Door advocaat in rekening gebrachte kosten zijn niet buitenproportioneel

De Geschillencommissie




Commissie: Advocatuur    Categorie: Betaling    Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 9078/12521

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De cliënt klaagt dat hij de advocaat een hoog bedrag voor maar vijf uur werk heeft betaald. De helft van de factuur was al voldaan, maar achteraf zijn alsnog kosten in rekening gebracht. De advocaat stelt dat de cliënt zijn financiële verplichtingen tegenover de advocaat niet is nagekomen, daarom heeft hij zich onttrokken als advocaat van de cliënt. De advocaat heeft facturen en tijdsspecificaties overgelegd van de door hem verrichte werkzaamheden. De cliënt heeft daarop in het verleden nooit kritiek uitgeoefend. De commissie oordeelt dat de verwijten van de cliënt geen steun vinden in de stukken. De stellingen van de cliënt dat de advocaat de cliënt in de steek heeft gelaten, zijn werk niet naar behoren heeft verricht en te veel kosten heeft gedeclareerd worden niet door de cliënt onderbouwd. Ook is niet gebleken dat de in rekening gebrachte kosten van de advocaat buitenproportioneel zijn. De klacht is ongegrond.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de kwaliteit van de dienstverlening en de declaraties van de advocaat.

De cliënt heeft een bedrag van € 904,05 bij de commissie in depot gestort.

Standpunt van de cliënt
Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. Het standpunt van de cliënt luidt in hoofdzaak als volgt.

De cliënt stelt dat hij de advocaat ongeveer € 2.700,– heeft betaald voor circa vijf uur werk. De advocaat heeft bedragen bij de cliënt willen incasseren, terwijl de advocaat de cliënt in de steek heeft gelaten, niet naar de zitting is gekomen en werkzaamheden niet heeft verricht. De cliënt had de helft van de factuur reeds voldaan. Achteraf heeft de advocaat alsnog op een onbegrijpelijke wijze kosten in rekening gebracht, onder andere incassokosten. Volgens de cliënt heeft de advocaat meerdere cliënten op deze wijze in de steek gelaten. De advocaat schendt het vertrouwen van de advocatuur. Thans wordt de cliënt door een andere advocaat bijgestaan die hem wel goed helpt.

De cliënt verlangt een in redelijkheid en billijkheid vastgestelde vergoeding.

Standpunt van de advocaat
Voor het standpunt van de advocaat verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. Het standpunt van de advocaat luidt in hoofdzaak als volgt.

De advocaat heeft de cliënt van 12 februari 2018 tot en met 7 augustus 2018 bijgestaan in een geschil over een huurovereenkomst. De advocaat heeft de cliënt geïnformeerd omtrent de kosten van de rechtshulp en zij zijn overeengekomen dat de advocaat de cliënt zou bijstaan voor een gematigd uurtarief van € 195,– exclusief 6% kantoorkosten en 21% BTW en dat een voorschot zou worden gefactureerd van € 961,95. Hiervan heeft de cliënt € 750,– voldaan. Ondanks herhaaldelijke verzoeken is de cliënt zijn overige financiële verplichtingen jegens de advocaat niet nagekomen. De advocaat heeft zich dan ook op 7 augustus 2018 onttrokken als advocaat van de cliënt. De advocaat maakt aanspraak op een totaalbedrag van € 1.238,02 + P.M.

De advocaat heeft, naast facturen, tijdsspecificaties overgelegd van de door hem verrichte werkzaamheden. De cliënt heeft daarop in het verleden nooit kritiek uitgeoefend. Ten onrechte stelt de cliënt nu dat er een (vast) bedrag zou zijn afgesproken als de advocaat naar de zitting zou gaan. De door de cliënt genoemde tijdsbesteding van de zittingen is niet juist, de door de advocaat aan de cliënt verzonden tijdsbesteding is wel juist. Nu de cliënt zijn kritiek niet specificeert, kan de advocaat daar niets mee. De ongefundeerde kritiek, begrijpt de advocaat ook deels niet. Cliënt geeft een volstrekt verkeerde voorstelling van zaken.

Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van het over en weer door partijen in de stukken gestelde overweegt de commissie het volgende.

De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de advocaat hanteert dat zij heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende advocaat.

De commissie is van oordeel dat zij in de overgelegde stukken geen gronden of aanwijzingen aantreft voor de door de cliënt in algemene bewoordingen geformuleerde en door de advocaat gemotiveerd weersproken verwijten ten aanzien van de dienstverlening. De verwijten van de cliënt vinden geen steun in de stukken. De stellingen van de cliënt dat de advocaat de cliënt in de steek heeft gelaten, zijn werk niet naar behoren heeft verricht en te veel kosten heeft gedeclareerd, worden niet door de cliënt onderbouwd. De cliënt is ook niet ter zitting verschenen om zijn klacht toe te lichten. Op grond van de overgelegde stukken kan naar het oordeel van de commissie niet de conclusie worden getrokken dat de uitvoering van de opdracht en de kwaliteit van de dienstverlening van de advocaat in het algemeen onvoldoende zijn geweest. Evenmin is gebleken dat de in rekening gebrachte kosten van de advocaat buitenproportioneel zijn. De opdrachtbevestiging van 12 februari 2018 laat niets aan duidelijkheid te wensen over en de tijdspecificaties en facturen zijn gespecificeerd en conform de gemaakte afspraken. De commissie is dan ook van oordeel dat de klacht ongegrond is.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de cliënt verlangde wordt afgewezen.

Met inachtneming van het bovenstaande is de cliënt een bedrag van € 1.238,02 aan de advocaat verschuldigd zodat het depotbedrag van € 904,05 aan de advocaat wordt overgemaakt en de cliënt aan de advocaat het nog verschuldigde bedrag van € 333,97 betaalt.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Advocatuur, bestaande uit de heer mr. J. van der Groen, voorzitter, de heer mr. I.L. Haverkate en mevrouw mr. drs. S. Euwema, leden, op 18 februari 2020 in aanwezigheid van mr. A.C. van Waning, plaatsvervangend secretaris.