Commissie: Reizen
Categorie: (non)conformiteit
Jaartal: 2021
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: Ongegrond
Referentiecode:
45976/56286
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De consument heeft bij de ondernemer een vakantiewoning geboekt. Deze vakantiewoning voldeed niet aan de vereisten, aangezien het zwembad niet schoon was en het zwembadalarm niet functioneerde. Volgens de consument is een zwembadalarm in Frankrijk verplicht. De consument was met twee jonge kinderen zonder zwemdiploma, waardoor hij en zijn partner niet rustig konden ontspannen rondom het huis. De ondernemer geeft aan dat het zwembad meteen is verschoond na de klacht van de consument. Daarnaast is er meteen een nieuw zwembadalarm besteld die twee dagen later is geplaatst. De ondernemer heeft een aanbod tot vergoeding gedaan, maar de consument is hier niet op ingegaan. De commissie oordeelt dat uit de overgelegde foto’s niet blijkt dat het zwembad vervuild is. Verder oordeelt de commissie dat er geen sprake is van een verplichting om een zwembadalarm te hebben. De consument is onterecht niet op het aanbod van de ondernemer ingegaan. De klacht is ongegrond. De ondernemer moet zich wel aan zijn aanbod houden.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 23 juni 2020 met de reisorganisator totstandgekomen overeenkomst, waarbij de reisorganisator zich verplicht heeft tot het leveren van een verblijf in een vakantiewoning voor vier personen te Montauroux in Frankrijk op basis van logies, voor de periode van 4 juli 2020 t/m 11 juli 2020 voor de som van € 1.714,68.
De consument heeft de klacht eerst voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
Bij aankomst bleek het zwembad niet schoon te zijn. Wij hebben tientallen vliegen/insecten uit het zwembad gehaald, het water was troebel en er waren donkere plekken van aarde op de bodem. We hebben het meteen gemeld bij onze contactpersoon, maar pas aan het einde van dag vijf van ons verblijf was dit opgelost.
Erger is dat de gehuurde accommodatie in Frankrijk ook niet aan de wettelijke eisen voldeed. De eigenaar heeft het huis verhuurd, terwijl hij wist dat het zwembadalarm niet functioneerde. Dit is verplicht volgens de Franse wet.
Het heeft ons gehele verblijf nadelig beïnvloed, aangezien wij met twee kleine kinderen (zonder zwemdiploma) niet rustig konden ontspannen in en om het huis. Het zwembad ligt namelijk pal naast het terras en de achteruitgang van het huis. Hier staat een hoge boete op als dit niet in orde is. https://www.economie.gouv.fr/dgccrf/Publications/Vie-pratique/Fiches-pratiques/Piscine-securite.
Dit was bij ons al bekend op moment van boeken en als consument mag je er redelijkerwijs vanuit gaan dat een huiseigenaar zich hieraan houdt. Verder staat op de site van [naam ondernemer] ([link naar de accommodatie]) een foto van het zwembadalarm afgebeeld en dat de villa ‘kindvriendelijk’ is. Aan het einde van de zesde dag (donderdag) van ons verblijf is een nieuw alarm geplaatst. Blijkbaar werkte de eerste alarminstallatie niet en was het noodzakelijk een nieuw alarm te plaatsen. Dat het alarm dus ‘uitgezet’ was is niet waar. Het is zeer ernstig dat de eigenaar bewust zijn huis heeft verhuurd aan ons terwijl hij op de hoogte was dat het niet voldeed aan de wettelijke verplichtingen van zwembad beveiliging. Daarnaast is het uiterst onprofessioneel dat [naam ondernemer] blijkbaar niet op de hoogte is van de lokale wet- en regelgeving omtrent dit onderwerp en de verantwoordelijkheid bij ons probeert neer te leggen (“Bij het plaatsen van de boeking heeft u ook bij onze klantenservice na kunnen vragen of er een alarm in het zwembad zit dan hadden mij collega’s u hierover kunnen informeren.”).
In de afhandeling van de klacht zijn we niet serieus genomen door [naam ondernemer]. Wij eisen de volledige reissom terug, een schadevergoeding omdat onze beide, kleine kinderen moedwillig in gevaar zijn gebracht, voor gespendeerde tijd en slechte afhandeling van de klacht.
