Commissie: Schilders-, Behangers- en Glaszetbedrijf
Categorie: Schadevergoeding product/dienst
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ten dele gegrond
Referentiecode:
2441/17101
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De ondernemer heeft schilderwerkzaamheden verricht aan de voorgevel van een monumentaal pand. Twee jaar later klaagt de consument over de uitgevoerde werkzaamheden. Volgens de consument bladdert de verf en scheuren de aansluitingen tussen de muur en de kozijnen. De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft het werk vanaf de begane grond beoordeeld. Door het ontbreken van klimmateriaal kon hij de kozijnen en ramen op de overige verdiepingen niet beoordelen op houtvochtgehalte. Er zijn geen foto’s die bewijzen dat de kozijnen ook hersteld dienen te worden. Uit de offerte blijkt dat de ondernemer slechts anderhalve verflaag heeft aangebracht, waarmee de consument akkoord is gegaan. De commissie wijst op artikel 13 van de algemene consumentenvoorwaarden OH-NL. Hieruit volgt dat de ondernemer moet garanderen dat de toegepaste materialen voldoende bescherming bieden tegen weerinvloeden en gehecht aan de ondergrond zullen blijven over een periode van minimaal drie jaar. Nu de deskundige het overige werk niet heeft kunnen beoordelen, acht de commissie het redelijk dat alleen de voordeur en het voordeurkozijn in aanmerking komen voor een gedeeltelijke herstelvergoeding. De klacht wordt gedeeltelijk gegrond verklaard.
Volledige uitspraak
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 13 april 2016 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van overeengekomen werkzaamheden – buitenschilderwerk – tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 5.963,–.
De overeenkomst is, naar de commissie aanneemt, uitgevoerd in 2016.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Het verfwerk bladdert op de deur en is helemaal kaal. Van het liggend werk is het schilderwerk gescheurd. Aansluitingen tussen muur en kozijnen scheuren.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De ondernemer heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid zijn standpunt aan de commissie kenbaar te maken.
Deskundigenrapport
De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld.
Vaktechnisch oordeel over de klacht(en):
Het betreft een monumenten pand genaamd “[naam monumentaal pand]” met het bouwjaar 1710 (vermeld op de voorgevel). De klacht heeft betrekking op het schilderwerk aan de voorgevel (zuid west). Het werk is vanaf de begane grond beoordeeld. Door het ontbreken van klimmateriaal kon de deskundige de kozijnen en ramen op de verdiepingen niet beoordelen op houtvochtgehalte.
De voordeur vertoont verfschade op de bossingen van de deur waarbij de wijnrode verf onthecht tot op het kale hout. De glansgraad van de verf is plaatselijk laag, ook poedert de verf licht tot matig. Het deurkozijn aan de rechterzijde vertoont plaatselijke verfschade waarbij de licht gele verf is gebarsten en onthecht.
De kozijndorpels op de begane grond meten plaatselijk een sterk verhoogd houtvochtgehalte (25-31%). Volgens [naam] is de weldorpel van de voordeur vervangen. Bij een kozijndorpel met windscheuren zou volgens [naam] Repair-cair reparatiemiddel en een polyester matje zijn toegepast.
Enkele kozijndorpels vertonen beginnende blaasvorming op de aansluiting met het omliggende muurwerk en geringe verfschade en plaatselijke barst- en beginnende scheurvorming.
Ook hier is de glansgraad van het licht gele verfsysteem zichtbaar lager en poedert de verf licht tot matig.
De wijnrode verf op de (schuif)ramen met enkel glas vertoont plaatselijk onthechting op de liggende delen, de verf staat er wat schraal bij de glansgraad is matig en de verf poedert ook hier licht tot matig. De conditie van het binnenschilderwerk van de ramen is niet optimaal. (vochtbelasting van binnenuit).
De aangetroffen verfschade op de voordeur kan een gevolg zijn van een minder goede voorbehandeling of conditie van de ondergrond.
