Commissie: Water Zakelijk
Categorie: (Niet) Ontvankelijkheid
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: Niet-Ontvankelijkheidverklaring
Uitkomst: niet-ontvankelijk
Referentiecode:
252825/495708
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
In deze zaak gaat het om een overeenkomst tussen twee ondernemers over een bouwaansluiting. De commissie moet eerst bepalen over de klager ontvankelijk is in zijn klacht. Hiervoor is van belang dat in februari van 2023 uitspraak is gedaan door een andere commissie, met doorverwijzing naar deze commissie. De klager heeft in maart 2024 een nieuwe klacht ingediend. Hierdoor is de termijn van 12 maanden voor het indienen van de klacht verstreken. Dit betekent dat de klager niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
De uitspraak
Samenvatting
Bij factuur van 16 juli 2022 heeft de ondernemer met betrekking tot bouwaansluiting een bedrag van € 2.115,69 in rekening gebracht voor een bouwaansluiting met meerwerk. Deze factuur wordt betwist omdat de bouwaansluiting ongebruikt is gebleven door een communicatieverzuim van de ondernemer. [bedrijf] wordt niet-ontvankelijk verklaard op grond van overschrijding van de termijn van twaalf maanden ex artikel 21.2 van de Algemene Voorwaarden van de ondernemer.
Behandeling van het geschil
Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of de consument in zijn klacht ontvankelijk is.
Geschillencommissie Water zakelijk (verder te noemen: de commissie) heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 5 november 2024 te Den Haag.
De commissie heeft het volgende overwogen.
Beoordeling
Op 18 januari 2023 hebben de (toekomstige) bewoners van het aansluitadres ter zake eenzelfde klacht als de onderhavige ingediend tegen de ondernemer bij de Geschillencommissie Water, welke klacht niet in behandeling is genomen omdat volgens mededeling van de Geschillencommissie van 15 februari 2023 [bedrijf] gecontracteerd heeft met de ondernemer. Vervolgens is op 15 maart 2024 de onderhavige klacht ingediend door [bedrijf].
Anders dan de ondernemer meent is de commissie bevoegd van deze klacht kennis te nemen, omdat [bedrijf] als aannemer de aanvrager is met betrekking tot de bouwaansluiting, waarvan de kosten bij artikel 19 van de aannemingsovereenkomst bij de opdrachtgever zijn gelegd.
Gelet op de tijdspanne tussen de mededeling van de Geschillencommissie van 15 februari 2023 en het indienen van de onderhavige klacht op 15 maart 2024 moet worden geoordeeld dat deze klacht tardief is ingediend, immers niet binnen de in artikel 21.2 van de Algemene Voorwaarden van de ondernemer gestelde termijn van twaalf maanden.
Op grond van het voorgaande is de consument niet-ontvankelijk in de klacht.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
[bedrijf] wordt in de klacht niet-ontvankelijk verklaard.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Water zakelijk, bestaande uit de heer mr. R.J. van Boven, voorzitter, de heer mr. E.F. Verduin , de heer J.H.L. den Otter , leden, op 5 november 2024.