De reisorganisator is niet verantwoordelijk voor de door klager veroorzaakte schade vanwege roekeloos rijgedrag met gehuurde auto.

  • Home >>
  • Reizen >>
De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Reizen    Categorie: Vervoer    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: 51536

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een op 2 april  2010 via een boekingskantoor met de reisorganisator tot stand gekomen overeenkomst. De reisorganisator heeft zich daarbij verplicht tot het leveren van een vliegreis naar en een rondreis door Griekenland voor twee personen, met verblijf in diverse hotels op basis van logies en ontbijt en de huur van een auto. Een en ander in de periode van 7 tot en met 21 september 2010, voor de som van € 2.556,–.   Standpunt van klager   Het standpunt van klager luidt samengevat en in hoofdzaak als volgt.   Het betreft een fly-drive vakantie, inclusief huurauto. Bij het boeken van de reis zijn de voorwaarden doorgenomen en is het eigen risico afgekocht. Ter plaatse is de huurauto opgehaald en is het huurcontract ondertekend, inclusief CDW, FDW, LWS en TP verzekering. Op 17 september 2010 heeft klager een ongeluk gehad met de huurauto, formeel zijn schuld in verband met een voorrangskwestie. De schade is gemeld bij de autoverhuurder en de reisorganisator en er is een politierapport opgemaakt. Bij het inleveren van de auto bleek, dat wanneer bij een aanrijding de Griekse Verkeerswet wordt overtreden, de schade niet is gedekt, en dus voor rekening van de huurder komt. Derhalve is een bedrag van € 1.419,73 op klagers creditcard belast. De reisorganisator acht zich niet aansprakelijk en stelt dat klager het met de autoverhuurder moet regelen, ondanks dat het eigen risico werd afgekocht. Klager stelt evenwel dat hij speciaal bij een Nederlandse organisatie heeft geboekt om verzekerd te zijn van een probleemloze autohuur. Klager was in de veronderstelling dat hij all risk verzekerd was, op het boekingskantoor is hem verteld dat alles verzekerd was en dat hij geen risico zou lopen. Op de huurovereenkomst staan alle verzekeringen vermeld. Nergens staat dat de verzekering de schade niet dekt bij een verkeersovertreding. Als klager had geweten dat hij dit risico zou lopen, dan had hij deze reis nooit geboekt. De reisorganisator heeft hem niet goed voorgelicht, heeft niet voor hem bemiddeld, wijst alle aansprakelijkheid af en doet het voorkomen dat alles prima geregeld en verzekerd is, terwijl het tegendeel waar is. Klager is van mening dat hij ten onrechte met een grote schade zit.   Klager verlangt een vergoeding van € 1.450,–, verhoogd met oplopende rentekosten.   Standpunt van de reisorganisator   Het standpunt van de reisorganisator luidt samengevat en in hoofdzaak als volgt.   De reisorganisator verwijst naar de prijsbijlage bij het reisaanbod, waarin Prijzen en Voorwaarden Autohuur zijn opgenomen en naar de in het reisaanbod opgenomen Algemene Voorwaarden, waarin ook informatie over autohuur is opgenomen. In beide documenten is onder het kopje “Schade aan de huurauto” vermeld dat de financiële gevolgen van schade aan de huurauto voor rekening van de klant komen en dat de reisorganisator hierin geen rol speelt. Daarnaast wordt onder “Verzekeringen” vermeld dat de schadeverzekering geen schade dekt in het geval de bestuurder onder invloed verkeerde of roekeloos (rij)gedrag verweten kan worden. Klager heeft een verkeersovertreding begaan waardoor een aanrijding is veroorzaakt. De verkeersovertreding wordt door klager niet betwist en valt onder roekeloos rijgedrag. De schade die is ontstaan wordt niet gedekt door de verzekering. De autoverhuurder heeft bevestigd dat volgens zijn voorwaarden, indien de Griekse Verkeerswet wordt overtreden, geen verzekering van kracht is en de klant aansprakelijk is voor de totale schade. Klager kan de verantwoordelijkheid voor zijn overtreding van de Griekse Verkeerswet en de daardoor ontstane aanrijding en kosten niet op de reisorganisator afwentelen.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   In de boekingsbevestiging is vermeld dat acceptatie daarvan betekent dat onder andere kennis is genomen van de informatie van de reisorganisator in diens publicatie. Uit de in de publicatie opgenomen Voorwaarden Autohuur blijkt dat de in de autohuur begrepen verzekeringspakketten beperkingen kennen in de dekking, onder andere wanneer roekeloos (rij)gedrag verweten kan worden. Klager mocht er derhalve niet vanuit gaan dat elk risico was afgedekt. Ook is vermeld dat de financiële gevolgen van eventuele schade aan de auto rechtstreeks voor rekening van de reiziger komen, dat de reisorganisator geen rol speelt bij de afwikkeling van de schade met het autoverhuurbedrijf, en dat de reiziger de reisorganisator vrijwaart tegen eventuele vorderingen. De reisorganisator heeft daarmee alle bemoeienis met en aansprakelijkheid voor schade aan een huurauto uitgesloten. Voorts heeft klager ter plaatse bij ontvangst van de huurauto de huurovereenkomst ondertekend en daarmee verklaard dat hij de voorwaarden op de achterzijde van de huurovereenkomst heeft gelezen en daarmee instemt.   Gelet op het voorgaande ziet de commissie niet in dat de reisorganisator een verwijt valt te maken. Dat klager op grond van de voorwaarden van de autoverhuurder aansprakelijk wordt gesteld voor de door hem veroorzaakte schade is voor risico van klager.   De commissie is derhalve van oordeel dat de klacht ongegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   Het door klager verlangde wordt afgewezen.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de reisorganisator aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 150,–.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Reizen op 11 april 2011.