
Commissie: Centrale Antenne Inrichtingen
Categorie: Signaal
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
CAI07-0300
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft leverings- en incassoproblematiek rond een tv-abonnement. De consument heeft op 28 oktober 2007 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. De consument heeft een bedrag van € 462,40 niet betaald en bij de commissie in depot gestort. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Ik heb een digitaal tv-pakket van de ondernemer genomen, maar nooit de juiste bijbehorende tv-ontvangst gehad. De ondernemer concludeerde op mijn klacht dat de decoder defect zou zijn; dat lijkt mij vreemd want de overige ontvangst was wel goed. De incasso van het abonnementsgeld is op een gegeven moment gestopt en ik ging er dan ook van uit dat de ondernemer daarvan afzag, wat ik ook begrijpelijk vond, gelet op het feit dat er niet werd geleverd. Daarna kwam er toch opeens een navordering. De consument verlangt dat hij niet hoeft te betalen voor niet geleverde diensten. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. In oktober 2006 hebben wij -vanaf onze servicedesk- vastgesteld dat de consument geen goede signaallevering kreeg omdat zijn decoder defect was. Ook in december van dat jaar speelde deze klacht. Wij hebben daarna niets meer gehoord. Helaas is onze facturering tussen juli 2006 en oktober 2007 achtergebleven. De inhaalfactuur dient wel betaald te worden; eventueel mag dat in termijnen. Wij achten de klacht ongegrond. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. In oktober en december 2006 is door de ondernemer -op afstand- op aangeven van de consument geconstateerd dat de signaallevering aan de consument niet goed doorkwam als gevolg van een defecte decoder. De consument heeft daarna – tot juli 2007 – geen verdere actie ondernomen, naar hij zegt omdat er geen facturen van de ondernemer meer volgden. Hij zou daaruit hebben geconcludeerd dat hij niets meer verschuldigd was. De facturering is echter al in juli 2006 opgeschort, als gevolg van administratieve omstandigheden, zodat de commissie dit punt minder aannemelijk vindt. De ondernemer heeft naar het oordeel van de commissie zich weinig actief opgesteld bij het achterhalen van de problemen. De commissie vindt een constatering op afstand dat de decoder wel defect zal zijn niet overtuigend; niet gesteld of gebleken is dat de ondernemer andere foutoorzaken (zoals het juist geactiveerd zijn van het abonnement en smartcard) heeft bezien. Beide partijen hebben hiermee bijgedragen aan het ontstaan en het voortduren van het geschil; de klacht is dan ook gedeeltelijk gegrond. De commissie acht een verdeling van de vordering een redelijke oplossing. Er staat naar de commissie uit de stukken begrijpt een bedrag van € 462,40 open. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing Het door de consument verlangde wordt afgewezen. De consument zal aan de ondernemer 50% van het openstaande bedrag betalen, te weten € 231,20. Met inachtneming van het bovenstaande wordt het depotbedrag ad € 462,40 als volgt verrekend. Een bedrag van € 231,20 wordt aan de consument gerestitueerd; een bedrag van (eveneens) € 231,20 wordt aan de ondernemer overgemaakt. De ondernemer dient overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 50,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld. Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 50,–. Aldus beslist door de Geschillencommissie Centrale Antenne Inrichtingen op 12 februari 2008.