Commissie: Taxivervoer
Categorie: Klacht
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
TAX05-0009-2
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een in de nacht van 5 op 6 maart 2005 door ondernemer voor consument uitgevoerde taxirit met de Schipholtaxi op basis van de vaste ritprijs van € 35,– waartoe een overeenkomst was gesloten op 28 april 2005.
De consument heeft op 6 en 12 maart 2005 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Na aankomst op Schiphol ’s nachts om 02.15 uur hebben we drie kwartier op de taxi moeten wachten.
Dit terwijl ik de avond tevoren om 22.00 uur de gewijzigde aankomsttijd had doorgebeld in verband met een vertraging van de Thalys. Achteraf bleek dat we gecombineerd waren met een wegbrengvrachtje, zodat de ondernemer in 1 rit 2x de ritprijs van € 35,– kon vangen. Verder hebben we zelf onze bagage nog naar een hoger gelegen etage (wegbrengplatform) moeten sjouwen. Ik vind dit zeer kwalijk. Als ik geweten had dat we zo lang moesten wachten had ik een gewone taxi genomen of de nachttrein. Ondernemer had ons dat kunnen melden, want toen we de aankomsttijd doorbelden wist hij al dat er een wegbrengvrachtje gepland stond.
De consument verlangt een tegoedbon voor een Schiphol-taxirit.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer (brief van 11 september 2005) luidt in hoofdzaak als volgt.
De rit van de consument stond gepland op zijn oude aankomsttijd, zodat een heen en terugcombinatie redelijk was. De vertraging van de Thalys is voor risico van de consument. Bovendien is het doorgaans zo dat klanten bellen bij aankomst en daarna hun koffers ophalen, zodat wij in de tussentijd de gelegenheid hebben naar Schiphol te rijden.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De ondernemer kan worden nagegeven dat als een klant enkele uren voor het oorspronkelijk aangegeven aankomsttijdstip een wijziging doorbelt niet meer gegarandeerd hoeft te worden dat die rit dan stipt op tijd wordt uitgevoerd. Er moet immers van een voorplanning worden afgeweken. De klacht richt zich daar echter niet op. Waar de consument over is gevallen is dat de centralist hem aan het lijntje zou hebben gehouden en dat hij daardoor 3 kwartier heeft moeten wachten, terwijl hij bij juiste voorlichting de mogelijkheid van de nachttrein of een gewone taxi had kunnen overwegen.
In zoverre is de klacht niet door de ondernemer betwist en derhalve gegrond. Immers, het is aan de ondernemer om bij aanvraag van een rit of wijziging van een tijdstip duidelijk aan te geven dat er mogelijk even gewacht moet worden en hoe lang de wachttijd naar schatting zal zijn, zodat een consument vervoersalternatieven kan afwegen. Dat is hier niet gebeurd.
De commissie vindt verder dat het niet reageren op een consumentenklacht en evenmin op een rappel geen adequate klachtenbehandeling is.
De klacht is mitsdien gegrond. De commissie acht het passend dat de consument de ritprijs vergoed krijgt. De ondernemer vergoedt, als in het ongelijk gestelde partij, voorts conform het reglement van de commissie aan de consument het klachtengeld en aan de commissie de behandelingskosten.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De ondernemer vergoedt binnen een maand na verzending van dit advies aan consument een bedrag van € 35,–.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Taxivervoer, op 20 oktober 2005.