
Commissie: Bouwkundige Keurders
Categorie: gebreken / Keuring
Jaartal: 2025
Soort uitspraak: Bindend Advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
653874/743799
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Een consument diende een klacht in tegen een bouwkundig inspecteur vanwege diverse gebreken aan haar woning die niet in het keuringsrapport waren opgenomen. Het ging onder andere om een onveilige elektrische installatie, verstopte riolering, een constructiefout in de kachel, een enkelsteens keukengevel en te laag ingeschatte kosten voor dakreparaties. De consument stelde dat zij hierdoor onverwachte schade en extra kosten had moeten maken, en eiste schadevergoeding. De ondernemer verweerde zich door te wijzen op de aard van de inspectie: een visuele, niet-destructieve momentopname. Volgens de commissie was het rapport opgesteld conform de geldende voorwaarden en kon niet worden geconcludeerd dat de ondernemer toerekenbaar tekort was geschoten. De klacht werd ongegrond verklaard en de vordering afgewezen.
De uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 13 december 2023 met de ondernemer tot stand gekomen
overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van een bouwkundige keuring
voor de som van € 474,–.
De consument heeft de klacht eerst voorgelegd aan de ondernemer.
Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt
het standpunt op het volgende neer.
De ondernemer heeft een inspectie verricht, maar later bleek van tal van gebreken en daarom werden we
met extra kosten geconfronteerd. Het gaat om de directe kosten die niet in het rapport van de ondernemer
zijn opgenomen:
1. Elektriciteit en brandveiligheid: directe kosten € 950,– +21% BTW
Meteen na het ontvangen van de sleutel bleek dat de elektriciteit erg onveilig was, wat direct opgelost
moest worden voordat we in het huis konden wonen. De elektrische installatie in de woning was bijzonder
onveilig. De kabels lagen deels aan elkaar gedraaid in de leiding/meterkast, wat potentieel
levensgevaarlijke situaties creëerde. Daarnaast waren er zes groepen aangesloten op slechts vier stoppen
in de meterkast, wat overbelasting en verdere veiligheidsrisico’s met zich meebracht. We hebben dit
officieel onderzocht: tijdens de inspectie mocht de inspecteur, met toestemming van de eigenaar, de
meterkast openen. Dit gebeurt vaak bij de inspectie van een oude woning, omdat een inspectie van de
elektrische installatie belangrijk is voor de veiligheid en staat van de woning. De ondernemer heeft dit niet
gedaan en zegt nu dat deze schade onzichtbaar was.
2. Afvoeren en riolering: directe kosten € 4.000,– door drie verschillende bedrijven
Het riool was vanaf de eerste dag (4 maart 2024) verstopt, waardoor we de wc en douche niet konden
gebruiken. Mailwisselingen met de makelaar op 4 maart 2024 zijn beschikbaar als bewijs. Een dag
daarvoor had de laatste inspectie door de ondernemer plaatsgevonden en verstopping van wc was niet
geconstateerd door de ondernemer. De rioolexpert zegt dat een ervaren inspecteur niet alleen met water
moet doorspoelen maar met wc papier, dan kom je er wel achter als er een verstopping is. De ondernemer
heeft deze stappen niet genomen.
3. Constructiefout in de kachel: rond € 3.000,– & schade aan de badkamer: € 450,– + 21% BTW
In oktober 2024 bleek onze houtkachel een niet-geïsoleerde pijp te hebben, wat resulteerde in overmatige
hitte en schade aan de tegels achter de muur van onze nieuwe badkamer. Deze zichtbare constructiefout
stond niet vermeld in het rapport. De kosten voor het repareren van de pijp bedragen volgens de offerte die
we hebben ontvangen € 2.800,–, terwijl de schade aan onze nieuwe badkamer door de hitte van de pijp
wordt geschat op € 600,– die wij zelf moeten betalen. Deze klus is nog niet uitgevoerd vanwege financiële
beperkingen.
4. De niet-geconstateerde enkelsteens muur van de keuken
Een enkelsteens muur heeft vaak herkenbare zichtbare eigenschappen, zoals het ontbreken van
spouwankers en een relatief dunne structuur. Een ervaren bouwkundige inspecteur zou dit moeten kunnen
herkennen. Bij twijfel kan de inspecteur ook speciale meetapparatuur gebruiken, zoals een diktemeter of
infraroodcamera, om de dikte van de muren te controleren. De ondernemer heeft deze zichtbare
tekortkoming echter gemist. Hierdoor is de keuken ijskoud en onaangenaam in gebruik. We moeten nu een
spouwmuur rondom de keuken laten bouwen, wat een zeer kostbare klus is. Deze klus is nog niet
uitgevoerd maar moet wel gebeuren. We hebben nog geen indicatie van de kosten.
