De door de ondernemer in rekening gebrachte kosten voor de afleverset worden door de commissie in de onderhavige kwestie niet redelijk en billijk bevonden.

  • Home >>
  • Energie >>
De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: Warmte    Jaartal: 2016
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 96442

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de hoogte van de in rekening gebrachte kosten voor de afleverset.

Standpunt van de consument

Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.

Bij mij en de andere huurders is twijfel gerezen over de hoogte van de doorberekening van kosten van de zogenoemde afleverset in de jaarafrekeningen van de ondernemer toe. Naar mijn mening zijn deze niet in overeenstemming met de strekking van de warmtewet zoals deze sinds 1 januari 2014 geldt en al helemaal niet in overeenstemming met het NMDA-principe dat de ACM aangeeft te hanteren. Ik verlang dat de commissie met betrekking tot de jaarlijkse kosten van de afleverset met terugwerkende kracht een vergoeding bepaalt die meer marktconform is.

Standpunt van de ondernemer

Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.

Wij hebben gekozen voor een systeem waar twee meters noodzakelijk zijn. In de door ons verstrekte calculatie hebben wij verzuimd het meettarief mee te nemen, terwijl wij wel de kosten voor twee meters hebben opgevoerd. Dit geeft een onjuiste weergave van de werkelijkheid. De aangepaste calculatie geeft weer welke kosten tegenover het tarief afleverset inclusief meettarief staan. In deze calculatie zijn alleen de installatie onderdelen opgenomen welke toegerekend kunnen worden aan de afleverset en de meters. Op complexniveau (in de kelder) is een warmtewisselaar met circulatiepompen, buffervaten, circulatieleidingen, e.d. aanwezig. De minister heeft aangegeven dat deze ook als afleverset beschouwd dienen te worden. De post winst en risico is ook opgenomen, omdat werkzaamheden nu eenmaal risico’s met zich meebrengen. Wij zijn van mening dat het gehanteerde tarief voor de afleverset als redelijk betiteld kan worden. Er is bij de bouw van dit complex gekozen voor een hoog niveau van duurzaamheid. Door de grote hoeveelheid componenten behoort de prijs van duurzame warmte niet tot de goedkoopste in Nederland.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen.

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is de commissie van oordeel dat de consument op goede gronden opmerkt dat het in rekening gebrachte tarief erg hoog is. Naar het oordeel van de commissie heeft de ondernemer onvoldoende inzicht gegeven in de opbouw van de prijsstelling. In ieder geval is de commissie opgevallen dat de ondernemer de volledige installatie afschrijft binnen 15 jaar. Onder deze omstandigheden is de commissie van oordeel dat het aan de consument in rekening gebrachte tarief niet redelijk is. Anders dan de consument wenst, is het evenwel niet aan de commissie een redelijk bedrag vast te stellen, laat staan met terugwerkende kracht. De commissie kan niet op de stoel van de ondernemer gaan zitten en heeft onvoldoende inzicht in kostprijsberekeningen. Het is aan de ondernemer ter zake een aangepast tarief vast te stellen; de commissie toetst marginaal, dat wil zeggen dat de commissie beoordeelt of de ondernemer in redelijkheid en billijkheid tot het in rekening gebrachte tarief kan komen.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing

De commissie stelt vast dat het door de ondernemer in rekening gebrachte tarief voor de afleverset niet redelijk is.

De commissie wijst het meer of anders verlangde af.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 27,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie op 30 oktober 2015.