Geen terugbetaling van geannuleerde huurovereenkomst door juridische sancties jegens Rusland

De Geschillencommissie




Commissie: Voertuigverhuur    Categorie: Annulering overeenkomst / Terugbetaling    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: ongegerond   Referentiecode: 211626/230798

De uitspraak:

Waar gaat het geschil over?

Het geschil betreft een overeenkomst tussen ondernemer en consument betreffende een geannuleerde huurovereenkomst van een auto. De consument heeft een auto bij ondernemer gehuurd en de betaling daarvan gedaan met een Visa-kaart uitgegeven door een Russische bank. De consument heeft de overeenkomst geannuleerd, het geld zou hij teruggestort krijgen op zijn rekening. De consument heeft dit bedrag echter nooit ontvangen. Als gevolg van de Russisch-Oekraïense oorlog zijn er juridische sancties getroffen die van invloed zijn op internationale transacties. De consument heeft daarom reden om aan te nemen dat het geld is teruggestort naar ondernemer. De ondernemer stelt zich op het standpunt dat er geen overeenkomst met de ondernemer tot stand is gekomen omdat de consument niet via de Nederlandse website van de ondernemer heeft geboekt. De commissie beslist als volgt. De commissie is van mening dat er wel een overeenkomst tot stand is gekomen. Het kan de consument niet worden aangerekend dat hij niet op de hoogte is van het boekingsproces van de ondernemer en de daaruit voortvloeiende onduidelijkheden voor wat betreft de identiteit van de aanbieder. Wat betreft de annulering heeft de ondernemer gedaan wat van hem verwacht mocht worden. Dat het bedrag, door internationale sancties, niet kon worden overgemaakt naar de Russische bankrekening is dan ook niet aan de ondernemer te wijten. Het zou dan ook niet redelijk zijn om de ondernemer opnieuw dit bedrag te laten betalen, nu eerst na opheffing van de sancties duidelijk kan worden waar het bedrag zich bevindt. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil

Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Autoverhuur (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken. De behandeling van het geschil heeft tijdens een (digitale) zitting op 14 december 2023 te Utrecht plaatsgevonden. Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen om ter (digitale-)zitting te verschijnen. Partijen hebben ter zitting hun standpunt nader toegelicht. De ondernemer werd ter zitting vertegenwoordigd door mevrouw P. van de Kreeft en mevrouw A. Koesta.

Onderwerp van het geschil

Het geschil vloeit voort uit een 23 februari 2023 tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij de ondernemer voor de overeengekomen periode aan de consument een huurauto ter beschikking stelt, tegen de door de consument te betalen prijs van € 1.342,69. De overeenkomst is niet uitgevoerd, maar door de consument geannuleerd. De consument heeft de klacht op 27 april 2023 voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument

Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Op 23 februari 2023 reserveerde de consument bij de ondernemer een auto. De huurkosten van € 1.342,69 voldeed de consument op 27 februari 2023 met zijn Visa-kaart uitgegeven door de Russische bank. Wegens onvoorziene omstandigheden moest de consument zijn reservering annuleren. Dat deed hij op 6 april 2023. De consument ontving van de ondernemer een annuleringsnota waarop stond vermeld dat het geld binnen 5 dagen op zijn bankrekening zou worden teruggestort. Na enkele weken liet de ondernemer aan de consument desgevraagd weten dat het geld op 7 april 2023 was terugbetaald. De consument heeft het bedrag echter nooit op zijn bankrekening ontvangen.

Op 7 juni 2023 vroeg de consument aan de ondernemer opnieuw naar de status van de terugbetaling en ontving hij op 27 juni 2023 een ARN (Acquirer Reference Number) document waarop werd aangegeven dat het geld op 7 april 2023 aan de bank is overgemaakt. De bank bevestigde op haar beurt aan de consument dat zij het bedrag niet had ontvangen.

