Commissie: Energie
Categorie: Installatie
Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
104751
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de door de ondernemer aan de consument in rekening gebrachte aansluit-/verplaatsingskosten van de aansluiting voor gas.
De consument heeft zijn klacht op 5 april 2016 aan de ondernemer voorgelegd.
De consument heeft een bedrag van € 981,71 niet aan de ondernemer betaald en bij de commissie in depot gestort.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
In 2014 heeft de ondernemer een nieuwe gasaansluiting gemaakt voor mijn tijdelijke woonunit welke aansluiting in 2015 is verplaatst naar onze nieuwe woning op hetzelfde perceel. De ondernemer rekent veel te hoge kosten voor het aansluiten dan wel verplaatsen van gasaansluitingen. De ondernemer houdt zich niet aan zijn eigen tarieven, die zijn goedgekeurd door de ACM zodat er een meningsverschil is ontstaan van € 981,71. De verplaatsingskosten van gasmeters staan niet in het tarievenoverzicht van de ondernemer. Ik hanteer daarvoor een bedrag van € 496,–. Een standaard gasaansluiting zoals uit de tarieven blijkt bedraagt € 750,20 en dat is gebaseerd op het leveren en plaatsen van een gasmeter inclusief 25 meter kabel. De ondernemer heeft ook voor een tracé gekozen waarbij er veel meters gemaakt moesten worden, hetgeen niet mijn keuze was. Voor de aanvankelijke aansluiting in de tijdelijke woonunit heb ik € 2.299,07 betaald. In 2015 is er dus een definitieve gasaansluiting geplaatst in de nieuwe woning. Daarvoor is mij uiteindelijk een bedrag van € 1.489,22 in rekening gebracht. In vergelijking met een standaard gasaansluiting (van € 720,20) is dat een buitenproportioneel bedrag. Bovendien is dat ook in vergelijking met bedragen die andere Nuts-partijen rekenen buitensporig hoog. Over de kosten van de verplaatsing van de noodunit naar de definitieve woning ben ik niet door de ondernemer gecommuniceerd; een offerte heb ik nooit gehad. De tarieven zijn ook niet openbaar en lijken verzonnen. In rekening gebrachte meters kloppen ook niet en zijn veel te veel. Een adreswijziging die ik eerder had doorgegeven was niet doorgevoerd zodat ik pas veel later vernam dat er nog een bedrag open zou staan (te weten het bedrag van
€ 1.489,22). De ondernemer dreigt ook meteen met afsluiting in plaats van een oplossing te zoeken. Op basis van mijn eigen berekeningen zou de ondernemer mij in totaal nog € 507,56 in rekening mogen brengen, derhalve € 981,71 teveel (in verhouding tot de nota van de ondernemer van
€ 1.489,27). Ik betrek bij mijn berekeningen ook de reeds eerder door mij betaalde kosten voor de gasaansluiting die in 2014 is gerealiseerd ten bedrage van € 2.299,07. De ondernemer communiceert niet goed, aanvankelijk naar een oud adres waardoor ik pas na een jaar geconfronteerd werd met dit probleem, de ondernemer gaat niet inhoudelijk in op de materie, maar houdt de communicatie algemeen, waarbij toezeggingen om mij terug te bellen niet worden nagekomen. Ook geeft de ondernemer geen inzicht in de opbouw van zijn factuur en volgens mij mag de ondernemer verder ook geen winst maken op zijn activiteiten. De rekeningen van de ondernemer zijn ook 2,5 keer zo hoog als andere Nuts-partijen (ter zake water en elektra).
Ter zitting heeft de consument – aan de hand van een door hem ingeleverde schriftelijke notitie – in hoofdzaak – nog het volgende aangevoerd.
De ondernemer berekent veel te hoge kosten voor zijn werkzaamheden. In mijn optiek betreft het in zijn totaliteit één aanvraag; het gaat om één tracé en één aansluiting. De werkzaamheden vallen volgens mij dan ook volledig onder de gereguleerde tarieven. Ook vind ik dat het aantal meters veel te hoog is; er is gekozen voor een te lang tracé hoewel dat veel korter had gekund. In vergelijking tot andere Nuts-bedrijven ben ik bij de ondernemer veel meer kwijt. Ik ben het ook niet eens met de berekende 31 meter; ik heb het zelf op de plattegrond met de bijbehorende schaalgrootte berekend en dan kom ik uit op 17,5 meter. Ook ontbrak bij de factuur een specificatie. Die heb ik pas naderhand gekregen. Een offerte heb ik ook nooit gehad en ik betwist dat mij daarover een mail is toegestuurd dan wel dat één en ander telefonisch met mij zou zijn besproken. Bewijs heeft de ondernemer ook niet geleverd.