Daarnaast zijn de kosten voor reparatie van dak en schoorsteen door de ondernemer bijzonder laag
geschat (€ 3.710,–). We hebben inmiddels van verschillende dakspecialisten offertes ontvangen. De
werkelijke kosten zijn driemaal hoger dan de schatting van de ondernemer! We hebben nu al een lekkage
in de woonkamer. Er zijn drie verschillende soorten dakpannen gebruikt in de aanbouw, waardoor de
pannen nooit goed op elkaar aansluiten. Deze zichtbare tekortkoming (verschillende dakpannen) die de
oorzaak is van de lekkage stond ook niet in het rapport van de ondernemer. Deze klus is nog niet
uitgevoerd maar moet wel gebeuren.
Bovendien hadden we na sleuteloverdracht door de onverwachte directe gebreken van elektriciteit en riool
meteen geen andere keuze dan nog een maand langer in ons huurhuis te wonen, wat leidde tot dubbele
kosten van ongeveer € 700,–.
Als we deze gebreken en de te verwachten kosten hadden geweten, hadden we deze woning zeker niet
gekocht. We vertrouwden op de kennis van de technische bouwkeuring, maar dit vertrouwen heeft ons in
grote problemen gebracht.
De consument verlangt een passende schadevergoeding voor de geleden schade en extra kosten die we
hebben moeten maken als gevolg van de gebreken die niet door de ondernemer zijn geconstateerd.
Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern
komt het standpunt op het volgende neer.
Het geschil gaat over een door ons uitgevoerd bouwkundig onderzoek (hierna: ‘het Bouwkundig
Onderzoek’) en het naar aanleiding van dat Bouwkundig Onderzoek door ons opgestelde bouwkundig
rapport (hierna: ‘het Bouwkundig Rapport’).
Wij hebben dat Bouwkundig Onderzoek verricht aan de woning op 13 december 2023 in opdracht van de
partner van de consument. Een dergelijk onderzoek neemt voor een gemiddelde woning een uur en een
kwartier in beslag. Het bouwkundig rapport is op 13 december 2023 aan de partner van de consument
verstrekt en deze heeft voor het onderzoek inclusief de rapportage en inclusief een asbestscan € 473,99
betaald.
Het bouwkundig onderzoek aan de woning
De partner van de consument heeft een bouwkundig onderzoek aangevraagd bij ons. Wij hebben
vervolgens op 6 december 2023 per email een opdrachtbevestiging verzonden. Door die
opdrachtbevestiging zijn op de overeenkomst van opdracht onze Algemene Voorwaarden van toepassing
verklaard (hierna: ‘de Algemene Voorwaarden’). Bij de opdrachtbevestiging was tevens een bijlage
toegevoegd met de titel ‘Informatie bij uw inspectieopdracht BTO’ (hierna: ‘de Informatiebijlage). Tevens zijn
van toepassing de Algemene Consumentenvoorwaarden Bouwtechnische Keurders (hierna: ‘de Algemene
Consumentenvoorwaarden’.
In artikel 3 lid 1 van de Algemene Voorwaarden is bepaald: ‘De bouwtechnische keuring bestaat uit een
globale, non-destructieve, visuele inspectie, gerelateerd aan het bouwjaar van het Object en is een
momentopname, waarbij uitsluitend gesignaleerde zichtbare gebreken of tekortkomingen worden
gerapporteerd. De aard van het onderzoek brengt met zich mee dat er gebruik zal worden gemaakt wordt
van steekproeven, zodat niet kan worden gegarandeerd dat alle visueel waarneembare gebreken of
tekortkomingen worden geconstateerd en in het rapport worden vermeld.
In de Informatiebijlage is het volgende opgenomen: ‘De bouwkundige inspectie is op alle onderdelen een
visuele inspectie, waarbij uitsluitend gesignaleerde zichtbare gebreken of tekortkomingen worden
gerapporteerd. Mocht er twijfel zijn over een bepaald onderdeel of is er sprake van een bepaald risico waar
de inspecteur zonder destructief onderzoek geen uitspraak over kan doen, dan zal er specialistisch
vervolgonderzoek geadviseerd worden (…).’