Als gevolg van de Russisch-Oekraïense oorlog zijn er juridische sancties getroffen die van invloed zijn op internationale transacties. Gelet daarop heeft de consument reden om aan te nemen dat de opdracht van de ondernemer op 7 april 2023 om het geld naar de bank over te maken niet kon worden verwerkt en voltooid op grond van de ingestelde beperkingen. In dit opzicht is het aannemelijk dat de betaling alsnog had moeten worden teruggestort naar ondernemer. De consument kan dat niet nagaan, maar de ondernemer moet in staat zijn om de uitvoering van de betaling bij zijn bank te controleren aan de hand van het ARNdocument. De consument heeft bankafschriften overgelegd waaruit blijkt dat de restitutie niet door hem is ontvangen. De consument is van mening dat de ondernemer zijn consumentenrechten heeft geschonden en hem onvoldoende steun heeft geboden bij het oplossen van het probleem. Ter zitting heeft de consument verder nog in hoofdzaak het volgende aangevoerd. De consument heeft in Nederland “gewoon” op de website van de ondernemer een in Nederland te huren auto geboekt. De consument kan geen contact meer maken met VISA omdat die gestopt zijn met transacties met Rusland.

Standpunt van de ondernemer

Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer. De ondernemer heeft geen schriftelijk verweer gevoerd.

Ter zitting heeft de ondernemer verder nog in hoofdzaak het volgende aangevoerd.

Het spijt de ondernemer dat er geen schriftelijk verweer is gevoerd. In dat geval had de ondernemer erop gewezen dat geen overeenkomst met de ondernemer tot stand is gekomen omdat de consument niet via de Nederlandse website van de ondernemer heeft geboekt, maar via Booking [naam].com. De ontstane situatie kan ermee te maken hebben dat het een ‘bevroren’ rekening betreft. De administratie van de ondernemer is gevestigd in Budapest. Door hen is het bedrag op de VISA Card rekening gestort. Het enige dat de ondernemer kan doen is bemiddelen.

Beoordeling van het geschil

De commissie heeft het volgende overwogen. In het onderhavige geschil klaagt de consument over het feit dat de ondernemer bij de terugbetaling van de huursom uit hoofde van de geannuleerde overeenkomst is tekortgeschoten waardoor hij het betreffende bedrag nog steeds niet op zijn bankrekening heeft ontvangen.

De commissie stelt voorop dat zij het tardieve, te weten eerst ter zitting gedane verweer, dat tussen de ondernemer en de consument geen overeenkomst tot stand is gekomen, verwerpt en daaraan voorbijgaat. De omstandigheid dat het boekingsproces van de ondernemer zodanige onduidelijkheden schept, moet voor rekening van de consument blijken.
Het kan de consument immers niet worden aangerekend dat hij niet op de hoogte is van het boekingsproces van de ondernemer en de daaruit voortvloeiende onduidelijkheden voor wat betreft de identiteit van de aanbieder. Dit brengt mee dat de consument die in Nederland een huurauto boekte er terecht van mocht uitgaan dat hij met de Nederlandse vestiging van ondernemer contracteerde en die vestiging dus kan aanspreken op de uitvoering van de overeenkomst. De commissie wijst in dit verband ook op de in artikel 6: 230m BW opgenomen informatieverplichtingen van de ondernemer.

Voorts is de commissie van oordeel dat de ondernemer heeft gedaan wat van hem als gevolg van de annulering van de huurovereenkomst mocht worden verwacht, te weten het tijdig terugstorten van de betaalde huursom op de betreffende bankrekening. De omstandigheid dat – waarschijnlijk – als gevolg van de internationale sancties tegen Rusland en Russische Banken het bedrag daardoor is getroffen en niet kan worden overgemaakt op de Russische bankrekening van de consument komt in dit geval niet voor rekening van de ondernemer, die aan zijn verplichtingen heeft voldaan, maar is een omstandigheid die aan de consument, die zich immers van Russische bankrekening gebruikt maakt, kan worden toegerekend. De commissie acht het dan ook niet in de rede liggen dat de ondernemer in dit geding wordt veroordeeld het terug te betalen bedrag op een andere rekening van de consument over te maken, nu eerst na opheffing van de sancties duidelijk kan worden waar het bedrag zich bevindt.

Op grond van het voorafgaande is de klacht van de consument ongegrond.

Beslissing

De commissie wijst het door de consument verlangde af. Aldus beslist en vastgelegd door de Geschillencommissie Autoverhuur, bestaande uit de heer mr. F.C. Schirmeister, voorzitter, P.G. Nieuwenhuijse en H.H. van der Linden, leden, op 14 december 2023.