De website van de ondernemer wekt de indruk dat een vervoersovereenkomst wordt gesloten met de ondernemer en niet met een ander. De ondernemer moet voor de verplichtingen naar consument nakomen.

  • Home >>
  • Taxivervoer >>
De Geschillencommissie
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Taxivervoer    Categorie: Algemene voorwaarden    Jaartal: 2009
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: TAX07-0027-2

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil 

Het geschil vloeit voort uit een door de consument bij de ondernemer geboekte taxirit voor 6 juli 2007 van Soest naar Schiphol en op 9 juli 2007 van Schiphol naar Soest.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   – Wij hadden met zeven personen een vlucht geboekt naar London Heathrow. Het betrof een verrassingsreis. Mijn schoonmoeder had nog nooit gevlogen en wij wilden haar een keer meenemen. Wij werden op tijd door een taxibus opgehaald. Onderweg kregen we problemen met een achterband. De chauffeur bleek daar niet op voorbereid. Er was geen krik in de auto. Hij is de [pech-hulp ondernemer] gaan bellen, die op zich liet wachten. Ook heeft hij gebeld naar de centrale voor andere taxi’s, maar die gaf geen gehoor. Toen er uiteindelijk enkele wagens onderweg waren heeft hij die weer afgebeld omdat er inmiddels een krik was gevonden en hij dacht dat hij het wiel toch wel kon verwisselen. Dat bleek vervolgens weer niet te lukken omdat er geen dopsleutel te vinden was. Uiteindelijk hebben we ons eigen bedrijf gebeld en die zijn met een paar wagens gekomen en hebben ons naar Schiphol gebracht. Toen we daar aankwamen bleken we te laat te zijn om in te checken. – De zeven retourtickets die we geboekt hadden waren niet meer te gebruiken. Dit heeft ons € 980,– gekost. Die schade willen wij vergoed hebben. Verder zijn we van Schiphol weer met de taxi naar huis teruggereden. We hadden even geen zin meer in [naam taxicentrale] en hebben daar een andere centrale voor gebeld. De rit kostte ons € 70,–. Ook dat willen we vergoed hebben. Verder hadden we in Londen een aantal reserveringen vooruitbetaald, maar die hebben we nog tijdig kunnen omboeken. Uiteindelijk zijn we half september 2007 alsnog naar Londen gegaan.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   – [naam taxicentrale] voert zelf geen taxivervoer uit maar bemiddelt alleen tussen de klant en taxi-ondernemers. [naam taxicentrale] staat ook niet bij de Kamer van Koophandel ingeschreven. Taxi [naam taxiondernemer] wel en is ook aangesloten bij de geschillencommissie. Ik zou het liefst willen dat al mijn klanten toegang hebben tot de geschillencommissie. Omdat wij slechts bemiddelen moet de consument zijn bij de ondernemer die de rit feitelijk heeft uitgevoerd. – De algemene voorwaarden van [naam taxicentrale], die op de website te vinden zijn, sluiten aansprakelijkheid voor schade als gevolg van vertraging uit. Wij hebben er alles aan gedaan om de vertraging zoveel mogelijk te voorkomen. De consument had moeten wachten tot ons vervangend vervoer was gearriveerd. Daarmee waren zij nog op tijd op schiphol gearriveerd. – De taxirit ad € 127,– heeft de consument niet van ons hoeven betalen. Dat zij de rit van Schiphol terug naar huis claimt lijkt me niet redelijk. Zij had die ook door ons kunnen laten uitvoeren, die service zouden wij de consument zonder meer verleend hebben.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   Uit wat de ondernemer ter zitting heeft verteld begrijpt de commissie dat [naam taxicentrale] geen bedrijf is, maar een handelsnaam, waaronder het wel bij de Kamer van Koophandel ingeschreven bedrijf taxi [naam taxiondernemer] bemiddelt tussen taxi-ondernemers en cliënten, die vervoer nodig hebben naar Schiphol. Uit de website van [naam taxicentrale] kan een consument echter niet, althans niet eenvoudig en snel, afleiden dat niet [naam taxicentrale] maar een derde onderneming partij is bij de vervoersovereenkomst, welke ondernemer dat dan is en welke vervoersvoorwaarden die ondernemer hanteert. De vervoersvoorwaarden die op de website staan zijn die van [naam taxicentrale] zelf. Uit die website kan een klant dus de conclusie trekken dat hij een vervoersovereenkomst sluit met [naam taxicentrale] (feitelijk taxi [naam taxiondernemer]) en niet met een ander. Daarom moet [naam taxicentrale]/[naam taxiondernemer] ook voor de verplichtingen die uit die overeenkomst voortvloeien tegenover de consument instaan.   De ondernemer beroept zich op algemene voorwaarden, die ook op de website zijn gepubliceerd, waarin aansprakelijkheid voor schade als gevolg van vertraging (in de praktijk zal het vooral gaan om schade door gemiste vluchten) wordt uitgesloten. Gelijktijdig verzekert de ondernemer in die algemene voorwaarden de opdrachtgever ervan er alles aan te doen vertraging zoveel mogelijk te voorkomen althans die te beperken. Een redelijke uitleg van de voorwaarden is dan ook, dat de ondernemer alleen een beroep mag doen op uitsluiting van aansprakelijkheid als hij aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan de vertraging zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Het is aan de ondernemer om aannemelijk te maken dat hij dat ook heeft gedaan.   De commissie vindt niet dat de ondernemer bij deze rit aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan. Een taxichauffeur hoeft niet zelfstandig allerlei soorten autopech te kunnen oplossen en in veel gevallen is het begrijpelijk dat daarvoor de [pech-hulp ondernemer] of een andere pech-hulp wordt ingeschakeld. Het verwisselen van een band echter hoort toch wel tot de vaardigheden van een taxichauffeur, zeker een die ritten uitvoert naar Schiphol. Een taxi(bus) hoort ook het gereedschap te bevatten dat voor het verwisselen van een band nodig is. In dit geval was noch van het een, noch van het ander sprake en dat is een nalatigheid die voor risico komt van de ondernemer. Daarbij kan verder dan nog in het midden blijven of de chauffeur adequaat heeft getracht snel vervangend vervoer te regelen en/of de ondernemer voor dat soort situaties een goed noodscenario heeft. De commissie vindt dat een dergelijk scenario er in ieder geval wel zou moeten zijn.   Of vervangend vervoer vanwege de ondernemer erin geslaagd zou zijn de consument op tijd op het vliegveld af te leveren is zeer de vraag. Onbestreden is dat het vervangend vervoer dat de consument zelf had geregeld pas na 10.30 uur arriveerde en om 11.10 uur op Schiphol kwam. Het was, aldus de consument, toen al geruime tijd niet meer mogelijk om in te checken.   Het voorgaande leidt tot de conclusie dat de ondernemer gehouden is aan de consument de geleden schade te vergoeden. Die schade bestaat uit de waarde van zeven onbruikbaar geworden vliegtickets en een taxirit terug naar huis, een bedrag van in totaal € 1.050,–. Dat de ondernemer niet voor die rit is gevraagd omdat de consument ‘het even had gehad’ zoals zij het zelf zegt, vindt de commissie wel begrijpelijk.   De ondernemer moet als in het ongelijk gestelde partij aan de consument het klachtengeld vergoeden.   Mitsdien beslist de commissie als volgt.   Beslissing   De commissie verklaart de klacht gegrond.   De ondernemer dient aan de consument binnen een maand na verzending van dit advies een bedrag te betalen van € 1.050,–.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 25,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Taxivervoer, op 6 december 2007.