In art. 4 lid 1 van de Algemene Consumentenvoorwaarden is bepaald: ‘De bouwkundige keuring bestaat uit
een globale, non-destructieve, visuele inspectie, gerelateerd aan het bouwjaar van het object. Het is een
momentopname, waarbij uitsluitend gesignaleerde zichtbare gebreken of tekortkomingen worden
gerapporteerd. De aard van het onderzoek brengt met zich mee dat er gebruik zal worden gemaakt van
steekproeven, zodat niet kan worden gegarandeerd dat alle visueel waarneembare gebreken of
tekortkomingen worden geconstateerd en in het rapport worden vermeld’.
De conclusie die uit het voorgaande getrokken kan worden, is dat wij een beperkt Bouwkundig Onderzoek
verrichten. Alleen visueel waarneembare gebreken worden achterhaald en er kan niet de garantie worden
gegeven dat alle zichtbare gebreken worden gerapporteerd.
Bij aanvang van het Bouwkundig Onderzoek is aan de toenmalige eigenaar gevraagd of er bekende
bouwkundige gebreken zijn. Nadrukkelijk is er gevraagd of er bouwkundige gebreken bekend zijn die
mogelijk visueel niet waargenomen kunnen worden. Hierop is bevestigend gereageerd. De genoemde
gebreken worden hierna kort benoemd en komen in de verdere inspectie uitgebreid aan de orde. Door de
aanwezige (bewoner/eigenaar) is de volgende bijzonderheid en/of bouwkundig gebrek gemeld: bij extreem
weer lekkage dak door vocht doorslag pannen (blijkt pan schade). Genoemde informatie is van aanwezige
personen ter plaatse verkregen, in het verdere van dit rapport zullen deze “afwijkingen” worden benoemd
en omschreven in het specifieke hoofdstuk (pag. 6 van het Bouwkundig Rapport).
De resultaten van het Bouwkundig Onderzoek zijn in het algemeen op pagina 5 van het Bouwkundig
Rapport opgenomen onder de kostensamenvatting.
De consument en haar partner meldden per email van 30 april 2024 een drietal gebreken, namelijk een
verstopte riolering, een onveilige elektrische installatie en een tijdens het slopen van de badkamer ontdekte
lekkage. De eerstgenoemde gebreken corresponderen met de eerste twee genoemde gebreken in het
aanvullende Word-document dat de consument aan het online dossier heeft toegevoegd. Over de lekkage
die de consument tijdens het slopen van de badkamer heeft ontdekt, wordt in het Vragenformulier niet meer
gerept. Verder draagt de consument een aantal nieuwe gebreken aan, namelijk een constructiefout in de
houtkachel, een niet geconstateerde enkelsteens muur in de keuken, de kosten met betrekking tot het dak
en de schoorsteen en dubbele woonlasten.
Wij hebben op het schrijven van de consument en haar partner per email van 14 mei 2024 gereageerd.
Als eerste meldt de consument problemen met de elektrische installatie. Deze zou onveilig zijn, aangezien
er kabels deels in elkaar gedraaid in de leiding/ meterkast lagen. Daarnaast zouden er zes groepen op vier
stoppen aangesloten zijn in de meterkast. Volgens de consument zou de inspecteur toestemming hebben
gehad de meterkast te openen, maar dit niet hebben gedaan en zodoende de schade niet hebben gezien.
Wij hebben heeft per email van 14 mei gemeld dat de elektrische installatie visueel wordt geïnspecteerd en
dat de stoppenkast niet wordt opengeschroefd tijdens een bouwtechnische keuring. Zodoende zijn de
kabels niet zichtbaar geweest voor de inspecteur. Ook is tijdens een visuele inspectie niet te zien hoeveel
groepen er aangesloten zijn op hoeveel stoppen en of er sprake is van overbelasting.
In het bouwkundig rapport is het volgende hierover opgenomen (pag. 4):
Inspectie van elektra- en gasinstallatie, aanwezige leidingen, overige installaties, fundering, riolering,
asbest, zwam, houtworm of overige ongedierte zijn geen onderdeel van een bouwtechnische keuring.