De verfschade aan de kozijnen en ramen wordt beïnvloed door een verhoogd houtvochtgehalte. Enerzijds door insluiting van de kozijnen door het omliggende muurwerk en anderzijds door de minder goede onderhoudsconditie van het binnenschilderwerk van de ramen en kozijnen.
De degradatie van het verfsysteem wat glans en kleur betreft, is naar oordeel van de deskundige, na 3 jaar buitenexpositie, te snel. Volgens de productinformatie van [verfmerk] zijn de producten [verfmerk] S2U gloss en [verfmerk] S2U allure zeer buitenduurzaam en hebben een goed glansbehoud. In bijgaand document van [verfmerk] is de onderhoudsfrequentie van genoemde producten beschreven.
De nu vastgestelde degradatie kan een gevolg zijn van meerdere factoren. De deskundige heeft niet kunnen vaststellen of de genoemde producten daadwerkelijk zijn toegepast. Ook weet de deskundige niet onder welke omstandigheden en in welke consistentie de producten zijn aangebracht. Ook de laagdikte van het verfsysteem kan van invloed zijn op de duurzaamheid.
Het muurschilderwerk vertoont geen zichtbare gebreken. Scheurvorming tussen de kozijnen en het muurwerk is door de deskundige niet aangetroffen.
De omvang van de klacht(en):
– Gering
– Opvallend
Is herstel of reparatie technisch mogelijk?
Ja
Welke technische oplossing(en) is (zijn) er mogelijk?
Naar oordeel van de deskundige is de aangetroffen verfschade te herstellen.
De schade aan de voordeur en deurkozijn kan als volgt worden hersteld:
– Niet meer intacte verflagen verwijderen door schrappen, afföhnen verweerd hout verwijderen en scheuren uithalen.
– Intacte lagen reinigen met een geschikt reinigingsmiddel en geheel machinaal schuren.
– Kaal gekomen houtwerk gronden met een geschikte grondverf.
– Plaatselijk uitstoppen en scheuren vullen met een geschikt vulmiddel.
– Waar nodig spaarzaam plamuren.
– Geheel overgronden met een geschikte grondverf of voorlakken met een geschikte lakverf.
– Geheel dekkend en egaal afschilderen met een geschikte lakverf.
Bij de kozijnen en (schuif) ramen zal aanvullend onderzoek nodig zijn om de conditie en het houtvochtgehalte van deze onderdelen vast te stellen.
Bij een te hoog houtvochtgehalte zal het betreffende hout kaal gehaald moeten worden en in de grondverf gezet. Tevens zal de conditie van het zogenaamde binnen-buitenwerk moeten worden aangepakt. Daarbij moet het kale hout worden behandeld en de aansluitingen tussen openstaande naden en de aansluitingen tussen hout en enkel glas gedicht.
Wanneer het houtvochtgehalte beneden de 21% is kan tot het schilderen overgegaan worden.
– Intacte lagen reinigen met een geschikt reinigingsmiddel en geheel schuren.
– Plaatselijk uitstoppen en scheuren vullen met een geschikt vulmiddel.
– Geheel overgronden met een geschikte grondverf of voorlakken met een geschikte lakverf.
– Geheel dekkend en egaal afschilderen met een geschikte lakverf.
Toelichting op het rapport:
De opdrachtgever heeft in november 2017 melding gemaakt bij het schildersbedrijf over de aanwezige verfschade. De deskundige heeft na ruim 3 jaar buitenexpositie het werk kunnen beoordelen.
De vastgestelde degradatie van het verfsysteem is, naar oordeel van deskundige, te snel. De deskundige heeft [verfmerk] benaderd over de buitenduurzaamheid van de genoemde producten. [Verfmerk] geeft aan dat de betreffende producten, mits voldoen aan de omschreven randvoorwaarden, langdurig bescherming bieden. Daaronder wordt verstaan dat de producten een minimale levensduur van 6 jaar hebben en dat er zelfs garantie gegeven kan worden voor een periode van 10 jaar.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
De commissie heeft kennis genomen van de bevindingen van de deskundige. Gelet daarop en de inhoud van het dossier overweegt de commissie als volgt.
