Dwaling te wijten aan inlichting ondernemer.

De Geschillencommissie




Commissie: Recreatie    Categorie: Informatie    Jaartal: 2014
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: REC06-0113

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil   Het geschil betreft de voor het afvoeren van de caravan betaalde kosten ad € 1.250,– en restitutie van een deel van het staangeld.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument huurde een standplaats bij de ondernemer. In 2005 wilde hij zijn caravan verkopen op de standplaats. Hiervoor kreeg hij echter geen toestemming van de ondernemer. De consument heeft toen gevraagd of hij zijn caravan mocht schenken aan een mevrouw die een standplaats naast de zijne had. Haar caravan, die ouder was, zou dan gesloopt kunnen worden in plaats van de caravan van de consument. Ook hiervoor kreeg de consument geen toestemming. Omdat de consument er tegen opzag zelf zijn standplaats te ontruimen, is hij op 14 mei 2005 met de ondernemer overeengekomen afstand te doen van zijn caravan tegen betaling van een bedrag van € 1.250,– voor het afvoeren van de caravan en het opruimen van de kavel. Nadat deze overeenkomst was ondertekend, deelde de ondernemer hem mee dat de stacaravan gebruikt zou worden voor personeel van de camping. Daarop heeft de consument verzocht om terugbetaling van het jaargeld vanaf 14 mei 2005. Hiertoe was de ondernemer niet bereid. In juli 2005 is de caravan van de consument omgeruild met de caravan van de mevrouw. Sindsdien dient de oude caravan van mevrouw daarna als onderkomen voor de Poolse werknemers van de ondernemer. De vroegere caravan van de consument staat nog steeds op zijn standplaats en wordt bewoond door mevrouw. Geen van beide caravans is dus afgevoerd. De consument verlangt terugbetaling van het jaargeld over 2005 en terugbetaling van het bedrag van € 1.250,– wegens niet-verrichte werkzaamheden.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De ondernemer heeft de consument schriftelijk meegedeeld: “Gezien het feit dat u een afstandverklaring heeft ingevuld en ondertekend is voor ons de zaak afgedaan”. De ondernemer heeft geen standpunt meegedeeld aan de commissie.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De commissie is van oordeel dat de overeenkomst tussen de ondernemer en de consument waarin de consument afstand deed van zijn caravan tegen betaling van een bedrag van € 1.250,– voor “afvoeren caravan en opruimen kavel” tot stand gekomen is onder invloed van dwaling en bij een juiste voorstelling van zaken niet zou zijn gesloten. Toen de consument deze overeenkomst aanging verkeerde hij namelijk in de veronderstelling dat zijn caravan van de standplaats verwijderd zou moeten worden. Aangezien hij er tegen opzag zelf zijn caravan te verwijderen en zijn standplaats op te ruimen, heeft hij afstand gedaan van zijn caravan en de ondernemer een bedrag betaald voor het verwijderen van zijn caravan. Vervolgens heeft de consument geconstateerd dat zijn vroegere caravan eerst door werknemers van de ondernemer en daarna door een andere recreant wordt bewoond en nog steeds op zijn vroegere standplaats staat. De consument zou geen € 1.250,– hebben betaald, indien hij had geweten dat zijn caravan niet zou worden verwijderd. Aangezien deze dwaling is te wijten aan een inlichting van de ondernemer die de consument meedeelde dat zijn caravan zou worden verwijderd, is de overeenkomst vernietigbaar. De commissie is van oordeel dat de afspraak dat de consument € 1.250,– zou betalen voor afvoer caravan en opruimen kavel nietig is. Dit bedrag is dan ook onverschuldigd betaald en de consument heeft recht op restitutie van het bedrag van € 1.250,–. De consument wenst niet terug te komen op de door hem gedane afstand van zijn caravan. Aangezien in 2005 vanaf mei de standplaats met caravan van de consument eerst door werknemers van de ondernemer en later door een andere recreant aan wie de consument zijn caravan ter beschikking had willen stellen wordt gebruikt, meent de commissie dat de consument op grond van artikel 11 lid 1 van de Recron-voorwaarden vaste plaatsen recht heeft op restitutie van een deel van het door hem betaalde jaargeld en wel zeventwaalfde gedeelte van € 1.413,50, te weten € 824,54.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 824,54 en restitueert een bedrag van € 1.250,–. Betaling van het totale bedrag van € 2.074,54 dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies. Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Recreatie op 8 november 2006.