Notaris erkent klacht over kwaliteit dienstverlening; cliënt is reeds voldoende gecompenseerd

  • Home >>
  • Notariaat >>
De Geschillencommissie




Commissie: Notariaat    Categorie: Communicatie / Informatie    Jaartal: 2023
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Ongegrond   Referentiecode: 187105/195074

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Cliënt heeft een aantal klachten over de notaris. De notaris erkent de klachten en is de cliënt voor de indiening van dit geschil tegemoetgekomen. De cliënt is naar het oordeel van de commissie daarom reeds voldoende gecompenseerd. De klacht is ongegrond.

De uitspraak

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Notariaat (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De bevoegdheid van de commissie berust op de verplichte deelname van de notaris via de Verordening Klachten- en geschillenregeling, waarbij de bij de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (verder: KNB) aangesloten notarissen zich voor de beslechting van alle geschillen ontstaan naar aanleiding van de totstandkoming en/of uitvoering van de dienstverlening, inclusief alle declaratiegeschillen, onderwerpen aan bindende advisering door de commissie. De notaris is lid van de KNB.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 30 januari 2023 te Den Haag.

De commissie heeft de behandeling van het geschil op basis van de stukken, zonder mondelinge behandeling, afgedaan.

Onderwerp van het geschil
De klaagster heeft de klacht voorgelegd aan de notaris.

Het geschil betreft de kwaliteit van dienstverlening van de notaris.

Standpunt van de klaagster
Voor het standpunt van de klaagster verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Klaagster heeft te maken gehad met de notaris in verband met het afwikkelen van alle zaken rondom de erfenissen van haar ouders. De verkoop van het ouderlijk huis werd ook door de notaris verzorgd.

De ervaring met het notariskantoor heeft klaagster als zeer onplezierig ervaren. De klachtpunten betreffen: • geen schriftelijke opdrachtbevestiging met de gemaakte afspraken, de algemene voorwaarden zijn niet voorgelegd;
• het hele proces is een aaneenschakeling van misverstanden, miscommunicatie, verzuim en incorrect handelen;
• er is niet gesproken over de kosten van de werkzaamheden;
• klaagster moest continue navraag doen hoe de stand van zaken is en druk zetten achter het proces;
• op de twee brieven met klachten is geen enkele reactie gekomen.

Ondanks dat klaagster graag een punt achter dit hele gebeuren wil zetten, meent zij ook dat het niet zo kan zijn dat een bedrijf, welke in haar ogen op meerdere vlakken nalatig is geweest, er mee weg komt. Vandaar dat zij besloten heeft de klacht bij de commissie neer te leggen.

Klaagster heeft het notariskantoor ook laten weten van deze stap. Tot op heden is daarop geen reactie ontvangen. Klaagster stelt dat de insteek van haar klacht is dat toekomstige klanten van dit kantoor fatsoenlijk geholpen worden. Kwijtschelden van de eventueel nog te ontvangen kosten zou een tegemoetkoming zijn na alle excuses. Tot op heden is nog geen nota ontvangen over de erfbelasting, wel een nota over verkoop ouderlijk huis en deze is voldaan.

Standpunt van de notaris
Voor het standpunt van de notaris verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Het betreffen hier twee afzonderlijke klachten in twee afzonderlijke dossiers die nauw met elkaar verweven zijn; de ene klacht over de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting en de andere klacht over de levering van de woning van de (laatste van de) overledene(n).

Wat betreft de klacht over de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting erkent de notaris dat inderdaad geen sprake is geweest van een separate schriftelijk opdrachtbevestiging, maar dat de brief van 23 december 2020 als zodanig dient te worden gezien. Op de achterzijde van de eerste pagina van die brief waren destijds de algemene voorwaarden van de notaris afgedrukt. Door uitvoering te geven aan het in die brief gevraagde kan niet anders worden geconcludeerd dan dat er opdracht is gegeven en dat de notaris die opdracht heeft aanvaard. De kosten zijn/waren conform de algemene voorwaarden. Er is destijds geen offerte of kostenraming verstrekt. Bij de levering van de woning is de koper diegene die de notaris de opdracht heeft verstrekt. De notaris heeft in die zaak alleen kosten met betrekking tot door te halen inschrijvingen en met betrekking tot de beschikkingsbevoegdheid bij klaagster gedeclareerd. Over de verdere processen heeft de notaris verklaard dat door onder andere covid, het hebben van meerdere vestigingen, vertrek van medewerkers en ziekte van medewerkers, waaronder de behandelaar van onderhavig nalatenschapsdossier, de werkzaamheden niet op de juiste wijze zijn opgepakt en afgehandeld. Uiteindelijk heeft de notaris zelf de aangifte erfbelasting op zich genomen en afgerond. Voor het geheel heeft de notaris ook al meerdere keren zijn excuses aangeboden. Ook heeft de notaris aangegeven geen nota meer te zullen sturen voor de werkzaamheden met betrekking tot de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting. De kosten voor de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting waren dus al mondeling kwijtgescholden. De notaris stelt dat er dan ook eigenlijk niets te schikken is tussen partijen.

Nu de klaagster heeft aangeven dat de insteek van haar beklag ook is dat toekomstige klanten van de notaris fatsoenlijk worden geholpen, merkt de notaris op dat het kantoor onder andere om de personele bezetting weer op orde te krijgen is gefuseerd, er nu een offerte dan wel een kostenraming wordt afgeven met een werkzaamhedenlijst en de werkzaamheden bij de medewerkers beter in kaart zijn gebracht, waardoor het werkproces vooraf al kan worden bijgestuurd.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De commissie beslist naar redelijkheid en billijkheid met inachtneming van de tussen partijen gesloten overeenkomst, waarbij zij als maatstaf voor het handelen van de notaris hanteert dat deze heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris.

Klaagster heeft aangevoerd dat de notaris niet heeft gehandeld zoals verwacht mag worden van een redelijk bekwame en redelijk handelende notaris. Dit wordt door de notaris in zijn verweerschrift ook erkend. Tevens wordt aangegeven welke oorzaken hieraan ten grondslag hebben gelegen en welke stappen de notaris heeft genomen om de dienstverlening te verbeteren, zodat toekomstige klanten van de notaris adequaat geholpen worden. Ook is door de notaris aangegeven dat voor de verrichte werkzaamheden met betrekking tot de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting geen nota verstuurd zal worden aan klaagster.

Nu de notaris reeds vóór indiening van de klacht door klaagster aan haar excuses heeft gemaakt voor de gang van zaken en mondeling heeft toegezegd geen kosten in rekening te zullen brengen voor de werkzaamheden met betrekking tot de verklaring van erfrecht en de aangifte erfbelasting en in zijn verweerschrift nog aanvoert welke maatregelen zijn genomen om de dienstverlening te verbeteren, is daarmee naar het oordeel van de commissie volledig tegemoetgekomen aan de klacht is klaagster voldoende gecompenseerd. De commissie zal daarom de klacht dan ook ongegrond verklaren.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De commissie verklaart de klacht ongegrond.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Notariaat, bestaande uit de heer mr. N. Schaar, voorzitter, de heer mr. M. de Waal, de heer H.W. Zuur, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. M. Gardenier, secretaris, op 30 januari 2023.