1. Volgens het deskundigenrapport luid het verfsysteem houtwerk buiten (verkort):
o Geheel afwassen
o Plaatselijk ondeugdelijke verflagen verwijderen
o Waar nodig spaarzaam plamuren.
o Schuren
o Sponningen, gronden, aanstoppen.
o Waar nodig gronden/ voorlakken.
o Het geheel aflakken
Resumerend: voorbehandelen plus anderhalve verflaag. Dat is een summiere behandeling en de vraag kan worden gesteld wat men kan verwachten van anderhalve verflaag op deze ondergrond?
2. De deskundige stelt dat het werk vanaf de begane grond is beoordeeld. Door het ontbreken van klimmateriaal, kon hij de kozijnen en ramen op de verdiepingen niet beoordelen op houtvochtgehalte en bij de kozijnen en (schuif) ramen zal aanvullend onderzoek nodig zijn om de conditie en het houtvocht-gehalte van deze onderdelen vast te stellen. Er zijn geen foto’s die bewijzen dat de kozijnen ook hersteld dienen te worden. Het herstel van de voordeur en voordeurkozijn wordt door de deskundige geschat op € 690,– arbeid, materiaal en inclusief btw.
3. Het herstel van de ramen en kozijnen in de voorgevel is geschat op € 2.458,– arbeid, materiaal en inclusief btw. terwijl de deskundige deze onderdelen niet heeft kunnen bereiken en zodoende ook niet goed heeft kunnen beoordelen.
De consument is (kennelijk) akkoord gegaan met de offerte van anderhalve verflaag en komt met een klacht na het tijdduurverloop van meer dan tweejaar na de factuur van de ondernemer.
4. Volgens de algemene consumentenvoorwaarden OH-NL art. 13 moet de ondernemer garanderen dat de toegepaste materialen voldoende bescherming bieden tegen weerinvloeden en gehecht aan de ondergrond zal blijven over een periode van minimaal drie jaar.
Verder; In de uitgave van OH-NL “Beoordeling Schilderwerk” AF-erkend wordt op pagina’s 48 en 49 beschreven waarin de mate waarin onthechting voorkomt. Deze is in klasse ingedeeld van 0 t/m 5 = 0 tot >65% In de praktijk is hoger dan 1 = <5% reden om te herschilderen. Vraag is hoeveel % is de onthechting per onderdeel op de ontvangen foto’s te zien is, die ook nog eens sterk zijn vergroot.
*Zie beoordelingsafstand, -hoek en lichtbron.
Hetzelfde geldt voor de aansluitingen tussen muur en kozijnen. Deze kitvoegen worden echter niet genoemd in de offerte, en maken derhalve geen deel uit van de overeenkomst die partijen hebben gesloten
5. De slotsom van dit alles is dat het de commissie voorkomt dat redelijk is dat alleen de voordeur plus voordeurkozijn in aanmerking komen voor een gedeeltelijke herstelvergoeding. Dit wordt geschat op eén mandag plus materiaal ca. € 476,33 incl. 9% btw. Gelet op dit oordeel zal de commissie geen herstelverplichting aan de ondernemer opleggen en volstaan met een financiële tegemoetkoming van deze omvang.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ten dele gegrond is. De kosten dienen in verband daarmede te worden gematigd als na te melden (50%).
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 476,33. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.
De commissie wijst het meer of anders verlangde af.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 102,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie na matiging een bijdrage in de behandelingskosten van het geschil verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Schilders-Behangers-en Glaszetbedrijf, bestaande uit mr. J. van der Groen, voorzitter, mevrouw mr. W. van den Berg en J. Hania, leden, op 23 april 2020.