Wanneer in dit rapport toch opmerkingen of bevindingen over deze onderdelen zijn opgenomen, betekent
dit geenszins dat er een volledige inspectie heeft plaatsgevonden. Dit is dan gebaseerd op visuele
waarneming tijdens het bouwkundig onderzoek en heeft een signaalfunctie. Voor deze onderdelen dient
altijd een speciaal daarvoor bedoelde inspectie te worden uitgevoerd.
In de Informatiebijlage (bijlage 4) staat hieromtrent het volgende:
Belangrijke aandachtspunten bij uw inspectieopdracht:
Visuele beoordeling van de technische staat van de elektrische en gasinstallatie. Dit betreft dus geen
technische beoordeling. Bij twijfel kan een specialistische NEN 3140 vervolgkeuring worden uitgevoerd.
Ten tweede had de consument last van een verstopte riolering. Deze zou al verstopt zijn vanaf de eerste
dag na de overdracht van de woning. Wij zouden hebben verzuimd het toilet met toiletpapier door te
spoelen. Wij hebben aangegeven dat de riolering niet zichtbaar was op het moment van inspectie (pag. 28
bouwkundig rapport) en dat het doorspoelen met water van één of meer toiletten geen bijzonderheden
heeft opgeleverd. Het klopt dat wij de toiletten niet met toiletpapier doorspoelen. Als er sprake is van een
verstopping, dan wordt dit ook zichtbaar/hoorbaar na spoelen met water. dan loopt het water traag weg of
komt omhoog. Ook hoor je het vaak borrelen. Op deze signalen wordt gelet tijdens het bouwkundig
onderzoek. Dat wij een toilet hebben doorgespoeld, blijkt uit een als bijlage opgenomen foto. De stelling dat
de laatste inspectie door ons op 3 maart 2024 is geweest, klopt niet. Het bouwkundig onderzoek is op 13
december 2023 geweest en daarna zijn wij niet meer in de woning geweest. Waarschijnlijk doelt de
consument op de eindinspectie door de verkopend makelaar. Uit de correspondentie die de consument met
de verkopend makelaar heeft gehad en als bijlage heeft toegevoegd, blijkt dat de verkopend makelaar bij
de eindinspectie de toiletten heeft doorgespoeld en daarbij geen bijzonderheden heeft waargenomen.
Als derde geeft de consument aan in de bijlage bij het Vragenformulier dat er een constructiefout zou zijn in
de houtkachel. Dit is een punt wat de consument nog niet eerder bij ons heeft neergelegd. Wij kunnen hier
kort over zijn: de houtkachel is niet op functioneren getest. In het rapport staat het volgende hierover
verwoord:
Verwarming: overige warmtebronnen / voorziening
In het object is een warmtevoorziening ‘open haard’ en/of ‘gashaard’ aanwezig. Deze is niet op functioneren
getest.
Het rookgaskanaal en/of de schoorsteen is niet gecontroleerd. Bij twijfel wordt specialistisch onderzoek
aanbevolen. Bij verbranding moet ook lucht toegevoerd kunnen worden. Laat altijd een expert kijken of een
toestel, rookgasafvoer of haard voldoende kan functioneren.
Het vierde punt is ook nieuw voor ons. Er zou een enkelsteens muur in de keuken zijn, die niet door ons is
opgemerkt. Hiervoor geldt dat dit niet als bouwkundig gebrekkig kan worden aangemerkt en dus niet door
ons had hoeven worden opgemerkt. Een spouwmuur bouwen rondom de keuken is niet noodzakelijk, maar
een verbetering ten opzichte van de oude situatie.
Punt 5 betreft de reparatiekosten van dak en schoorsteen en is ook nog niet eerder aan de orde geweest.
Deze zouden bijzonder laag zijn geschat door ons. Ook zouden wij de oorzaak van de lekkage, waar de
consument last van heeft gekregen, niet hebben opgemerkt. Er zouden namelijk drie verschillende soorten
dakpannen zijn gebruikt op de aanbouw. Wij hebben in totaal een bedrag van € 3.710,– als kosten voor
herstel dak en schoorsteen in het Bouwkundig rapport opgenomen (pag. 5, 9, 10, 11). De consument zou
van verschillende dakspecialisten offertes hebben ontvangen. Deze offertes heeft de consument echter niet
in het geding gebracht, zodat het niet mogelijk is het Bouwkundig rapport met deze offertes te vergelijken.
