Commissie: Reizen
Categorie: Accommodatie
Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
73303
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 16 januari 2012 met de reisorganisator totstandgekomen overeenkomst. De reisorganisator heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een pakketreis voor een persoon naar Chalkidiki in Griekenland met verblijf in een hotel op basis van logies, voor de periode van 12 september 2012 t/m 26 september 2012 voor de som van € 844,–.
Klager heeft op 11 oktober 2012 de klacht voorgelegd aan de reisorganisator.
Standpunt van klager
Het standpunt van klager luidt in hoofdzaak als volgt.
Klager is 85 jaar. Bij het boeken van haar reis heeft zij nog speciaal geïnformeerd of er een lift aanwezig was in het hotel. Vlak voor vertrek kreeg zij te horen dat de groep, waarvan zij deel uit maakte, in een ander hotel zou worden ondergebracht. Het was een druk hotel en de deelnemers van de reis werden verspreid in het hotel ondergebracht. Zij zagen elkaar alleen bij de dagsluiting en het diner.
De kamer van klager lag vlak naast een speeltuin en kinderopvang, dus rustig was het niet. Zij heeft om een rustiger kamer gevraagd aan de reisleiding, maar dat werd geweigerd. Klager moest maar oordoppen gebruiken.
Klager kon niet bij het strand komen vanwege de afstap, het zwembad was te druk vanwege animaties en zij kon ook de ruimte niet bereiken waar de dagsluiting en het gezamenlijk koffie drinken plaatsvond. Om die ruimte te bereiken moest zij 4 trappen lopen en dat ging niet.
Klager stelt niet tevreden te zijn met het door de reisorganisator gedane aanbod d.d. 23 oktober 2012, maar verzoekt de commissie in redelijkheid en billijkheid een vergoeding vast te stellen.
Standpunt van de reisorganisator
Het standpunt van de reisorganisator luidt in hoofdzaak als volgt.
Klager heeft de bewuste kamer gekregen omdat zij uitdrukkelijk had gevraagd om zo laag mogelijk in het hotel te worden ondergebracht. Het was een mooie kamer gelegen op de begane grond gelegen naast een animatieruimte, waardoor zij op het terras wat last had van rumoerigheid. Er was eerst geen andere kamer beschikbaar en toen die er wel was, gaf klager aan niet te willen veranderen omdat haar kamer ruim en prettig was. Zij nam vervolgens de last van de animatieruimte voor lief. Volgens de reisleiding konden ook mensen die niet goed ter been zijn in de bedoelde ruimte komen.
Ter zitting heeft de reisorganisator verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
Ook de reisleiding was op leeftijd. De reis wordt op christelijke grondslag georganiseerd voor mensen die zo’n 60/70 jaar oud zijn. De reisleiding heeft oog voor de beperkingen van ouderen en de locatie is daarop aangepast. Er zijn diverse gesprekken met klager gevoerd en daaruit is de indruk ontstaan dat partijen wel tot elkaar waren gekomen. Dat blijkt jammer genoeg niet het geval te zijn.
Omdat het zo vervelend is dat klager met een slecht gevoel ten aanzien van de reis zit, is haar een tegemoetkoming aangeboden. Uit coulance en niet omdat de reisorganisator is tekortgeschoten.
De reisorganisator heeft d.d. 23 januari 2013 een vergoeding aangeboden van € 105,– inclusief klachtengeld
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Op grond van de behandeling van de zaak van klager is de commissie van oordeel dat door de reisleiding ter plaatse gedaan heeft wat van hem kon worden verwacht wat de gehorigheid van de kamer van klager betreft. Er is naar een oplossing gezocht, er is een andere kamer gevonden en klager heeft daarvan geen gebruik willen maken.
Dat is vanzelfsprekend haar goed recht, maar onder deze omstandigheden is opnieuw klagen over de kamer maar bij de commissie niet meer aan de orde.
Het is de commissie niet duidelijk geworden of klager ter plaatse haar problemen rond het strand, het zwembad en het bezoeken van de dagafsluiting op een niet mis te verstane wijze naar voren heeft gebracht. Duidelijk is wel dat klager zich in de accommodatie niet op haar plaats heeft gevoeld.
Hoe zeer dat ook te betreuren is, is ook de commissie van oordeel, dat van tekortschieten door de reisorganisator geen sprake is geweest. Naar het oordeel van de commissie heeft de reisorganisator onder de gegeven omstandigheden gedaan wat van hem verwacht kon worden en acht de commissie de klacht derhalve ongegrond.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door klager verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen, op 21 februari 2013.