarschuwen als zich substantiële afwijkingen voordoen die van invloed kunnen zijn op de hoogte van te betalen voorschotbedragen.
Dat zich een dergelijke substantiële afwijking heeft voorgedaan voor de consument is niet aannemelijk geworden en dat betekent dat de klacht van de consument daarover niet gegrond is.

Waarom de ondernemer gehouden zou zijn geweest om de consument te informeren over de mogelijkheid dat de prijs voor terug geleverde energie negatief kon zijn, wordt door de consument onvoldoende uitgelegd en naar het oordeel van de commissie blijkt dat ook niet uit de stukken.

De commissie is van oordeel dat de klacht op alle onderdelen ongegrond is en daarom wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit mevrouw mr. I.E. de Vries, voorzitter, de heer mr. F.J. Pirard , mevrouw mr. A. Dantuma , leden, op 22 augustus 2024.