Commissie: Energie
Categorie: Installatie
Jaartal: 2015
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
94197
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft een vordering van de consument op de ondernemer ter zake de aanschaf van een groepenkast door de consument.
De consument stelt dat de klacht dateert uit 2008 en dat hij die reeds toen aan de ondernemer heeft voorgelegd.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
In 2008 heb ik op eigen kosten een meterkast/groepenkast laten installeren. De ondernemer, althans diens voorganger [naam voorganger ondernemer], heeft die destijds gecontroleerd en daarvoor heb ik ook nog eens € 178,50 betaald. Aan de ondernemer moet ik huurkosten betalen voor de meterkast/groepenkast, terwijl ik die zelf heb aangeschaft. Daar ben ik het niet mee eens. Ik verlang daarom dat de ondernemer mij een bedrag betaalt van € 757,64.
Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Ik had destijds een sauna gekocht en daarvoor had ik een grotere installatie nodig. Dat leidde tot een verhoging van mijn aansluitwaarde. Ik moest dat destijds zelf regelen en daarvoor heb ik een installatiebedrijf in de arm genomen. Dat installatiebedrijf heeft een nieuwe meterkast/groepenkast geïnstalleerd. Die is vervolgens gecontroleerd door de rechtsvoorganger van de ondernemer. Anders dan de ondernemer stelt, behoort die meterkast/groepenkast wel tot de binneninstallatie en zou ik daarvoor geen vergoeding meer aan de ondernemer verschuldigd zijn.
De consument verlangt dat de ondernemer aan hem een bedrag zal betalen van € 757,64.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De klacht van de consument betreft de door de ondernemer aan hem in rekening gebrachte kosten voor de door de ondernemer geleverde meetdiensten in de periode 2008 tot heden. De consument is van mening dat hij, daar hij de meterkast inclusief groepenkast door een ander bedrijf dan de ondernemer heeft laten aanleggen, het tarief voor de meetdienst niet verschuldigd is. De consument wenst een vergoeding van € 757,64. De ondernemer verzorgt voor elke aangesloten kleinverbruiker een drietal diensten:
1. Aansluitdienst, het in stand houden van de aansluiting;
2. Transportdienst, het transport van energie naar de aansluiting;
3. Meetdienst, het in stand houden van de meetinrichting.
Deze diensten hebben betrekking op aansluiting, transport en meetinrichting op het overdrachtspunt van de installatie van de kleinverbruiker. Voor die diensten brengt de ondernemer, op grond van artikel 15.1 van de algemene voorwaarden, via de energieleverancier van de consument kosten in rekening. Voor de meetdienst bestaan deze kosten uit de drie jaarlijkse opname, en de meterhuur. Het tarief dat hiervoor in rekening wordt gebracht is gepubliceerd in het tarievenblad en dit wordt jaarlijks door de Autoriteit Consument en Markt (ACM) gecontroleerd en vastgesteld. De consument is van mening dat hij de meetdienst niet aan de ondernemer verschuldigd is omdat hij de meterkast inclusief de groepenkast zelf heeft laten aanleggen. Dat betreft echter de binneninstallatie welke zich onder verantwoordelijkheid van de consument bevindt. Zoals gezegd ziet de meetdienst toe op de meetinrichting welke niet tot de binneninstallatie van de consument behoort. De ondernemer is van mening dat hij door de afdrachten van het tarief voor de meetdienst niet onrechtmatig is verrijkt noch dat de consument daardoor onverschuldigd heeft betaald.
Ter zitting is namens de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
In 2008 heeft de ondernemer een aanvraag voor verzwaring van elektriciteit ontvangen; de klant wenste een verhoging van de aansluitcapaciteit van éénmaal 25 ampère naar driemaal 25 ampère. Dat is door de ondernemer uitgevoerd en daarvoor heeft de consument € 178,50 betaald. De ondernemer is verantwoordelijk voor de zekeringen en de meter(installatie). De groepenkast betreft de binneninstallatie en behoort tot de verantwoordelijkheid van de consument.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie kan zich vinden in de door de ondernemer gegeven uitleg en toelichting. Die komt de commissie juist voor. Anders dan de consument stelt, behoort de (aanschaf en/of wijziging van een) groepenkast tot de binneninstallatie, die voor rekening en risico en onder de verantwoordelijkheid van de consument zelf valt. De kosten die de consument daarvoor heeft gemaakt komen dan ook voor zijn eigen rekening en kan hij niet op de ondernemer verhalen. Dat het door de consument ingeschakelde installatiebedrijf ook de meterinstallatie zelf zou hebben geïnstalleerd acht de commissie onwaarschijnlijk, dat is ook in het geheel niet toegestaan omdat dat een exclusieve taak/verantwoordelijkheid van de ondernemer is. De ondernemer is verantwoordelijk voor de meterinstallatie. Voor het in stand houden van die meetinstallatie/meetinrichting en dus de verleende meetdienst is de consument op basis van de algemene voorwaarden een door de ACM (jaarlijks) vastgesteld tarief verschuldigd. Dat staat dus los van de door de consument zelf geïnstalleerde groepenkast. Dat betekent dat de consument geen recht/grondslag heeft om het door hem gevorderde bedrag bij de ondernemer te claimen. De klacht van de consument wordt dan ook ongegrond bevonden.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie verklaart de klacht van de consument jegens de ondernemer ongegrond.
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, op 25 juni 2015.