De consument verlangt dat wordt vastgesteld dat de consument met de door hem gedane betaling van € 507,56 de werkzaamheden van de ondernemer heeft voldaan (en aan hem het in depot gestorte bedrag van € 981,71 zal worden teruggestort).
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument heeft in feite een klacht tegen de verkeerde vennootschap ingediend; [naam verkeerde vennootschap], hetgeen [ondernemer] had moeten zijn. De ondernemer is echter bereid daaroverheen te stappen en het verweer zal worden gevoerd door [ondernemer]. Er is sprake van een eerste gasaansluiting die in maart 2014 is gerealiseerd ten behoeve van de tijdelijke woonunit van de consument. Een eerste gasaansluiting behoort tot het gereguleerde domein. Daarvoor is aan de consument een bedrag in rekening gebracht van € 2.299,07, welke factuur de consument zonder bezwaar heeft voldaan zodat dat geen onderdeel van de in deze zaak aan de orde zijnde klacht kan zijn. Vervolgens heeft de consument een nieuwe woning laten bouwen en in 2015 bij de ondernemer het verzoek ingediend voor verplaatsing van de bestaande gasaansluiting naar deze nieuwe woning. Deze verplaatsing behoort tot het niet gereguleerde domein. Daarvoor heeft de ondernemer aan de consument een rekening gezonden van € 1.489,27, bestaande uit een vast bedrag voor de kosten van verplaatsing van een gasmeter (€ 496,–) en een bedrag voor 40 meter meerlengte aan gasleiding van € 734,80 (€ 18,37 per meter) in totaal € 1.230,80 en inclusief 21% btw € 1.489,27. De ondernemer wenst zijn eerdere factuur te corrigeren omdat daarin 40 meter meerlengte is berekend, terwijl dat 31 meter had moeten zijn zodat aan de consument een reductie toekomt van € 200,05. De meerlengte is conform de regels berekend vanaf de plaats waar de bestaande gasleiding ophield. Er is inderdaad niet vooraf een offerte aan de consument toegezonden, maar hem is zowel per e-mail als telefonisch medegedeeld wat de kosten van verplaatsing van de gasaansluiting zouden zijn. Als gevolg van een ICT-probleem bij de ondernemer is het niet mogelijk een kopie van die mail te overleggen, evenwel kan de ondernemer door middel van een getuige doen verklaren dat telefonisch een kostenopgave aan de consument is gedaan en dat aan de consument de genoemde e-mail met kostenopgave is toegezonden. De consument had maar één doel en dat was vermindering van de factuur voor de kosten van verplaatsing van de gasaansluiting. Dat heeft niets te maken met het aanreiken van oplossingen, maar slechts met het eigen belang van de consument. Waar de consument het ten slotte vandaan haalt dat de ondernemer geen winst mag maken op de hier aan de orde zijnde activiteiten is de ondernemer volstrekt onduidelijk en is ook niet juist. Niet alleen in de niet gereguleerde tarieven, maar ook in de gereguleerde tarieven van de ondernemer zit een vergoeding voor het ingezette vermogen, ofwel rendement, en nergens is neergelegd dat het behalen van rendement voor regionale netbeheerders niet zou zijn toegestaan
Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.
De eerste gasaansluiting betrof de noodunit en in het tweede geval was sprake van een verplaatsing. Dat zijn twee aparte zaken. Er is dus geen sprake van één voortgezette aansluiting/aanleg. Een meterverplaatsing valt onder de niet gereguleerde tarieven. Overigens zijn de meterprijzen wel te vinden op de website van de ondernemer en zijn de kosten van een standaard verplaatsing van
€ 496,– niet terug te vinden op de website. [Naam projectleider] was de projectleider en heeft ter plekke en ook telefonisch met de consument gesproken, en eveneens per e-mail met hem gecommuniceerd. In die gesprekken zijn wel degelijk de kosten ter sprake gekomen, hetgeen ook per e-mail aan de consument is gecommuniceerd. Zij heeft haar e-mails op een gegeven moment weggegooid en die konden helaas niet meer door de ICT-afdeling van de ondernemer worden teruggevonden. Er moest om meerdere redenen gekozen worden voor het langere tracé; korter was niet mogelijk omdat er een verharding/asfalt lag en er toentertijd bovendien nog een schuur en een woonhuis stonden. Eén en ander is allemaal uitvoerig destijds met de consument besproken. Niet alleen het tracé, maar ook de tarieven. Het aantal meters bedraagt daadwerkelijk 31 meter; dat volgt ook uit de berekening van de aannemer. De werkzaamheden die verricht moeten worden voor een gasaansluiting zijn veel meer dan voor elektra. Dat andere Nuts-bedrijven wellicht andere tarieven hanteren is niet relevant en regardeert de ondernemer niet.