De consument verlangt een vergoeding van tenminste € 1.714,68.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
Nadat de consument op 23 juni 2020 de betreffende vakantiewoning had geboekt voor de periode 4 juli – 11 juli 2020, was er op 8 juli telefonisch contact met de consument omdat er problemen zouden zijn met het zwembad. Dat zou vies zijn en het alarm bij het zwembad zou niet werken. Er is meteen contact opgenomen met de eigenaar en de beheerder van de woning. De beheerder stond inmiddels al met de gast in contact en had al een aantal dingen geprobeerd. De pomp van de woning werkte niet naar behoren. Er is voor gezorgd dat die vervangen zou worden en dat probleem was dan ook vrij snel opgelost. Maar ook toen was het water goed genoeg om in te zwemmen. Voor de komst van de consument was de eigenaar nog bij de woning en na het verlaten van de woning was het zwembad helder. Diegene die het onderhoud pleegt komt om de andere dag naar het zwembad kijken of alles goed functioneert en of het zwembad schoon is. Dat het water troebel was bij aankomst en dat de bodem niet schoon was vinden wij zeer vervelend.
Daarnaast bleek het alarm bij het zwembad niet te werken. In eerste instantie leek het erop dat het alarm uitstond gezien de overgevoeligheid. Er is in het gebied bij de woning nogal wat onrustige wind en het alarm reageert daar wel eens op. De beide boekingen voor de consument hadden namelijk geklaagd over het alarm dat ‘s nachts afging. Vandaar dat de eigenaar het alarm uitgezet had door de gevoeligheid. Bij het controleren en het weer willen aanzetten van het alarm is er iets misgegaan. Er is meteen een nieuw alarm besteld op 9 juli en dat is twee dagen later geplaatst.
Overigens staat op de website niet vermeld dat het zwembad beschikt over een alarmsysteem. Waarschijnlijk heeft de consument de informatie gekregen van diegene die het onderhoud verzorgt. Bij het plaatsen van de boeking had de consument de klantenservice kunnen vragen of er een alarm in het zwembad zit.
De ondernemer heeft d.d. 8 juli 2020 een vergoeding aangeboden van € 170,– en op 9 juli 2020 is bedrag verhoogd tot € 225,–, omdat het zwembad een aantal dagen niet gebruikt kon worden. Op 29 september 2020 is een vergoeding van € 400,– aangeboden.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De hygiëne van een zwembad is achteraf moeilijk te beoordelen en de mate van helderheid van een zwembad is subjectief. Waar de een het water al enigszins troebel vindt, is een ander een andere opvatting toegedaan. Het betekent dat het voor de commissie moeilijk is hieromtrent een oordeel te vellen. In ieder geval blijkt uit overgelegde foto’s niet dat het zwembad vervuild was.
Wat betreft het alarm bij het zwembad heeft de consument gesteld dat dit niet functioneerde en dat zulks de ondernemer zwaar aan te rekenen valt. Daarbij is verwezen naar Franse wetgeving. Onduidelijk blijft in hoeverre de consument mocht verwachten dat er een alarm was, want dit blijkt niet uit de beschrijving van de vakantiewoning en de ondernemer stelt dat degene die het onderhoud verricht de aandacht hierop heeft gevestigd.
Anders dan de consument stelt is er naar het oordeel van de commissie geen sprake van een verplichting om een zwembadalarm te hebben. In de betreffende wetgeving wordt gesproken over vier standaardveiligheidskenmerken om het risico van verdrinking te voorkomen. Bovendien zal geen ouder zeer jonge kinderen die niet beschikken over een zwemdiploma (de kinderen waren één en drie jaar) alleen laten bij een zwembad. In tegendeel: veel ouders zullen juist een vakantiewoning zonder zwembad boeken.
Op grond van het voorgaande acht de commissie het niet onaannemelijk dat de consument niet geheel heeft ontvangen, wat dezer mocht verwachten en daardoor enig ongerief heeft ondervonden.
De commissie acht het aanbod dat de ondernemer heeft gedaan ter oplossing van de door de consument geuite klacht, voordat het geschil bij de commissie aanhangig is gemaakt, redelijk. De consument is ten onrechte niet op dit aanbod ingegaan. Omdat dit aanbod reeds voor het aanhangig maken van het geschil bij de commissie is gedaan, is de klacht ingevolge het reglement van de commissie in die zin derhalve ongegrond.
De ondernemer is echter gehouden te handelen overeenkomstig zijn aanbod, nu de commissie dit een redelijke oplossing van het geschil acht.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
De ondernemer is gehouden te handelen overeenkomstig zijn aanbod, indien en voorzover daaraan nog niet is voldaan.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen, bestaande uit de heer prof. mr. A.W. Jongbloed, voorzitter, de heer J.H.M. Boshuis, de heer mr. B.W. Weilers, leden, op 9 maart 2021.