Verder willen wij erop wijzen dat de geraamde kosten die wij in ons Bouwkundig rapport opnemen exclusief
bijkomende kosten zijn, zoals sloop- en steigerkosten. Ook worden kosten voor herstel van gevolgschade
niet meegenomen in de begroting (zie pag. 5 van het Bouwkundig rapport). Verder is het Bouwkundig
onderzoek bijna een jaar geleden uitgevoerd. De meeste geraamde kosten vallen onder direct
noodzakelijke kosten. De gebreken dienen dus zonder vertraging te worden hersteld om gevolgschade te
voorkomen. De lekkage in de woonkamer waar de consument last van heeft gekregen, was op het moment
van inspectie niet zichtbaar. Wel hebben wij gebreken aan de dakpannen geconstateerd en op diverse
plaatsen gewaarschuwd voor lekkage/ inwateren (pag. 9, 10, 11). Dat er drie soorten dakpannen op de
aanbouw zijn gebruikt, die niet goed op elkaar aansluiten, heeft de inspecteur niet waargenomen. De
consument heeft er ook geen foto’s of ander bewijsmateriaal van toegevoegd. Dat er drie soorten
dakpannen zijn gebruikt, is bovendien niet te zien op de foto’s die op Funda staan.
Ten slotte geeft de consument aan dat zij dubbele woonlasten heeft gehad, doordat de gebreken aan
elektra en riool voor vertraging hebben gezorgd en ze genoodzaakt was nog een maand langer in haar
vorige woning te blijven. Deze stelling is echter niet met bewijs omkleed. Voor zover de consument deze
stelling alsnog kan aantonen, stellen wij ons op het standpunt dat wij daar niet de oorzaak van zijn. Deze
schade betreft bovendien vertragingsschade en komt niet voor vergoeding in aanmerking conform artikel 12
lid 1 van onze Algemene Voorwaarden. In de praktijk komt het vaker voor dat een verhuizing moet worden
uitgesteld doordat er zaken tijdens een verbouwing naar voren komen die vertraging opleveren.
Volgens art. 6:98 BW komt voor vergoeding slechts die schade in aanmerking die in zodanig verband staat
met de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid van de schuldenaar berust, dat zij hem, mede gezien de
aard van de aansprakelijkheid en van de schade, als een gevolg van deze gebeurtenis kan worden
toegerekend.
Wij zijn van mening dat in de eerste plaats de schade die de consument zegt te hebben, niet is aangetoond
en verder dat het vereiste causaal verband ontbreekt. De consument heeft verzuimd om facturen of offertes
te overleggen waaruit de schade zou blijken. In het geval de consument deze alsnog kan tonen, stellen wij
ons op het standpunt dat de schade die de consument zegt te lijden of nog zal lijden, niet het rechtstreekse
gevolg is van ons handelen.
De eventuele schade met betrekking tot elektra, riolering, houtkachel en enkelsteens muur kon niet binnen
de scope van een Bouwkundig Onderzoek worden vastgesteld. De schade met betrekking tot dak en
schoorsteen is niet door de consument aangetoond door middel van offertes of facturen. Verder zijn de
reparaties, zoals die zijn geadviseerd in het Bouwkundig rapport en onder directe kosten opgenomen
(december 2023), niet per direct uitgevoerd, zodat het aannemelijk is dat de (gevolg)schade is toegenomen
en de kosten dientengevolge hoger zijn dan in eerste instantie begroot is. Zoals aangegeven, houden wij
geen rekening met allerlei bijkomende kosten, zodat de werkelijke kosten van herstel in veel gevallen hoger
zijn dan in het Bouwkundig rapport is aangegeven. Dubbele woonlasten vallen onder vertragingsschade
welke wij hebben uitgesloten van schadevergoeding.
De consument vordert een passende schadevergoeding. Wat een passende schadevergoeding zou zijn,
wordt echter niet aangegeven. Er ontbreekt een deugdelijke onderbouwing. Wij hebben een beperkt
Bouwkundig Onderzoek uitgevoerd en dit naar beste weten en kennis uitgevoerd. Wij betwisten dat wij
toerekenbaar tekort zijn geschoten in de nakoming van onze verplichting tot uitvoering van het Bouwkundig
Onderzoek en het opstellen van het Bouwkundig Rapport. Wij betwisten dat de consument schade heeft
geleden als gevolg van ons handelen. De schade die se consument zegt te hebben of in de toekomst nog
zal hebben, dient voor haar rekening te blijven.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Bij de beoordeling van de zaak gaat de commissie uit van hetgeen de consument in het vragenformulier en
de eventuele toelichting heeft aangegeven. Nieuwe en tijdens de mondelinge behandeling naar voren
gebrachte klachten vallen dan ook buiten de beoordeling van het geschil.