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie volgt de ondernemer in zijn standpunt dat sprake is geweest van verschillende werkzaamheden en daarbij behorende facturering, te weten de aanleg van een eerste gasaansluiting in maart 2014 en vervolgens een verplaatsing van die gasaansluiting in juni 2015. Aan de klacht van de consument ter zake van de facturering en kosten voor wat betreft de eerste gasaansluiting in maart 2014 gaat de commissie dan ook voorbij, temeer nu de klacht daarover door de consument tardief (te laat) is ingediend op basis van de toepasselijke algemene voorwaarden; die klacht is pas ruim twee jaar nadien ingediend en dat is ruimschoots te laat. Voor wat betreft het gekozen (lange) tracé volgt de commissie eveneens het standpunt van de ondernemer; genoegzaam is door de ondernemer met name ter zitting uitgelegd dat dat onder de toenmalige omstandigheden in feite de enige reële mogelijkheid was (gelet op de toentertijd aanwezige obstakels voor een korter tracé). Op grond van artikel 3 van het reglement van de Geschillencommissie Energie heeft de commissie tot taak geschillen tussen de consument en de ondernemer te beslechten, voor zover deze betrekking hebben op de totstandkoming of uitvoering van de overeenkomst met betrekking tot de aansluiting en/of levering van gas, warmte of elektrische energie en daarmee samenhangende levering en diensten. De commissie is derhalve niet bevoegd te beslissen over de hoogte van de in rekening gebrachte tarieven of kosten in zijn algemeenheid. De commissie heeft daarin slechts een marginale beoordelingsruimte. Behoudens in gevallen dat sprake is van evident onredelijke tarieven, welke situatie zich volgens de commissie zich in dit geval niet aanstonds voordoet, is het niet aan de commissie om daarover verder een oordeel te geven. Aldus kan de commissie zich verenigen met het vaste bedrag voor de verplaatsing van de gasaansluiting van € 496,–, alsmede voor de gehanteerde meterprijs van € 18,37. Dat betekent dat de consument in feite gehouden is om de factuur van de ondernemer in dat verband te voldoen. Desalniettemin meent de commissie dat de ondernemer wel het één en ander te verwijten valt en in dat verband onzorgvuldig heeft gehandeld. Zo kan de ondernemer geen bewijs (van zijn e-mail) leveren waarin hij een kosten(raming) voor wat betreft de werkzaamheden aan de consument voorafgaand aan de werkzaamheden heeft voorgelegd, heeft de ondernemer pas in zijn verweerschrift erkend dat er een fout in de factuur is geslopen (31 meter in plaats van de aanvankelijk berekende 40 meter meerlengte) met een reductie van € 200,05, heeft de ondernemer aanvankelijk bij zijn factuur van 3 juli 2015 geen enkele specificatie/onderbouwing gegeven en die pas naderhand en desgevraagd door de consument verschaft, heeft de ondernemer onbestreden gelaten dat een adreswijziging van de consument bij hem niet goed is doorgevoerd en heeft de ondernemer ten slotte in zijn correspondentie de consument gedreigd met afsluiting en ook beticht van het voor eigen rechter spelen, terwijl de consument in feite alleen maar om opheldering en uitleg vroeg ter zake de desbetreffende factuur, welke wijze van communiceren door de commissie voor een grote marktpartij (netbeheerder) als de ondernemer niet bepaald zorgvuldig wordt geacht.
De commissie acht het daarom redelijk en billijk dat de ondernemer aan de consument een schadevergoeding verschuldigd is van € 281,66, hetgeen de commissie zal verrekenen met het door de consument in depot gestorte bedrag. Van het door de consument in depot gestorte bedrag van € 981,71 dient allereerst het bedrag van € 200,05 te worden afgetrokken (zoals door de ondernemer in het verweerschrift is gesteld vanwege de vermindering van de meterlengte van 40 naar 31 meter) zodat aldus resteert een bedrag van € 781,66, waarvan vervolgens de aan de consument toegekende schadevergoeding van € 281,66 dient te worden afgetrokken zodat aldus het depotbedrag als volgt wordt verdeeld; een bedrag van € 500,– zal worden uitgekeerd aan de ondernemer en een bedrag van € 481,71 zal worden terugbetaald aan de consument.
De klacht van de consument wordt aldus deels gegrond bevonden zodat de ondernemer eveneens gehouden is om het door de consument betaalde klachtengeld van € 52,50 te vergoeden.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het in depot gestorte bedrag van € 981,71 wordt aldus verdeeld: een bedrag van € 500,– wordt uitgekeerd aan de ondernemer en een bedrag van € 481,71 wordt terugbetaald aan de consument.
De ondernemer dient overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden.
Het meer of anders verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, op 6 september 2016.