Klacht over de hoogte van de rekening voor warmtelevering is ongegrond

De Geschillencommissie




Commissie: Energie    Categorie: Energie / Hoogte tarief warmtelevering    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 242254/501877

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De uitspraak gaat over een overeenkomst tussen ondernemer en consument. De consument is van mening dat de hoogte van hetgeen aan hem in rekening is gebracht niet klopt. De commissie beslist als volgt. De ondernemer heeft de consument niet meer in rekening gebracht dan aan hem aan warmte is geleverd. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Energie (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten. De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken. Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen. De consument heeft ter zitting digitaal het standpunt toegelicht. Door de ondernemer is geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid ter zitting het standpunt toe te lichten. De behandeling heeft plaatsgevonden op 9 oktober 2024 te Den Haag. De commissie heeft het volgende overwogen.

Beoordeling
Het geschil heeft betrekking op de jaarfactuur duurzame warmte/koude 2022. De consument stelt dat hem gelet op de omvang van zijn huishouden te hoge bedragen in rekening worden gebracht. De ondernemer vraagt de commissie de consumenten In de klacht niet ontvankelijk te verklaren omdat hij niet voldaan heeft aan het vereisten voor het eerst indienen van de klacht bij de ondernemer. De commissie verwerpt dit beroep omdat uit de stukken blijkt dat de ondernemer op 3 maart 2023 heeft gereageerd op een email van de consument. De commissie begrijpt dat de consument aanhikt tegen de hoogte van hetgeen aan hem in rekening is gebracht. De commissie is echter niet gebleken dat de ondernemer aan de consument meer in rekening heeft gebracht dan aan hem is geleverd vermenigvuldigd met de geldende tarieven. Uit de jaarrekening blijkt dat achteraf bezien de consument telkens te lage voorschotbedragen heeft betaald om de kosten van de warmtelevering te dekken. De klacht treft geen doel. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen. Aldus beslist door de Geschillencommissie Energie, bestaande uit de heer mr. D.J. Buijs, voorzitter, de heer mr. F.J. Pirard , de heer drs. L. van Rootselaar, leden, op 9 oktober 2024.