De taak van de bouwkundig keurder staat (ook) omschreven in artikel 3 lid 1 van de hier van toepassing
zijnde Algemene Consumentenvoorwaarden Bouwkundige Keurders:
1. De bouwkundige keuring bestaat uit een globale, niet-destructieve, visuele inspectie, gerelateerd aan het
bouwjaar van het Object. Het is een momentopname, waarbij uitsluitend gesignaleerde zichtbare gebreken
of tekortkomingen worden gerapporteerd. De aard van het onderzoek brengt met zich mee dat er gebruik
zal worden gemaakt van steekproeven, zodat niet kan worden gegarandeerd dat alle visueel
waarneembare gebreken of tekortkomingen worden geconstateerd en in het rapport worden vermeld.
2. Onder de bouwkundige keuring valt in ieder geval niet (een): (….) vaststellen van gebreken die alleen
visueel waarneembaar zijn na of met gebruik van technische hulpmiddelen; (….)
Indachtig deze hier aan te leggen maatstaf is de commissie het volgende van oordeel.
Voor een eventuele aansprakelijkheid van de ondernemer voor fouten/omissies gemaakt bij de keuring is
vereist dat de gestelde schade op grond van artikel 6:98 van het Burgerlijk Wetboek in redelijkheid kan
worden toegerekend aan die fout/omissie van de Bouwkundige Keurder. Volgens dat wetsartikel komt
slechts die schade voor vergoeding in aanmerking die in zodanig verband staat met de gebeurtenis waarop
de aansprakelijkheid van de schuldenaar berust, dat zij hem, mede gezien de aard van de
aansprakelijkheid en van de schade, als een gevolg van deze gebeurtenis kan worden toegerekend.
Duidelijk is dat partijen een globale visuele inspectie op non destructieve wijze zijn overeengekomen. Dat
houdt in dat de ondernemer in het rapport weergeeft wat hij heeft waargenomen en als sprake is van een
gebrek of achterstallig onderhoud dat hij aangeeft wat er nog moet gebeuren. Naar het oordeel van de
commissie is dat in voldoende mate gebeurd. Van de ondernemer kon en mocht in redelijkheid niet worden
geëist dat hij meer onderzoek deed dan hij heeft gedaan.
De commissie is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat de bouwkundige keurder ten aanzien van
de door de consument aangevoerde klachtpunten toerekenbaar is tekortgeschoten in een juiste nakoming
van de keuringsafspraak. Niet mag uit het oog worden verloren dat de keuring een momentopname is. Daar
waar vervanging/herstel is vereist, houdt de waardering door de bouwkundige keurder van de
herstel-/vervangingskosten niet meer in dan een handreiking. In het voorliggende rapport zijn die
waarderingen op nette wijze gedaan. Voor het overige verdient overweging dat door de consument niet
meer of andere feiten zijn gesteld op basis waarvan wanprestatie van de keurder zou kunnen worden
aangenomen.
De hier aan de orde zijnde klachten van de consument overschatten dus de voorgeschreven taak van de
bouwkundige keurder.
Wel vraagt de commissie zich af in hoeverre deze keuring overeenstemde met de verwachtingen van de
consument. Dat is echter een zaak waarover de commissie niet kan oordelen. Mochten onjuiste
verwachtingen zijn gecreëerd door een derde dan kan de consument na het inwinnen van juridisch advies
desgewenst overwegen deze aan te spreken in een rechtbankprocedure.
De slotsom moet dan ook zijn dat niet is komen vast te staan dat de ondernemer toerekenbaar is
tekortgeschoten in een juiste/volledige uitvoering van diens keuringsopdracht.
Dit maakt dat de klacht van de consument ongegrond is en het door de consument gevorderde moet
worden afgewezen.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Bouwkundige Keurders, bestaande uit de heer prof. mr. A.W.
Jongbloed, voorzitter, de heer T. Visser, mevrouw mr. L. Schots – Smit, leden, op 18 februari 2025.